Robbert de Witt

‘Israël ontwijkt de belangrijkste vraag in de Gaza-oorlog’

Robbert de Witt Adjunct-hoofdredacteur EW

Hamas moet worden vernietigd, vinden Israëliërs. Begrijpelijk en terecht. Maar tegen welke prijs? Deze lastige vraag is uiteindelijk belangrijker voor de toekomst van Israël en Gaza dan de vraag wie er het meest schuldig was aan menselijke drama’s zoals op 29 februari, schrijft Robbert de Witt (EW).

Als je, zittend op de bank thuis in Nederland, twee compleet verschillende versies hoort van het drama in Gaza-Stad op 29 februari, wie moet je dan geloven? De Palestijnse Gazastrook is al vier maanden een oorlogsgebied, neutrale waarnemers zijn er amper nog. Alles wat we horen of zien, komt van de Palestijnse autoriteiten of van het Israëlische leger. Buitenstaanders zijn dan geneigd de partij te geloven bij wie vooraf hun sympathie lag. Dat pakt slecht uit voor Israël.

Op die bloedrode donderdag vorige week, reed een konvooi vrachtwagens door Gaza-Stad om voedsel naar Palestijnse burgers te brengen. Wat zeker is: een grote menigte Palestijnen sloot verschillende vrachtwagens in, Israëlische soldaten hebben geschoten, er vielen meer dan honderd doden. Maar wie is schuldig? Voelden de Palestijnse chauffeurs zich in het nauw gedreven en reden ze over de Palestijnen heen die hen insloten? Verdrukten de Palestijnen elkaar? Schoten Israëlische militairen de Palestijnen dood omdat zij zich bedreigd voelden? Losten zij eerst waarschuwingsschoten, en kwamen er daarbij inderdaad hooguit tien Palestijnen om, zoals Israël beweert? De verontwaardiging en woede om de dood van onschuldige burgers zijn sneller dan de feiten. Die blijven hangen in de oorlogsmist.

Het drama toont sterke gelijkenis met de explosie op 17 oktober bij het Al-Ahli Baptist Hospital. Meteen kreeg Israël de schuld – ook al bleek later dat een afgezwaaide Palestijnse raket een veel waarschijnlijker verklaring was voor de inslag, waarbij tientallen, mogelijk honderden Palestijnen omkwamen. Een dag later moesten veel gerespecteerde kranten toegeven dat zij onzorgvuldig waren geweest door zomaar mee te gaan met de Palestijnse verklaring.

Vier maanden later is er kennelijk weinig geleerd. NRC bijvoorbeeld schreef vorige week: ‘Israëlische beschieting van Palestijnen bij voedselkonvooi in Gaza leidt tot bloedbad’. Klakkeloos werd de Palestijnse kant van de zaak weergegeven. Die sluit aan bij het beeld van de Gaza-oorlog dat velen hebben: Israël voert een genadeloze wraak-campagne die net zo sterk gericht is tegen de Palestijnse burgers als tegen Hamas-extremisten.

Wat overigens maar weinig wordt vermeld, is dat het ging om Israëlische voedselleveringen. Het konvooi van vrachtwagens dat de Palestijnen verlichting moest brengen, was via de noordelijke grens tussen Israël en Gaza binnengekomen. Hoe valt dat te rijmen met de genocide-beschuldigingen die steeds luider klinken: zou een land dat een volk wil uitroeien tegelijk dagelijks vrachtwagens vol voedsel sturen?

Dit is natuurlijk een kwestie waar het Internationaal Gerechtshof over gaat. En de rechters in Den Haag oordeelden dat daarvoor tot heden geen bewijs is, maar wel dat de (Zuid-Afrikaanse) genocideaanklacht voldoende serieus is om te gaan onderzoeken. Dat gaat jaren duren. Wie nu al ‘Genocide!’ roept, verklaart een partij schuldig voordat de rechters hebben geoordeeld. Maar verontwaardiging wacht niet op de rechter. En ook hongerende Palestijnen hebben niet zoveel tijd.

Israël klampt zich vast aan het eigen gelijk

Ook wie begrip heeft voor het Israëlische optreden na 7 oktober, zal zich afvragen waarom er in Israël zo weinig debat is over de vele duizenden doden onder de ­Palestijnse burgerbevolking. Zoals EW-correspondent Ralph Dekkers onlangs beschreef, klampt het land zich vast aan het eigen gelijk en heerst er vooral onbegrip over alle kritiek. De teneur: het is in Europa of Amerika gemakkelijk oordelen, maar Hamas heeft een antisemitisch bloedbad aangericht en zal dat opnieuw doen als het de kans krijgt. Dus Hamas moet worden vernietigd.

Maar wordt in Israël wel de vraag gesteld hoeveel Palestijnse burgerdoden daarbij acceptabel zijn? En als alle Hamas-strijders in Gaza zijn gedood, is hun gedachtegoed dan ook echt weg? Wil en kan Israël ook de Hamas-leiders liquideren die veilig in Qatar en Libanon zitten? En hoeveel zonen van omgekomen Palestijnse burgers zullen straks wraak willen nemen op de Joden?

Deze lastige vragen zijn uiteindelijk belangrijker voor de toekomst van Israël en Gaza dan de vraag wie er het meest schuldig was aan de drama’s op 17 oktober 2023 en 29 februari 2024.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content