Is Joe Biden stilletjes op weg naar een mega-overwinning?
Democraat Joe Biden loopt in de peilingen ver voor op president Donald Trump. Wat kunnen we daar twee weken voor de verkiezingen uit opmaken, en hoe onzeker is de uitslag nog?
De onverwachte overwinning van Donald Trump in de presidentsverkiezingen van 2016 was een aardbeving in het Amerikaanse politieke landschap. Vier jaar nadat de meeste commentatoren ernaast zaten met hun voorspellingen over de uitslag – gewezen Obama-adviseur David Plouffe gaf Clinton een ‘100 procent kans’ op de overwinning – zijn de naschokken nog altijd voelbaar.
Een van de gevolgen is dat analisten en nieuwsmedia nu juist extreem voorzichtig zijn met voorspellingen over verkiezingsdag 3 november. Begrijpelijk, want zij zitten niet te wachten op nóg meer jaren vol overpeinzingen over de eigen fouten, begeleid door het hoongelach van de Republikeinse Partij.
Maar wie anno 2020 de peilingen bestudeert, kan toch moeilijk aan één conclusie ontkomen: Joe Biden en de Democratische Partij zijn onderweg naar een gemakkelijke overwinning. Geen echte landslide, zoals Ronald Reagan die in 1984 op één na alle staten won, maar toch een ruime winst zoals die van Barack Obama in 2008.
‘Dit is wat iedereen in Washington denkt maar niet hardop wil zeggen’, schreef Politico vorige week. ‘President Donald Trump gaat deze verkiezingen verliezen, waarschijnlijk met een grote marge.’
Biden staat 10 procentpunt voor
Biden staat al de hele zomer op een ruime voorsprong in de (nationale) peilingen. Sinds het chaotische debat tussen de twee presidentskandidaten, en de covid-diagnose van Trump kort daarna, is de voorsprong van de Democraat alleen maar verder gegroeid. In het gemiddelde van peilingsite FiveThirtyEight staat Biden nu op 52,3 procent, tegen 41,8 procent voor Trump.
De Republikeinen hebben een voordeel in het kiescollege, dat relatief veel gewicht geeft aan minder dichtbevolkte deelstaten. Traditioneel doen de Republikeinen het een stuk beter onder kiezers op het platteland en in kleine steden, terwijl de Democraten winnen in grootstedelijke gebieden. Maar dat voordeel is niet groot genoeg om een gat van 10 procentpunt in de nationale stemming te overbruggen.
Ook in sleutelstaten als Pennsylvania, Michigan en Wisconsin – precies de deelstaten waarin Trump met een piepkleine marge won en zo genoeg kiesmannen verzamelde om Clinton te verslaan – staat Biden op een vrij ruime voorsprong.
Sommige peilingen zijn zó goed voor Biden, dat Democraten zich genoodzaakt zien om de nauwkeurigheid ervan te ontkennen. ‘We staan niet voor met 11 procentpunt in Florida en 13 procentpunt in Pennsylvania’, zei Guy Cecil, voorzitter van de Democratische campagnegroep Priorities USA, nadat een peiling verscheen waarin die percentages voorkwamen. De Democraten zijn na 2016 duidelijk doodsbang dat té optimistische voorspellingen ervoor zullen zorgen dat linkse kiezers denken te kunnen thuisblijven. ‘Terug aan het werk’, aldus Cecil.
Toch lijkt men ook aan Republikeinse kant al voorzichtig voor te sorteren op een overwinning van Biden. Sommige politici hopen ogenschijnlijk vooral nog de meerderheid in de Senaat te redden. Nieuwssite Axios meldde dat bronnen rond het Republikeinse leiderschap in de Senaat Trump als ‘zinkend schip’ zien, en sommige senatoren lijken zich voorzichtig te distantiëren van de president.
Republikeins senator Ben Sasse zei deze week zelfs in gesprek met kiezers uit zijn district dat Trump ‘dictatorskonten kust’, ‘flirt met witte racisten’, en ‘het presidentschap als zakenopportuniteit behandelt’. Een woordvoerder van Sasse reageerde door te zeggen dat ‘de meerderheid in de Senaat tien keer belangrijker is’ dan het winnen van het Witte Huis.
Lees ook ons interview met politologe Ruth Dassonneville: Wat de peilingen (niet) vertellen
3 november is nog ver weg
De verkiezingsdag is pas over ruim twee weken, dus er kan nog van alles gebeuren. Vier jaar geleden lijkt de strijd pas in de laatste week te zijn beslist, nadat toenmalig FBI-directeur James Comey plotseling een onderzoek naar de e-mails van Hillary Clinton had heropend. Ook nu zijn er weer e-mails in het nieuws: die van de zoon van Joe Biden, die op schimmige wijze via een computerreparatie en Trump-adviseur Rudy Giuliani bij de tabloid New York Post belandden.
Zijn familie heeft het presidentschap behandeld als zakenopportuniteit. Hij heeft geflirt met witte racisten.
Republikeins senator Ben Sasse over president Trump
Maar Biden lijkt in 2020 veel minder kwetsbaar te zijn voor zo’n plotwending. Clinton werd door een flink deel van het Amerikaanse electoraat gehaat, terwijl de meningen over Biden positiever zijn. De prestaties van president Trump worden juist door een meerderheid van de kiezers negatief beoordeeld, vooral als het gaat om zijn omgang met het coronavirus. Dat onderwerp zal in aanloop naar de verkiezingen niet ineens uit het nieuws verdwijnen.
Bovendien bevindt Biden zich de hele campagne al in de luwte. Hij is de afgelopen weken soms nauwelijks zichtbaar en lijkt met een agenda vol virtuele bijeenkomsten vooral uit het nieuws te willen blijven. De Trump-campagne wees er in de afgelopen weken regelmatig op dat de Democraat soms ’s ochtends al aan de pers laat weten dat hij niet meer in het openbaar zal verschijnen. Trump organiseert ondertussen weer volop massabijeenkomsten die integraal te zien zijn op tv-zenders als Fox News; zelfs toen hij in quarantaine moest, twitterde hij nog filmpjes vanuit het Witte Huis en zelfs vanuit het ziekenhuis.
Het Twitter-profiel van Biden staat ondertussen vol met banale teksten als ‘ik zal een president voor alle Amerikanen zijn’ en ‘ik ben er klaar voor om voor u en uw land te vechten’. Kortom, het soort uitspraken waar hij gegarandeerd níet mee in het nieuws komt, maar die hem wel neerzetten als de kandidaat van de consensus en de rust. De campagnestrategie in een notendop: laat Trump maar in beeld komen en ophef veroorzaken, terwijl de kiezersgroep die de president zat is op ons stemt.
Hoe dan ook is het onwaarschijnlijk dat een van de kandidaten nu nog veel kiezers kan overtuigen. In een peiling van The Economist was deze week slechts 4 procent van de ondervraagden onbeslist. Van de Trump- en Biden-aanhangers zei 97 procent zeker niet meer van keuze te zullen veranderen. Vier jaar geleden was het aantal zwevende kiezers op dit moment in de campagne nog zeker twee keer zo groot.
Vanwege de coronacrisis stemmen veel meer Amerikanen dan normaal al voor 3 november, per post of in een stembureau dat in de weken voor de officiële verkiezingsdag open is. Momenteel zijn er al 21 miljoen stemmen uitgebracht, 15 procent van het totale aantal stemmen in 2016. De krantenkoppen van de komende twee weken zullen daardoor op miljoenen kiezers geen impact meer kunnen hebben.
Kleine lichtpuntjes voor Republikeinen
Hier en daar zijn er wel lichtpuntjes te vinden voor de Republikeinen. Ten eerste kunnen zij hopen op onnauwkeurigheden in de peilingen, met name in de individuele deelstaten die het verschil zullen maken. In 2016 waren de nationale peilingen redelijk accuraat (ze voorspelden een kleine winst voor Clinton, die inderdaad meer stemmen ontving dan Trump), maar zaten de peilingen er in sommige swing states naast. Opiniepeilers hebben veranderingen doorgevoerd om te voorkomen dat dat nogmaals gebeurt, maar erkennen ook dat het lastig blijft om alle delen van het electoraat te bereiken.
Een andere positieve ontwikkeling voor Republikeinen is het aantal nieuwe kiezersregistraties in staten als Florida, Pennsylvania en North Carolina. Sinds de zomer hebben meer nieuwe kiezers zich daar als Republikein ingeschreven dan als Democraat. Mogelijk worden de Democraten gehinderd door de eigen coronamaatregelen, waardoor partijvertegenwoordigers over het algemeen niet meer langs de deuren gaan om kiezers te werven en registratieformulieren uit te delen. Republikeinen doen dat nog wel.
Bovendien zorgt de coronacrisis ervoor dat het moeilijker is om te voorspellen hoeveel mensen daadwerkelijk naar de stembus zullen gaan. Een lokale uitbraak kan er immers voor zorgen dat mensen het op 3 november niet veilig vinden om naar een stembureau te gaan. In de vele staten die het makkelijker hebben gemaakt om per post te stemmen, kan juist het tegenovergestelde effect zichtbaar zijn.
Wij denken dat deze strijd veel spannender is dan mensen denken.
Jen O’Malley Dillon, campagnemanager van Joe Biden
De postkiezers kunnen op hun beurt weer onvoorspelbare effecten hebben op het verkiezingsresultaat. Zulke stemmen zijn alleen geldig met een handtekening die gelijk is aan de handtekening die bij de gemeente bekend is. Maar in de praktijk blijkt dat een aanzienlijk aantal stembiljetten zonder handtekening of met een ongeldige handtekening arriveert. In Pennsylvania zijn stemmen alleen geldig als ze in een speciale geheimhoudingsenveloppe zitten, die dan weer in een andere enveloppe moet worden geplaatst. Omdat veel meer Democraten dan Republikeinen zeggen per post te gaan stemmen, zou het afkeuren van zulke biljetten vooral de partij van Biden treffen.
‘Onze peilingen kunnen wel nauwkeurig zijn als de stemmen van alle kiezers ook daadwerkelijk worden geteld’, zegt Patrick Murray, opiniepeiler aan de Monmouth-universiteit, tegen FiveThirtyEight. ‘Maar wat als er veel poststembiljetten worden geweigerd, of stembureaus gaan dicht, of er staan zulke lange rijen dat kiezers terug naar huis gaan?’
Die gedachte zal, ondanks de peilingen, toch nog voor heel wat nervositeit zorgen bij Biden en zijn aanhangers. ‘Miljoenen mensen hebben al gestemd, maar de campagne heeft nog een lange weg te gaan’, schreef Jen O’Malley Dillon, campagnemanager van Biden, woensdag op Twitter. ‘Wij denken dat deze strijd veel spannender is dan mensen op deze website denken.’
Alles over de Amerikaanse verkiezingen 2020
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier