Gie Goris
Is het bloedbad in Peshawar het Waterloo van de Pakistaanse Taliban?
Betekent de slachtpartij in de school in Peshawar meteen het einde van de Pakistaanse Taliban? Gie Goris, hoofdredacteur van MO* Magazine vreest van niet. Hij geeft 5 argumenten om niet te rechtlijnig te denken als het over Pakistan gaat.
146 doden -waarvan 132 kinderen- en 113 gewonden. Dat is de balans van een dag van brutaal geweld in de Noordwest-Pakistaanse stad Peshawar. Het feit dat de zeven Talibanstrijders bewust zo veel mogelijk kinderen doodden, maakt hun actie onvoorstelbaar en onvergeeflijk. Hun verwijzing naar de slachtoffers van de militaire campagne in Noord-Waziristan klinkt erger dan hol, zelfs voor wie sympathiseert met de honderden die daar sneuvelen als collateral damage van het Pakistaanse leger of de Amerikaanse drones. Wie een school met kinderen aanvalt, is voor eeuwig een ongeloofwaardige lafaard en de Pasjtoense doden die gewroken moesten worden, verdienen veel meer waardigheid dan wat deze commando’s van de kinderdood te bieden hebben.
Is het bloedbad in Peshawar het Waterloo van de Pakistaanse Taliban?
De walging die we voelen tegenover dit bloedbad leidt ons, als verre en nauwelijks geïnformeerde waarnemers, heel snel tot de conclusie dat met deze aanval ook het doek valt over de Pakistaanse Taliban. Niemand kan nu nog sympathiseren met deze bende, toch? Een publiek draagvlak wordt hierdoor toch onmogelijk? Die rechtlijnige conclusie houdt echter te weinig rekening met de complexe realiteit op het terrein.
1. Waziristan is Pakistan niet
Een eerste factor waarmee rekening gehouden moet worden, is dat de thuisbasis van de Pakistaanse Taliban niet het binnenland of de grootsteden is, maar de onherbergzame tribale gebieden, op de grens met Afghanistan. Dat betekent meteen dat de afschuw over deze aanslag op de militaire school in Peshawar anders ervaren kan worden in de Pakistaanse samenleving of in het universum van die tribale gebieden.
De zowat 3,5 miljoen inwoners van deze tribale gebieden (FATA, Federally Administered Tribal Areas) lijden onder een systematische verwaarlozing van. De overbleven koloniale regelgeving, met alle machtsmisbruik en corruptie die ermee verbonden zijn, is de voornaamste verklaring voor de steun die de Taliban en Al Qaeda vonden in de FATA. Zij beloven immers een zuivere toepassing van religieuze wetten, waar in de conservatieve bergdorpen niemand verzet tegen wil aantekenen, zeker niet als die belofte wordt afgezet tegen de actuele rechteloosheid.
De Pakistaanse Taliban, maar ook de Oezbeekse, Arabische, Oeigoerse en andere Al Qaedastrijders in de FATA hebben de traditionele leiders de voorbije jaren uitgeschakeld en vervangen door jongere militanten die de jihadi-ideologie van Al Qaeda delen en nastreven. Of de bevolking achter die “machtsovername” staat, is zeer twijfelachtig. Maar de kans dat die bevolking voldoende informatie heeft om zich een goed beeld en dus ook een redelijk oordeel over de situatie te vormen, is nog veel twijfelachtiger.
2. Het leger is geen maagd
Het Pakistaanse leger (en met name de militaire inlichtingendienst ISI) heeft sinds 1994 de Afghaanse Taliban gesteund en er mee voor gezorgd dat zij in 1996 in Afghanistan aan de macht konden komen. Datzelfde Pakistaanse leger zorgde ervoor dat kopstukken van die Taliban en v an Al Qaeda na 2001 een onderkomen vonden in de Pakistaanse FATA, nadat ze verdreven werden door Britse en Amerikaanse troepen.
De reden voor die schimmige samenwerking tussen de Pakistaanse staat en groepen die wereldwijd als terroristisch geboekstaafd staan, is de behoefte die het Pakistaanse leger voelt om greep te krijgen op de machthebbers in buurland Afghanistan. En dat heeft veel te maken met de weigering van elke Afghaanse regering om de door de Britten opgelegde grens tussen beide landen te erkennen.
De opperbevelhebber van het Pakistaanse leger heeft nu bij hoog en bij laag gezworen dat de verantwoordelijken voor het bloedbad in Peshawar hard aangepakt zullen worden. Dat is een terechte en begrijpelijke reactie na de gebeurtenissen in de militazire school, maar ze biedt geen antwoord op de vraag of meer militair geweld de bevolking van de tribale gebieden beter zal integreren in de Pakistaanse samenleving. Ze kondigt wél zwaar weer aan voor de gewapende groepen die zich als een Frankenstein tegen hun scheppers in het leger gekeerd hebben.
3. De Taliban zijn een meervoud
De Pakistaanse Taliban (Tehrik-e-Taliban Pakistan -TTP) werd in 2007 opgericht en bevatte toen 27 etnische en hihadistische milities. De ideologische lijm tussen deze diverse en uitgesproken autonome groepen werd gevormd door het streven naar een maatschappelijke organisatie op basis van de sharia en door het verwerpen van de samenwerking met de Verenigde Staten.
Twee elementen zorgden ervoor dat de tribale milities niet enkel hun eigen territorium gingen verdedigen, maar ook de staat gingen aanvallen: het Pakistaanse leger lanceerde verschillende operaties in de diverse tribale districten en de Amerikaanse drone bombardementen in de regio troffen ook heel wat onschuldige burgers.
De drone-bombardementen in de tribale gebieden creëerden voor de Pakistaanse Taliban in hun thuisbasis een stevige publieke steun. Door met name de tribale islam te treffen, versterkt het Westen trouwens de salafistische islam, die zich verzet tegen elke mogelijke vermenging van lokale culturen met wat zij beschouwen als de a-historische en a-culturele boodschap van de islam.
De Amerikaanse drone-bombardementen in de tribale gebieden creëerden voor de Pakistaanse Taliban in hun thuisbasis een stevige publieke steun
Langs de andere kant schakelden die drones ook effectief een rist Talibanleiders uit de voorbije jaren, wat resulteerde in conflictueuze opvolgingsdebatten en zelfs afsplitsingen. In november 2013 werd mullah Fazlullah emir van de TTP, maar dat werd niet door alle oorspronkelijke milities erkend. Fazlullah was in 2009 leider van de Taliban in de Swat-vallei, en dus ook verantwoordelijk voor de strategische zelfoverschatting die toen een grote militaire zuiveringsoperatie in Swat teweegbracht. Fazlullah wordt niet gezien als een strategische denker, eerder als spectaculaire predikant die zichzelf wel eens in de voet schiet.
4. De politiek is instabiel in Pakistan
De aanslag vond plaats in Peshawar, de hoofdstad van de Khyber Pakhtunkwa Provincie, een grotendeels Pasjtoense provincie in het noordwesten van Pakistan. Sinds 2013 wordt deze provincie -eigenlijk een deelstaat- bestuurd door de PTI, een partij die in het nationale parlement in de oppositie zit, maar sterk staat onder Pasjtoenen en jonge stedelingen. Die PTI is, onder leiding van haar populaire leider Imran Khan, al sinds het einde van de zomer bezig met een volgehouden campagne van massaprotesten om de centrale regering ten val te brengen. Een nieuwe ronde van straatprotesten was voorzien om nu donderdag, 18 december, van start te gaan. Khan heeft dat plan voorlopig opgeborgen, maar is zeker niet zinnens om zijn aanval op premier Nawaz Sharif te staken.
Khan heeft, net zoals de leider van de grootste islamitische partij van Pakistan, duidelijk gemaakt dat hij nu uitdrukkelijk afstand neemt van de Taliban. Dat is een belangrijk signaal, want zowel zijn PTI als de Jamaat Islamiya waren tot nu voorstanders van onderhandelingen met de Taliban als “zonen van het land” wiens terechte grieven tegenover de Amerikaanse greep op de regio beluisterd moesten worden. Toen de Pakistaanse Taliban begin dit jaar Khan vroegen om in hun onderhandelingsteam te zitten voor gesprekken met de regering, bedankte hij echter voor die “eer”.
De weifelende houding wordt nu ingeruild voor een ondubbelzinnige veroordeling van de aanval in Peshawar. Of die houding over een jaar nog even helder zal zijn, is echter de vraag.
5. De strijd om het geloof
Volgens Muhammed Suheyl Umar, directeur van de Iqbal Academy in Lahore, vermoedt dat de -onvermijdelijke?- competitie in religieuze zuiverheid verantwoordelijk is voor de ruimte die extremisten konden innemen in een traditioneel allesbehalve doctrinaire samenleving.
‘De islamisten zijn er jarenlang in geslaagd zichzelf op te voeren als de ware en zuivere gelovigen’, zei Umar. ‘Dat leidde tot steeds grotere twijfel en zelfs wat schuldgevoel bij de meerderheid van de Pakistanen. Is het wel volgens de Koran als ik ga bidden in het heiligdom van een soefiheilige? Is muziek wel toegestaan? De extremisten houden zich zeer strikt aan een beperkt aantal regels en voorschriften, en veel moslims die onwetend zijn over hun eigen geloof zijn daarvan onder de indruk. Maar zodra je het moslim-zijn van de gewapende militanten afmeet aan hun omgang met mensen, middelen en macht, blijft er van hun religieuze status niet veel over. Toen de Taliban in de Swatvallei de meisjesscholen begonnen te sluiten en op te blazen, gaven ze als verklaring dat je geiten toch ook niet leert lezen en schrijven. Dat soort uitspraken heeft veel mensen de ogen geopend.’
De ochtend na de moordpartij
De aanslag op de militaire school in Peshawar zal nog veel meer Pakistanen de ogen openen voor de totale ontaarding van het gewapende extremisme. Om dat besef duurzaam in de evolutie van het land te verankeren, moeten mollah en maulvi’s, geleerden en rechters echter openlijk bevestigen dat de islam een pluralistische religie is, waarin een veelheid aan vormen, culturen en overtuigingen een plaats hebben. De politici van alle partijen moeten bevestigen dat Pakistan een land is waar grondwettelijke bescherming is voor alle burgers, ongeacht hun geloof of ongeloof, hun sektarische of etnische identiteit, hun sociale status.
De aanslag op de militaire school in Peshawar zal nog veel meer Pakistanen de ogen openen voor de totale ontaarding van het gewapende extremisme.
Zo lang dat niet gebeurt -en het is levensgevaarlijk om een islam te verkondigen die afwijkt van de onbarmhartige doigmatiek van de jihadi’s, vandaar dat dit verhaal zo afwezig blijft- behoudt het extremische en sektarische discours het monopolie. En zo lang is het geweld van Taliban of andere gewapende groepen onuitroeibaar. Ondanks de doorleefde emoties van afschuw, walging, verdriet en woede die vandaag over Pakistan liggen als tijdelijke nevel.
Een langere versie van deze bijdrage verscheen op MO.be: Verdrinken Pakistaanse taliban in eigen bloedbad?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier