Is er een oorlog tussen de Verenigde Staten en Iran in de maak?
Komt het dan toch tot een oorlog met Iran? En maakt het land ook maar enige kans om die te winnen? Uiteraard kunnen de Verenigde Staten een oorlog met Iran winnen, en wellicht behoorlijk snel ook, zegt Jonathan Holslag (VUB).
Komt het dan toch tot een oorlog met Iran? En maakt het land ook maar enige kans om die te winnen? Uiteraard kunnen de Verenigde Staten een oorlog met Iran winnen, en wellicht behoorlijk snel ook. In vergelijking met andere rivalen zoals China, Rusland en Noord-Korea is Iran de meest kwetsbare. Het land heeft een aanzienlijk arsenaal korte- en middellangeafstandsraketten, maar veel van die raketten zijn relatief oud en de belangrijkste mogelijke doelwitten — in Israël, Bahrein, Qatar en Saudi-Arabië — zijn intussen goed verdedigd. Iran kan ook wraak nemen door tankers in de Perzische Golf aan te vallen, maar Saudi-Arabië heeft de voorbije jaren hard gewerkt aan het uitbreiden van de uitvoer via de terminal van Yanbu aan de Rode Zee, zo’n 1500 kilometer van Iran vandaan. Kortom, Iran kan gemeen uithalen, maar is kansloos in een oorlog met de Verenigde Staten.
Maar voor alle duidelijkheid: op dit moment zijn er geen aanwijzingen dat er een oorlog in de maak is. De klungelige aanslagen op olietankers, en de aanslagen van door Iran gesponsorde rebellen uit Jemen op Saudische olie-infrastructuur hebben zeker de spanning opgedreven. Iran blijft dreigen dat het tegen begin juli opnieuw uranium zal verrijken als de EU-lidstaten geen maatregelen treffen om de Iraanse economie te vrijwaren van de unilaterale sancties van Washington. De VS hebben ook een vliegdekschip naar de regio gestuurd, bijgestaan door een handvol andere oorlogsschepen.
Maar dat lijkt in de verste verte niet op de voorbereiding op een oorlog. Tijdens de aanvallen tegen Irak in 1990 en in 2003, bijvoorbeeld, lagen er zes vliegdekschepen in de buurt; tijdens de kleinschalige aanval in 1998 waren dat er uiteindelijk drie. Vandaag ligt er maar één zo’n vliegdekschip in de Arabische Zee. Een ander vliegdekschip ligt in de buurt van China, alle andere liggen in of nabij hun thuishaven in de Verenigde Staten. Er liggen zo’n 70.000 Amerikaanse soldaten in de regio. Dat is lang niet de 120.000 die er volgens het Pentagon nodig zijn voor een conflict met Iran. De beperkte versterkingen die nu gestuurd worden, hebben vooral als doel mogelijke Iraanse sabotageacties te verijdelen. De maximale druk, waarvan sprake, is dus nog niet echt maximaal.
Wat zijn dan wel de bedoelingen van de Verenigde Staten? Wellicht is dat niet eens duidelijk voor de Amerikaanse overheid. Buitenlandminister Mike Pompeo heeft Iran een lijst van twaalf verzoeken overgemaakt, gaande van het stopzetten van de bouw van raketten tot het staken van de steun voor gewapende groepen in de regio. Wat de volgende stappen zijn als Iran die voorstellen blijft verwerpen en opnieuw uranium gaat verrijken, is allerminst helder. Net zoals in het geval van Noord-Korea en zo veel andere kwesties is dit een voorbeeld van Trumps ‘diplomatie van de losse eindjes’. Washington staat zo goed als alleen. De Europese bondgenoten zijn gefrustreerd omdat Amerika eenzijdig sancties oplegt die hun bedrijven treffen. In Japan zijn ze geschoffeerd door Trumps smalende uitlatingen over de bemiddelingspoging van premier Shinzo Abe.
Men kan het positief vinden dat de VS geconfronteerd worden met de beperkingen van hun eigengereide optreden, een verdere militaire confrontatie schuwen en geen aanstalten maken om Iran aan te vallen. Het lijkt dus wel mee te vallen. Maar in de situatie schuilt toch een risico. De impasse versterkt vooral de positie van de haviken in beide kampen. De diverse incidenten en de diplomatieke hoogspanningen hebben de Revolutionaire Garde en andere conservatieve elementen in Iran toegelaten om de pragmatische koers van president Hassan Rohani te dwarsbomen en met spierballengerol te tonen dat zij de enige echte behoeders van de Iraanse soevereiniteit zijn. De veronderstelling lijkt dat men kan provoceren zolang er onenigheid bestaat tussen Amerika enerzijds en de EU en Japan anderzijds.
Aan Amerikaanse zijde bevestigt dit het verhaal van hardliners zoals veiligheidsadviseur John Bolton dat Iran niet te vertrouwen valt, en dat als men de bedreiging wil wegnemen, men niet alleen het kernwapenprogramma moet treffen maar het hele regime. Voorlopig heeft president Trump die analyse niet gevolgd. Maar beetje bij beetje, incident na incident, wordt hij in de richting van de haviken geduwd. Landen zoals Israël en Saudi-Arabië duwen ijverig mee.
Het zijn vooral de veronderstelling dat het niet tot een oorlog komt, de observatie dat er geen grote militaire machtsopbouw aan de gang is en het idee dat beide partijen dat willen vermijden die de situatie zo risicovol maken. Iran, en zeker de harde kern van het regime, gaat tast steeds verder de grenzen af. Het risico op miscalculaties blijft dus groot. En het is niet omdat de meeste Amerikaanse vliegdekschepen in hun thuishavens liggen, dat ook zo zal blijven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier