Anke Dumez
‘In Oost-Congo wordt seksueel geweld ingezet als wapen om de bevolking te vernederen’
Op de internationale dag tegen geweld op vrouwen staat Anke Dumez van Mamas for Africa stil bij de situatie in Oost-Congo en de stilte daarover van de internationale gemeenschap.
Wat als verkrachting normaal wordt? Als niemand er nog van opkijkt. Als je verteld wordt dat je nadien je rug moet rechten en niet moet zeuren. Dat je het vooral voor jezelf moet houden om afwijzing en uitsluiting te vermijden. Kom op, wees flink.
Bij de haren getrokken? Misschien. Een beetje. Of toch niet?
Meisjes en vrouwen in Oost-Congo lopen dag na dag het risico verkracht te worden. Op weg naar school, werkend op het veld, alleen thuis als moeder water haalt. Door één of door vijf militairen, soms door een buurman. Vaak terwijl je kind toekijkt of ook zelf verkracht wordt.
Ik dacht dat ik voorbereid was op de confrontatie met deze vrouwen tijdens mijn eerste werkreis naar Oost-Congo. Sinds ik in augustus startte als directeur van Mamas for Africa las ik vele verhalen van onnoemelijk brutaal seksueel geweld waarvan de haren mij te berge rezen. Flora, Lucie, Aline, Victorine… De namen in de verhalen werden tijdens mijn reis meisjes en vrouwen van vlees en bloed. De ene met het hoofd al heel lang gebogen, de andere rechtop met de moed der wanhoop of toch met een herwonnen veerkracht. Maar allen zwijgend. Daar was ik niet op voorbereid.
Wie praat, heeft immers een tweede keer prijs. Je wordt verstoten door je man en je dorpsgenoten. Ongeloof of hoongelach bij de politie bij wie je aangifte doet, vallen je ten deel. Wraakacties volgen. ‘Victim blaming’ is nooit ver weg. Ik begrijp dan ook de lijdzaamheid, temeer daar het zo vaak gaat over de meest kwetsbare vrouwen die zich het verlies van hun, – hoewel zeer precaire -, sociale en financiële plek in de gemeenschap niet kunnen veroorloven.
Maar wat ik niet begrijp, is de oorverdovende stilte van de internationale gemeenschap. De bevolking van Oost-Congo wordt al meer dan 25 jaar gegijzeld door een conflict dat niet het hunne is. Seksueel geweld wordt daarbij ingezet als wapen om de bevolking te vernederen en de gemeenschap te ontwrichten.
In 2008 startten de Verenigde Naties na lang dralen een onderzoek naar de grove schendingen van de mensenrechten in Oost-Congo in de periode van 1993 t.e.m. 2003, wat resulteerde in het DRC Mapping Report in 2009. De systematische agressie tegen de Rwandese Hutuvluchtelingen in Oost-Congo door buitenlandse milities werd in kaart gebracht. Moordpartijen en massale verkrachtingen werden benoemd. En toch volgde opnieuw een stilte.
En in die stilte gedijt seksueel geweld.
Tot op vandaag zijn tientallen milities en rebellengroeperingen actief in Oost-Congo. Het gebruik van seksueel geweld als wapen wordt door hen gewoon verdergezet. Niemand houdt hen tegen. De Congolese overheid blinkt uit in afwezigheid. Straffeloosheid is het gevolg. Verkrachting wordt gedoogd.
En dus nestelt zich stilaan de gedachte in de hoofden van vele burgers dat verkrachting normaal is. Het hoort erbij. Ook de buurman doet het nu.
Maar Oost-Congo is ver van ons bed. Niets om van wakker te liggen. Ook Ethiopië is ver ons bed, Oekraïne iets minder. De Amerikanen deden het in Vietnam, IS had hordes seksslavinnen, Bosnische moslimmeisjes waren de prooi van Servische milities, Belgische en Franse vrouwen waren slachtoffer van Duitse soldaten in de Tweede Wereldoorlog.
l’Histoire se répète. En de wereld kijkt weg. Normaal, toch ?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier