In beeld: De nasleep van de Filipijnse strijd tegen Islamitische Staat
Twee jaar geleden trachtten strijders trouw aan Islamitische Staat de Filipijnse stad Marawi in te nemen. Meer dan 100.000 mensen sloegen op de vlucht in wat ’s lands grootste conflict werd sinds WOII.
Mohammad Ali Acampong (42), een Filipijnse overheidsbeamte, had zijn nieuw huis nog maar een week af toen het kogels en bommen begon te regenen in zijn thuisstad Marawi City. Een groep strijders wilde de stad veroveren in naam van terreurgroep Islamitische Staat. Meer dan 100.000 mensen sloegen op de vlucht in wat het grootste conflict werd voor de Filipijnse strijdmacht sinds de Tweede Wereldoorlog.
Marawi was een van de meest pittoreske plekken in de Filipijnen. Maar na 154 dagen van bombardementen en artillerieaanvallen door het Filipijnse leger ligt de helft van de stad nu in puin.
Talloze bewoners van Marawi wonen nog steeds in tijdelijke opvangkampen.
In tijdelijke opvangkampen zijn water en levensmiddelen schaars.
Mohammad Ali Acampong (42) geeft zijn zoon een bad.
Vijfhonderd gezinnen uit Marawi City leven vandaag in plastieken tenten nadat in hun stad een verbeten strijd uitbrak tussen strijders trouw aan IS en de Filipijnse strijdmacht.
Honderden IS-strijders, 165 soldaten en tenminste 45 burgers kwamen om bij het conflict dat vijf maanden aansleepte. President Rodrigo Duterte verklaarde de stad bevrijd in oktober 2017.
De beloofde heropbouw van Marawi lijkt maar niet op gang te komen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier