Hoe de Amerikaanse verkiezingen uitdraaien op een straatgevecht over het Hooggerechtshof
De ‘October surprise‘ die de Amerikaanse verkiezingsstrijd traditioneel op zijn kop zet, lijkt dit jaar een maandje eerder te komen. Met het overlijden van hoge rechter Ruth Bader Ginsburg wordt het al zo felle gevecht tussen Donald Trump en Joe Biden een politieke slag waarin álles op het spel staat.
Het Hooggerechtshof heeft een unieke functie in de Amerikaanse democratie. Mede door de bittere verdeeldheid in het Congres (en in de samenleving) heeft dit groepje van negen onverkozen rechters vaak het laatste woord als het gaat om belangrijke landelijke kwesties. Niet het Congres of de president, maar het Hooggerechtshof besloot om het homohuwelijk te legaliseren (2015), om abortussen landelijk toe te staan (1973), en dat rassensegregatie op scholen niet langer zou worden toegestaan (1954).
Niet alleen zulke ethische vraagstukken, maar ook alledaagse regeringskwesties worden door de negen justices opgelost. In geen ander land zou een rechtbank serieus in overweging nemen of de president en het Congres wel de macht hebben om het zorgstelsel te herzien, maar in Amerika gebeurt dat wel. Volgend jaar staat in de agenda van het Hooggerechtshof een uitspraak die moet bepalen of het Obamacare-stelsel overeind kan blijven, of dat het in 2014 ingevoerde verzekeringssysteem ongrondwettelijk is.
Met het overlijden van de progressieve rechter Ruth Bader Ginsburg zijn voor de Democraten alle alarmbellen gaan rinkelen, want als het president Trump en de Republikeinen in de Senaat lukt om nóg een conservatieve opperrechter aan te stellen, is de toekomst van Obamacare op zijn zachtst gezegd onzeker. Voor een Democratische president zou het zelfs met een Democratisch Congres een stuk lastiger worden om te regeren. De zes conservatieve rechters kunnen dan immers een streep zetten door wetgeving van de Democraten. Progressieve politici vrezen alvast voor het recht op abortus, het kiesrecht voor alle Amerikanen, en de beperkte limieten aan wapenbezit die er nu nog zijn.
Republikeinse senaatsmeerderheid wil doorstomen
Het probleem voor de Democraten: ondanks de winst tijdens de tussentijdse verkiezingen van 2018 zijn de Republikeinen nog altijd in de meerderheid in de Senaat. En laat dat nu net de kamer zijn die de aanstelling van nieuwe opperrechters moet goedkeuren. Met een Republikeinse president en 53 van de 100 senaatszetels heeft de partij alle elementen in huis om nog voor de verkiezingen een nieuwe rechter in het Hooggerechtshof te plaatsen.
Vooralsnog lijkt de partij dat ook van plan. Republikeins senaatsleider Mitch McConnell zei maandag dat er ‘dit jaar’ over een nominatie gestemd zal worden. Trump is van plan om zaterdag bekend te maken wie hij zal nomineren.
Het is nog niet zeker of de Republikeinen van plan zijn om nog voor verkiezingsdatum 3 november te stemmen, of in de zogenaamde ‘lame duck‘-periode tussen de verkiezingen en de beëdiging van het nieuwe Congres in januari. Trump lijkt alvast aan te sturen op een stemming voor de verkiezingen, want volgens hem is een volledig panel van negen rechters nodig om eventuele geschillen over de stembusgang zelf te beslechten.
In de afgelopen dagen werd al veelvuldig gewezen op de uitspraken die Republikeinse senatoren in 2016 deden, toen Obama ruim zeven maanden voor de verkiezingen een nieuwe opperrechter nomineerde. McConnell wilde toen niet eens een hoorzitting houden over de nominatie, omdat dat volgens hem niet gepast was in een verkiezingsjaar. Het volk moest eerst naar de stembus om te bepalen wie een nieuwe rechter mocht aanstellen, klonk het toen.
Als je de Senaat hebt, als je de stemmen hebt, kan je min of meer doen wat je wil.
President Donald Trump
Dit jaar hebben de Republikeinen zich in allerlei bochten moeten wringen om uit te leggen waarom in dit verkiezingsjaar wel een rechter kan worden aangesteld, en dan ook nog veel korter voor de stembusgang dan vier jaar geleden. Ditmaal zijn de verkiezingen eigenlijk al begonnen: in verschillende staten is het nu al mogelijk om een vervroegde stem uit te brengen, of om een stembiljet op de post te doen.
Zoals zo vaak was het Trump die open was over de ongemakkelijke waarheid achter de U-bocht van de Republikeinen. ‘Het is nu anders’, aldus de president, want ‘als je de Senaat hebt, als je de stemmen hebt, kan je min of meer doen wat je wil’. En daarin heeft hij gelijk: de Republikeinen hebben in 2016 het Witte Huis en de Senaat gewonnen, en daarmee het recht verworven om rechters te nomineren en aan te stellen.
Toch is het voor de Republikeinen niet zonder risico’s om dat proces versneld te doorlopen. Uit een peiling van Reuters/Ipsos, die in de dag na het overlijden van Ginsburg werd uitgevoerd, blijkt dat bijna tweederde van de Amerikanen wil dat de Senaat wacht met het aanstellen van een nieuwe opperrechter. Zelfs de helft van de Republikeinen vindt het gepast om te wachten.
Dat roept de vraag op of de Republikeinen electoraal zullen worden afgestraft als ze nu hun wil doordrukken. Twee gematigde Republikeinse senatoren kozen al eieren voor hun geld en hebben gezegd geen stemming te willen houden voordat de verkiezingsuitslag bekend is. Vooralsnog lijken zij echter de enige dissidenten te zijn, en houden de Republikeinen dus een krappe meerderheid van 51 senatoren die wel bereid zijn om te stemmen.
Miljoenen dollars stromen binnen bij Democraten
Dat Democratische kiezers de strijd om het Hooggerechtshof zeer belangrijk vinden, bleek direct uit de verpletterende bedragen die in de dagen na de dood van Ginsburg aan de campagnes van Biden en Democratische senaatskandidaten werden gedoneerd. Via de site ActBlue, die door Democratische politici wordt gebruikt om fondsen te werven, werd in één dag meer dan 70 miljoen dollar gedoneerd aan Democraten. Daarmee stroomde ruim vier keer zo veel geld binnen als op een gemiddelde dag in augustus, en meer dan het campagnecomité van Trump in die hele maand binnenhaalde.
Er is ook een optimistisch scenario voor de Republikeinen: dat conservatieve kiezers dusdanig blij zijn met het installeren van een derde ‘Trump-rechter’ in het Hooggerechtshof – of met het vooruitzicht dat dit kort na de verkiezingen zal gebeuren – dat zij in nog grotere aantallen naar de stembus zullen gaan.
De conventionele wijsheid in Washington is dat Republikeinen winnen als het Hooggerechtshof een belangrijk onderwerp is bij de verkiezingen; uit exitpeilingen bleek dat veel van Trumps steun in 2016 te maken had met het openstaande zitje in het Hooggerechtshof, terwijl minder Democraten die reden aangrepen om op Clinton te stemmen.
Wat als Democraten de Senaat herpakken?
Democraten zijn momenteel de favorieten om het Witte Huis, de Senaat én het Huis van Afgevaardigden te winnen in november, blijkt uit peilingen en voorspellingen van politiek analisten. Met daarbij natuurlijk de caveat: Clinton werd voor de verkiezingen van 2016 ook gezien als favoriet, en dat pakte net even anders uit.
Volgens een model van FiveThirtyEight – gebaseerd op honderden peilingen uit het hele land, campagnedonaties en inschattingen van experten – hebben de Democraten ruim 60 procent kans om de meerderheid in de Senaat te herpakken. Biden wordt een overwinningskans van bijna 80 procent toegedicht.
Als dat gebeurt nadat de Republikeinen een nieuwe hoge rechter hebben benoemd, zouden de Democraten op verschillende manieren wraak kunnen nemen. Eén mogelijkheid die wordt geopperd is het toevoegen van Washington D.C. en Puerto Rico als de 51e en 52e staten van de VS. Dat zou vier nieuwe leden toevoegen aan de Senaat, waar de territoria momenteel niet vertegenwoordigd zijn. In de huidige politieke realiteit zouden de nieuwe senatoren allemaal van de Democratische Partij komen. In Washington stemde vier jaar geleden 91 procent van de inwoners op Clinton; Puerto Ricanen mochten niet op een presidentskandidaat stemmen, maar het politieke landschap wordt daar gedomineerd door Democraten.
Als McConnell en de Republikeinen in de Senaat hiermee doorgaan, dan is volgend jaar niets onbespreekbaar.
Chuck Schumer, Democratisch senaatsleider
Een andere optie is om extra rechters toe te voegen aan het Hooggerechtshof. Het huidige aantal van negen rechters ligt niet vast in de grondwet, en kan dus door het Congres worden gewijzigd. ‘Court packing‘, zoals deze praktijk wordt genoemd, was tot voor kort een voorstel dat alleen op de extremere flanken van de Democratische Partij hoorbaar was.
Maar na de dood van Ginsburg is het plotseling een idee dat een realistische slagingskans lijkt te hebben. Democratisch senaatsleider Chuck Schumer weigerde zondag expliciet om uitbreiding van het Hof uit te sluiten: ‘Als McConnell en de Republikeinen in de Senaat hiermee doorgaan, dan is volgend jaar niets onbespreekbaar.’
Een compromis?
Volgens de Trump-kritische Republikein David French zouden beide partijen er verstandig aan doen om nu alvast een deal te sluiten: de Republikeinen beloven geen stemming over een nieuwe hoge rechter te houden voordat de verkiezingsuitslag bekend is, en om Trumps genomineerde niet in stelling te brengen als Biden wint. In ruil daarvoor beloven Democraten dat zij niet zullen tornen aan de structuur van de rechtbank.
Court packing is op de lange termijn immers voor niemand een positieve ontwikkeling. Biden zelf zei vorig jaar dat ‘we daar spijt van zullen krijgen’. ‘Wij voegen nu drie rechters toe. De volgende keer, als wij de meerderheid verliezen, voegen zij drie rechters toe. Dan begint de rechtbank al haar geloofwaardigheid te verliezen.’
Daarom is er een compromis nodig, schrijft French. ‘Beide partijen zouden Machiavellisme (voor eventjes) afschudden en iets concreets doen om de giftige politieke conflicten van Amerika te deëscaleren.’
Een mooi idee, maar erg realistisch is het niet. Zoals French zelf schrijft, komt de strijd om de opvolging van Ruth Bader Ginsburg nu neer op ‘brute macht’. Trump en zijn partij hebben de afgelopen vier jaar laten zien dat ze er niet van terugschrikken om hun macht in te zetten. Zes weken voor de verkiezingen zullen ze daar niet plotseling mee stoppen.
Alles over de Amerikaanse verkiezingen 2020
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier