In kaart: een korte geschiedenis van het Israëlisch-Arabische conflict

Een Palestijnse demonstrant houdt een nationale vlag vast terwijl anderen banden verbranden tijdens een klein protest in maart 2023. © Getty

Hoe zijn de grenzen van Israël in de loop der jaren veranderd? En waarom kwamen de Palestijnse autonome gebieden verspreid te liggen in twee aparte regio’s? Een korte geschiedenis van het aanslepende conflict tussen Joden en Arabieren, aan de hand van kaarten.

1916: Sykes-Picotvoorstel

Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden Sir Mark Sykes en François Georges-Picot, respectievelijk een Britse en Franse diplomaat, door hun regeringen aangesteld om in het geheim het grondgebied van het Ottomaanse Rijk te verdelen. De Arabische provincies zouden worden verdeeld onder Europese mogendheden. Gezien de betekenis van Palestina voor het christendom, de islam en het jodendom werd Palestina gezien als internationaal grondgebied. In 1917 vaardigde Groot-Brittannië de Balfourverklaring uit, waarin het zijn steun uitsprak voor ‘de vestiging in Palestina van een nationale thuis voor het Joodse volk’. Tegen die tijd hadden Joodse landbouwers zich al in Palestina gevestigd, en had de door Theodor Herzl opgerichte zionistische beweging in 1897, tijdens haar eerste congres in Bazel, verklaard dat ze een thuisland voor de Joden wilde stichten.

1920-1922: Palestina onder Brits mandaat

In 1920 werd de verdeling van het Ottomaanse Rijk voltooid tijdens de Conferentie van San Remo. Groot-Brittannië kreeg een mandaat om te heersen over delen van het internationale gebied dat het Sykes-Picotvoorstel voor ogen had. Dat gebied werd het jaar daarop op zijn beurt opgesplitst in Palestina en Transjordanië, een Arabisch koninkrijk onder Hasjemitische heerschappij. Het mandaat werd in 1922 goedgekeurd door de Volkenbond, een voorloper van de Verenigde Naties (VN). Belangrijk is dat het mandaat de Balfourverklaring onderschreef. De Arabieren in dat gebied zochten almaar meer hun toevlucht tot geweld tegen hun bezetters: Joodse migranten, onder wie Duitse Joden die de vervolging door de nazi’s waren ontvlucht. In 1936 kwamen de Arabieren in opstand. De Britten verpletterden de opstand, maar probeerden de Arabieren voor zich te winnen door de Joodse ambities in de regio te beperken. Waarop Joodse militante groepen ook in opstand kwamen. Na de Tweede Wereldoorlog werden de conflicten tussen Arabieren en Joodse migranten nog heviger. Uiteindelijk gaven de Britten het op en schoven de kwestie door naar de VN.

1947: VN-voorstel tot verdeling

Na de Holocaust groeide de druk voor de internationale erkenning van een Joodse staat. In 1947 stelde de VN een verdeling van Palestina in drie delen voor: een Arabische staat, een Joodse staat en Jeruzalem, dat een corpus separatum moest worden, een afzonderlijke, internationaal bestuurde entiteit. Het geweld werd alleen maar heviger. Nadat Groot-Brittannië zich in 1948 volledig uit het gebied had teruggetrokken, riepen Joodse leiders de oprichting van de staat Israël uit. Arabische buurlanden vielen meteen binnen.

1949: De Groene Lijn

Israël overleefde de Arabische invasie en in 1949 kwam er een wapenstilstand. Voortaan zouden de feitelijke grenzen tussen Israël en de Arabische staten (die Israël weliswaar niet als staat wilden erkennen) bepaald worden door een demarcatielijn (bekend als de ‘Groene Lijn’). Meer dan 700.000 Palestijnse Arabieren vluchtten of werden uit hun huizen verdreven. Ze noemden het de nakba, de catastrofe. De Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever kwamen onder controle van respectievelijk Egypte en Transjordanië (later Jordanië). Jeruzalem werd verdeeld.

1967: Na de Zesdaagse Oorlog

In 1967, tijdens de Zesdaagse Oorlog tussen Israël en zijn Arabische buren, veroverde Israël de Westelijke Jordaanoever, Oost-Jeruzalem, de Gazastrook, de Golanhoogte en het schiereiland Sinaï. Het annexeerde Oost-Jeruzalem, samen met een stuk van de Westelijke Jordaanoever, en begon Joodse nederzettingen te bouwen in de bezette gebieden.

1979-1982: Na het vredesakkoord Israël-Egypte

In oktober 1973, op de Joodse heilige dag Jom Kippoer, begonnen Egypte en Syrië een aanval in de Sinaï en de Golanhoogten. Onder Amerikaanse auspiciën ondertekenden Israël en Egypte in 1978 de Camp Davidakkoorden en het jaar daarop een vredesverdrag. Israël stemde ermee in om de hele Sinaï terug te geven en de Palestijnen autonomie te geven. De Arabische landen waren woedend: ze schopten Egypte uit de Arabische Liga en er werd geen vooruitgang geboekt op het gebied van Palestijnse autonomie.

1993: De Oslo-akkoorden

In 1987 kwamen de Palestijnen in opstand in wat bekend werd als de eerste intifada: een aanhoudende reeks stakingen en protesten waarbij niet zelden stenen werden gegooid. In 1993 ondertekenden Israël en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie PLO het eerste Oslo-akkoord. Dat voorzag in een vijfjarige periode van Palestijnse autonomie op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook onder een nieuwe entiteit, de Palestijnse Autoriteit (PA). De tussentijdse regelingen creëerden een onoverzichtelijke lappendeken op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook. Zo kreeg de Palestijnse Autoriteit in gebied A de volledige controle over burgerzaken en veiligheid. In gebied B had ze bevoegdheden op het gebied van burgerzaken en een aantal bevoegdheden op het gebied van ordehandhaving, maar behield Israël de uiteindelijke controle over de veiligheid. In gebied C behield Israël de volledige controle. In het akkoord stond ook dat de definitieve status van Jeruzalem en de nederzettingen later geregeld zouden worden. Tijdens de tweede intifada, die duurde van 2000 tot 2005 en waarbij Palestijnen geweren en zelfmoordbommen gebruikten, bouwde Israël een veiligheidsbarrière op de Westelijke Jordaanoever en trok het uiteindelijk zijn troepen en kolonisten terug uit de Gazastrook. Op de Westelijke Jordaanoever trok Israël zich terug uit vier nederzettingen.

2020-nu:

Vandaag de dag wonen er bijna 3 miljoen Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever en meer dan 450.000 Israëli’s in nederzettingen (exclusief Oost-Jeruzalem), een aantal dat sinds de ondertekening van de Oslo-akkoorden ongeveer verviervoudigd is. Sommige kolonisten wonen al twee generaties op de Westelijke Jordaanoever. Jeruzalem is omringd door nederzettingen. De Palestijnen in Gaza hebben het aanzienlijk slechter dan elders. Het gebied wordt sinds 2007 gecontroleerd door de militante groep Hamas. Nadat Hamas aan de macht was gekomen, verstevigden Egypte en Israël de blokkade van het gebied. De huidige oorlog tussen Hamas en Israël is al de vijfde. De laatste gevechten zijn de dodelijkste tot nu toe.

Lees meer over:

Partner Content