Simon Demeulemeester
Grieks referendum is een terecht ‘nee’ tegen boekhouders, een ‘ja’ voor politiek
De Grieken hebben met hun ‘neen’ de boekhouders weggestemd. Ze vragen politieke antwoorden op een politiek probleem. Meteen overstijgen ze zo zichzelf, en leggen ze de vinger op de Europese wonde.
De Europese crisis rond Griekenland legt veel zaken bloot, maar toch vooral dat politiek over emotie en ideologie gaat, en niet alleen over cijfers en feiten. Het debat wordt erg emotioneel gevoerd. Dat is logisch: cijfers en feiten verhelderen hier niet, integendeel. Voor elke econoom die besparingen bepleit op basis van een Excel-bestand, is er een Nobelprijswinnaar Economie die diezelfde besparingen van tafel veegt met even harde cijfers. Eentjes en nulletjes over en weer gooien om het gelijk te bewijzen is niet meer of minder dan een dovemansgesprek.
Grieks referendum is een terecht ‘nee’ tegen boekhouders, een ‘ja’ voor politiek
Ook als gebetonneerd voorgestelde afspraken zijn nogal waardeloos in de discussie. Wie schermt met ‘de regels van de club’, moet nog eens naar Didier Reynders bellen. Hij gaf toe dat die club deksels goed wist dat Griekenland ‘de regels’ aan de laars aan het lappen was bij haar Europese intrede. Wie zijn of haar peuter zo opvoedt, weet dat het een geanimeerde puberteit terugkrijgt.
Politiek heeft cijfers nodig, maar mag die niet als enige leidraad hebben. Politiek gaat om ideologie, om moraal, om normen en waarden. Wie iets anders beweert, doet aan volksverlakkerij.
Het Griekse OXI is een en al buikgevoel en emotie. De NAI was dat ook. OXI staat voor (gekrenkte) trots en de hoop op beter. NAI voor angst en hoop op minder onzekerheid. OXI tegen NAI: middelvinger tegen bedelende hand.
Dat is ook niet nieuw. Eind 2012 al viel die kloof op tussen de Colgate-retoriek van de cijferaars en de ruige emoties van de mensen in de straat. ‘De enige goede politicus is een dode,’ zo besloot de Atheense Damianne een indrukwekkende scheldtirade die volgde op mijn vraag of ze even optimistisch was als haar politici – die hardnekkig licht aan het einde van de tunnel bleven zien. Ik stapte met knikkende knieën, suizende oren en wat illusies armer haar stripwinkel in hartje Athene buiten.
Die emoties zijn niet gaan liggen. Integendeel. Ze zullen ook niet gaan liggen, en dus moeten ze een antwoord krijgen. In dezelfde taal.
Angela Merkel, François Hollande, Jean-Claude Juncker en Donald ‘Waar blijf je nou?’ Tusk moeten met Alexis Tsipras samenzitten en vooral over politiek praten. Christendemocraten als Merkel, Juncker en Wolfgang Schäuble moeten barmhartigheid naar de tafel meenemen. Socialist Hollande heeft de plicht er te hameren op solidariteit, gesteund door Jeroen Dijsselbloem – tot nader order ook lid van een socialistische partij. Liberaal Tusk moet de Grieken de democratische vrijheid geven die hij voor de Polen bedong.
Zij moeten samenzitten en praten over honger, wanhoop en vooruitzichten. Over Europa als welvaartscreator, als heraut van de democratie en bewaker van mensenrechten en vrede. Over een Europa dat niet kan aanvaarden dat aangespoelde wanhopigen door fascisten worden doodgeslagen in onze straten. Over hoe Merkels politieke vader Helmut Kohl een ‘groots gebaar’ stelde, zoals Bart Sturtewagen eerder schreef in De Standaard.
Als een groots, Europees gebaar is gesteld, als de politiek gesproken heeft, dan kunnen de boekhouders weer aan de slag met cijfertjes, procentjes en kommatjes. Kolen en staal waren dan wel de basis van onze Europese samenwerking, als winnaar van de Nobelprijs voor Vrede moeten we durven verder kijken.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier