Greenpeace bezorgd na inslag Russische drone in Tsjernobyl: ‘Schade is veel ernstiger dan verwacht’

Oekraïense reddingswerkers in Tsjernobyl nadat een Russisch drone is ingeslagen op de sarcofaag rond de kernreactor. © REUTERS

Begin februari vuurde Rusland een drone af die de beschermlaag rond de kernreactor van Tsjernobyl raakte. Jan Vande Putte, nucleair expert voor Greenpeace Oekraïne, ging de schade opmeten. ‘Het zal miljarden kosten om de schade op te lossen.’

Toen het Russische leger in 2022 zijn grootschalige invasie van Oekraïne begon, was dat voor de meeste organisaties en verenigingen de aanleiding om het land te verlaten. Voor natuurbehoudsorganisatie Greenpeace was het de aanleiding om zich in Oekraïne te vestigen.

In juli 2022 werd de ngo immers uitgenodigd door de Oekraïense regering om de milieuschade te documenteren die Rusland veroorzaakt had rondom de voormalige kerncentrale van Tsjernobyl. Sinds september 2024 heeft Greenpeace een officiële Oekraïense afdeling. Met Jan Vande Putte, die voor de ngo onderzoek doet naar nucleaire veiligheid, heeft de Oekraïense afdeling zelfs een Belg in zijn rangen. Vande Putte verblijft jaarlijks ongeveer vier maanden in Oekraïne.

Tsjernobyl

Vande Putte is net terug van een onderzoeksreis naar Tsjernobyl, de plek waar in 1986 de beruchte kernreactor ontplofte. Dat plaatsje ten noorden van Kiev lag in de begindagen pal op de route die het Russische leger had uitgestippeld om van Belarus naar de Oekraïense hoofdstad te trekken. Op de eerste dag van de invasie bezette het Russische leger zowel de oude kerncentrale als het gezondheidskordon eromheen. Tijdens de bezetting groeven de Russische soldaten loopgraven, en brachten ze allerlei defensieve structuren aan in de radioactieve grond.

Op 14 februari werd de kernreactor opnieuw aangevallen, toen een Russische Geran-2-drone met een lading van vijftig kilo springstof zich in de omkapping van de kernreactor boorde. ‘De schade is veel ernstiger dan verwacht,’ zegt Vande Putte, die Tsjernobyl vorige week bezocht.

Rondom de voormalige kernreactor werd in 1986 een beschermlaag aangebracht, de zogenaamde sarcofaag. Rond die sarcofaag werden later twee isolerende daken aangelegd die dertien meter uit elkaar liggen. Tussen die lagen wordt een overdruk gecreëerd, om te verhinderen dat er vochtophopingen kunnen ontstaan. ‘De drone heeft ervoor gezorgd dat de luchtdichte laag tussen die beide daken is beschadigd’, zegt Vande Putte. ‘Die brand is nog altijd aan het smeulen.’

Een Russische drone boorde zich op 14 februari door de omkapping rond de kerncentrale in Tsjernobyl. De schade dreigt in de miljarden te lopen. © REUTERS

Vier ton radioactief stof

De sarcofaag van de oude kernreactor is al langer een probleem. ‘Eigenlijk moeten bepaalde delen van die constructie dringend ontmanteld worden’, zegt Vande Putte. ‘Dat is extra moeilijk omdat er in die sarcofaag minstens vier ton radioactief stof zit. Die extra overkapping dient eigenlijk om te verhinderen dat dat stof vrijkomt. Door de beschadigingen kan die ontmanteling nu niet meer doorgaan, terwijl die werken al in 2023 afgerond hadden moeten zijn.’

“Zelfs als Rusland niet de intentie heeft om een kernramp te veroorzaken, is het bereid om enorme risico’s te nemen.’

Tegelijk maant Vande Putte aan tot kalmte. De situatie in Tsjernobyl is ernstig en zal miljarden kosten om op te lossen, maar er is geen concreet risico op een echte kernramp. Toch is hij uiterst bekommerd over de manier waarop Rusland met nucleaire veiligheid omgaat. ‘Dit is een zoveelste opzettelijke aanval’, benadrukt Vande Putte. ‘Rusland toont voortdurend dat het bereid is om te escaleren en Kiev te blijven bedreigen. Zelfs als Rusland niet de intentie heeft om een kernramp te veroorzaken, is het bereid om enorme risico’s te nemen.’

Terugkerend patroon

Tsjernobyl is niet eens de voornaamste bezorgdheid voor Greenpeace in Oekraïne. Het grootste risico is de kerncentrale van Zaporizja, de grootste kerncentrale van Europa, die begin maart door het Russische leger werd bezet. ‘De Russen hebben toen aanzienlijke schade aangericht aan de kerncentrale, die toen nog volop elektriciteit produceerde’, zegt Vande Putte. ‘Dat is bijzonder gevaarlijk. De splijtstof van zo’n kerncentrale zorgt voor enorme temperaturen en moet voortdurend gekoeld worden. Als die kerncentrale ongecontroleerd uitvalt en er onvoldoende koelwater wordt verspreid, kan dat tot enorme problemen leiden.’

Vande Putte ziet verontrustende patronen in de manier waarop Rusland de Oekraïense energie-infrastructuur aanvalt. ‘Rusland valt niet langer de energiecentrales zelf aan, maar richt zich op de transformatoren die het elektriciteitsnet verbinden’, aldus Vande Putte. ‘Die aanvallen brengen de nog werkende Oekraïense kerncentrales in gevaar. Rusland probeert eigenlijk een nationale black-out te veroorzaken. Dat is enorm gevaarlijk. Kerncentrales moeten hun elektriciteit kwijt kunnen aan het elektriciteitsnet, en hebben elektriciteit nodig om hun splijtstof af te koelen.’

Bovendien zou Rusland van plan zijn om de kerncentrale van Zaporizja opnieuw  op te starten, al ontkent het dat zelf wel. Daarvoor zou Rusland zijn eigen nucleaire personeel overbrengen. ‘Dat is enorm riskant’, zegt Vande Putte. ‘Rusland heeft in 2023 de Nova Kachova-dam opgeblazen, waardoor de kerncentrale minder toegang heeft tot koelwater.’

Toen het Russische leger de kerncentrale van Tsjernobyl in februari 2022 bezette, werden loopgraven en andere defensieve structuren aangelegd. © REUTERS

Oekraïense kerncentrales cruciaal

Naast die nucleaire bekommernis werkt de Oekraïense afdeling vooral aan de zogenaamde Green Reconstruction. Dat zijn bouwprojecten waarbij onder andere Oekraïense ziekenhuizen worden gerenoveerd zodat ze op hernieuwbare energie draaien, en in staat zijn om eventuele onderbrekingen van het elektriciteitsnet voor een zekere tijd op te vangen. In tegenstelling tot zowat alle andere landen pleit Greenpeace in Oekraïne niet voor de sluiting van de kerncentrales. ‘De energie die de Oekraïense kerncentrales opwekken is cruciaal,’ zegt Vande Putte. ‘Het zou onverantwoord zijn om nu de Oekraïense kerncentrales te sluiten.’

Hij geeft toe dat zijn periode in Oekraïne zijn blik op de wereld heeft veranderd. ‘Ik kom uit de vredesbeweging’, zegt Vande Putte. ‘Ik heb in de jaren tachtig nog betoogd tegen de kruisraketten in België. Als student riep ik ook dat België onmiddellijk uit de NAVO moest stappen.

‘Ja, we hebben aan het einde van de Koude Oorlog de kans gemist om een collectieve veiligheidsstructuur uit te werken met Rusland erbij’, verzucht Vande Putte. ‘Maar dat neemt niet weg dat Rusland geen enkel recht heeft om Oekraïne binnen te vallen en dat Oekraïne het recht heeft om zichzelf te verdedigen. De grote denkfout bij sommigen aan de Europese linkerzijde  is te denken dat we onze fouten uit de jaren negentig moeten goedmaken door nu toegeeflijk te zijn voor Rusland. Het is absoluut moreel en logisch dat we alles in het werk stellen om Oekraïne te helpen om zich tegen Rusland te verdedigen. Ik vind dat uiteraard niet leuk. Maar het is voor mij het enige mogelijke morele standpunt.’

Lees meer over:

Partner Content