Gevlucht voor Maduro: ‘Wie terugkeert belandt in de cel of tussen zes planken’
Een menswaardig bestaan lijkt hoe langer hoe meer onmogelijk in het Venezuela van Nicolas Maduro. Knack sprak vier Venezolaanse vluchtelingen die uit de Zuid-Amerikaanse hel konden ontsnappen.
‘Het is een beetje zoals Nazi-Duitsland. Heel wat mensen wisten al jaren dat er iets gaande was maar de wereld merkte het pas laat op.’ Edward, een twintiger met zwart haar en een brede glimlach schuwt een straffe vergelijking niet. Zijn vriend Rodriguez*, die wegens een lopende asielprocedure niet met zijn echte naam in dit stuk wil, knikt instemmend.
Wat voor veel Venezolanen al bijna twintig jaar realiteit is, is het laatste jaar pas echt op de radar van de Europese pers verschenen. Corruptie, geweld, afpersing en hyperinflatie zijn tegenwoordig schering en inslag in het Venezuela van Nicolas Maduro.
Een huis verkoop je in Venezuela voor nog geen 5000 dollar. Niemand kan het dubbele ophoesten.
Als klap op de vuurpijl teisteren stroomstoringen om de haverklap het land. Ziekenhuizen en universiteiten functioneren niet meer. ‘Er is een gezegde onder de bevolking dat alles wat de regering aanraakt, verandert in stront. Mierda‘, schertst Edward met een gezicht alsof hij daadwerkelijk uitwerpselen ruikt.
Wie vandaag een uitweg uit het verpauperde land zoekt, botst op gesloten grenzen met buurland Colombia.
Vuile Yankee
Rodriguez en Edward beseffen dat ze geluk hebben gehad. Nou ja, geluk. ‘Ik heb al m’n bezittingen moeten verkopen om te kunnen vluchten’, zucht Rodriguez die op het moment van dit gesprek nog geen maand in België is.
‘Met het geld heb ik onder andere Colombiaanse paramilitairen omgekocht. Ze knepen dan een oogje dicht terwijl ik al zwemmend de rivier aan de grens overstak. Het was een helse tocht vol moerassen, zware hellingen en cactussen. Mijn vrouw was op dat moment zwanger van ons tweede kind.’
Ook Edward heeft zijn hele hebben en houden van de hand gedaan. ‘Niet dat je er veel voor krijgt. Een huis verkoop je in Venezuela voor nog geen 5000 dollar. Niemand kan het dubbele ophoesten.’ Met een toeristenvisum belandde hij in april van vorig jaar in Portugal van waaruit hij zijn weg naar familie in België vond.
Voor de 24-jarige student viel de beslissing om het land te verlaten nadat hij door de colectivo’s, de gevreesde regeringsmilitie van Maduro, op straat in elkaar werd getimmerd. ‘Ik studeerde Rechten op het eiland Margarita en was naast leider van de studentenprotesten ook lid van oppositiepartij Voluntad Popular. Daarvoor kreeg ik regelmatig bedreigingen opgestuurd.
‘Toen ik op een dag thuiskwam van de universiteit stonden twee in het zwart geklede mannen met bivakmuts me op te wachten. Ze vroegen me waarom ik ondanks hun bedreigingen toch bleef doorgaan met protesteren. Daarna haalden ze stokken boven waarmee ze me bewusteloos sloegen. Net voor ik flauwviel hoorde ik een van hen me nog toesnauwen: ‘volgende keer zal het erger zijn.’ Op dat moment wist ik dat ik moest vertrekken.’
Iets wat hier banaal lijkt zoals McDonalds is in Venezuela een luxe die enkel voor de superrijken is weggelegd.
Ook Rodriguez kreeg met afpersing te maken. Toen in 2017 enkele colectivo’s zijn vrouw en hem een gewelddadig bezoekje brachten na protesten besloot hij een eerste keer naar Colombia te vluchten. ‘Maar omdat mijn vrouw op bevallen stond en er zich een tijdje geen incidenten meer voordeden, keerde ik toch terug.
‘Het was aanvankelijk rustig tot ik op een dag met de motor naar een betoging toe reed. Twee andere, in het zwart geklede motorrijders kwamen naast me rijden en scholden met uit voor Yankee en landverrader. Vervolgens duwde een van hen me zodat ik met hoge snelheid tegen het asfalt smakte.’ Rodriguez schuift zijn stoel wat naar achteren en heft zijn been boven de tafel om de littekens te laten zien.
‘Ik ben op eigen houtje in het ziekenhuis geraakt want een ambulance was er niet. Daar hebben ze me naar de apotheek gestuurd om zelf de verzorgingsmiddelen te kopen. In het hospitaal was niet eens ontsmettingsmiddel aanwezig.’ Rodriguez vertelt het met een kalmte die doet uitschijnen dat zijn verhaal niet zo speciaal is.
Elektroden en koelcellen
Uniek is het geweld niet. Daar kunnen Ivonne (42) en Israel (26) over meepraten.
De een woont tegenwoordig in Huy, de ander over de taalgrens in hartje Antwerpen. Beide Venezolanen kennen elkaar van Funpaz, een mensrechtenorganisatie die zij en enkele andere protesteerders oprichtten nadat steeds meer oppositieleden onterecht in de gevangenis belandden.
Ook Israel zat in de cel wegens protesten. ‘Ik werd geslagen en moest liedjes voor Maduro zingen.’ Daarna moest de twintiger zich tweewekelijks aan een overheidsloket melden.
Uiteraard was de regering niet echt gediend met het bestaan van Funpaz dat steeds meer media-aandacht kreeg in Zuid-Amerika. ‘Een witte bestelwagen met colectivo’s stond me op enkele meters van mijn huis op te wachten. Ik heb het op een lopen gezet en ben op het nippertje kunnen ontsnappen’, getuigt Israel.
‘Een insider bij de regering heeft me toen laten weten dat ik zo snel mogelijk moest vertrekken omdat ik bij een volgende melding aan het overheidsloket opgepakt zou worden.’
Ze sloegen me geregeld, overgoten me met water en zetten me in een koelcel.
Ivonne had minder geluk. Ze belandde in de cel waar ze gemarteld werd. ‘Elektrocutie’, zegt ze terwijl ze naar haar onderarmen wijst. ‘Ze sloegen me ook geregeld, overgoten me met water en zetten me in een koelcel. Of ze maakten me wijs dat ze mijn vader hadden gebeld met de boodschap dat ik dood was.’
Ivonne slaagde er in 2013 in, net als Israel, naar Colombia te vluchten. Maar daar bleven de bedreigingen doorgaan. ‘Ze wisten waar ik zat. Wanneer ik buiten kwam stond vaak dezelfde auto voor de deur die me aan wandelsnelheid achtervolgde.’
In 2017 dreigde het Colombiaanse regime haar weer naar Venezuela te deporteren waarop Ivonne dan toch besloot richting België te vluchten waar Israel ondertussen al drie jaar zijn asiel had gekregen.
Vogel voor de kat
Veel Venezolaanse vluchtelingen hebben nog familie in het land wonen, al verloopt het contact door de recente stroomstoringen erg moeilijk. Zowel Edward als Rodriguez wachten op een teken van leven van hun familie.
‘Het is al een week geleden sinds ik nog iets van mijn broer heb gehoord’, zegt Israel bezorgd. ‘Ik stuur hen af en toe wat geld dat ik hier verdien op zodat ze kunnen overleven.’
De situatie in het land wordt steeds precairder, zo blijkt. ‘De mensen in Venezuela kunnen nog maar één keer per dag eten’, zucht Rodriguez. ‘Iets wat hier banaal lijkt zoals McDonalds is een luxe die enkel voor de superrijken is weggelegd. Mucho dinero. Cola? Onbetaalbaar.’
Hij pulkt aan zijn blauwe Nike-T-shirt. ‘Voor een namaakexemplaar werk je in Venezuela meer dan twee maanden. Het minimummaandloon bedraagt nog geen 4 dollar.’
‘In Venezuela leef je niet. Je overleeft er’, vult Edward aan. ‘Mensen worden inventief en beginnen zelf hun eten te kweken om niet te verhongeren. De prijzen swingen de pan uit. Je kan ’s ochtends naar de markt gaan en voor een kip duizend Bolivar betalen. Tegen het einde van de markt is ze er drieduizend waard.’
Mensen worden inventief en beginnen zelf hun eten te kweken om niet te verhongeren.
Geneesmiddelen zijn niet voorradig of onbetaalbaar. Ivonne verloor vorig jaar haar vader aan longkanker. ‘Het regime is verantwoordelijk voor zijn dood. Zonder behandeling was hij een vogel voor de kat.’
Ze krijgt tranen in haar ogen. ‘Ik heb hem de ochtend voor hij stierf nog kunnen bellen maar echt afscheid heb ik nooit kunnen nemen. Terugkeren ging niet. Wie terugkeert belandt in de cel of zelf tussen zes planken.’
Met de groeten van Chavez
Uit de getuigenissen komt veel kwaadheid naar boven. In de eerste plaats tegenover Maduro maar ook tegenover het systeem.
‘Hier in België heb ik het échte socialisme leren kennen’, verzucht Ivonne. ‘Maduro’s zelfverklaarde socialisme is in werkelijkheid een communistische dictatuur.’
Wanneer de naam van voorganger Hugo Chavez valt, rolt Edward ostentatief met zijn ogen. ‘Maduro maakt eigenlijk enkel de gevolgen mee van zijn geestelijke vader’, fulmineert hij. ‘Iedereen voelde toen al dat er een crisis aankwam.’
‘Hij heeft ervoor gezorgd dat we van het rijkste naar het armste land zijn gegaan’, pikt Rodriguez in. ‘De corruptie begon bij Chavez al.’
De hoop op verbetering rust dezer dagen op de schouders van Juan Guaido, de jonge oppositieleider die zich begin dit jaar inzwoor als interimpresident na vermeende verkiezingsfraude van Maduro. Israel gniffelt. ‘Ik heb mijn hoop al even geleden laten varen.’
Op de definitieve doorbraak van Guaido wachten hij en Ivonne ondertussen niet meer. Beiden nemen zelf het heft in handen bij Veneurope, een organisatie die in de Europese instellingen lobbywerk verricht om de alternatieve regering te laten erkennen.
Voor Edward kan het niet snel genoeg gaan. ‘We strijden al twintig jaar’, zucht de voormalige rechtenstudent vermoeid. ‘Het is nu het moment om te handelen. Ofwel geraken we er nú uit, ofwel sterft Venezuela!’
Alsof hij een orakel is, breekt enkele weken na deze interviewreeks de eindstrijd aan. Guaido roept de bevolking op om het regime eindelijk omver te werpen.
Een whatsappberichtje van Edward komt binnen: ‘Het moment waarop alles beslist zal worden is aangebroken.’
*Rodriguez is een gefingeerde naam
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier