Europese kiezer vindt economie belangrijker dan migratie, klimaatbezorgdheid groeit
De Eurobarometer leert dat de Europese burger economie en de strijd tegen klimaatverandering almaar belangrijker vindt. Migratie zakt in de prioriteitenlijst. En de Europese Unie is weer historisch populair.
De Europese burger vindt dat de campagne voor de Europese verkiezingen prioritair moet draaien rond economische onderwerpen. Dat blijkt uit de Eurobarometer, een onderzoek dat regelmatig wordt uitgevoerd in opdracht van de Europees Parlement. Van 19 februari tot 4 maart dit jaar werd daarvoor een representatieve groep van 27.973 burgers uit alle 28 EU-lidstaten ondervraagd.
Als het gaat om de onderwerpen die prioritair moeten zijn in de Europese verkiezingscampagne, blijkt de boutade van voormalig Amerikaans president Bill Clinton springlevend: it’s the economy, stupid.
‘Economie en groei’ is voor 50% van de respondenten de topprioriteit, een aanwas van 3 procentpunten. Terwijl dat onderwerp vorig jaar nog op de vierde plaats stond, onttroont het nu ‘migratie’. Dat thema zakt naar de derde plaats (van 50 naar 44%) en laat ook ‘Jeugdwerkloosheid bestrijden’ voorgaan (van 47 naar 49%).
‘Economie’ onttroont ‘migratie’, dat zakt naar de derde plaats.
De ‘strijd tegen klimaatverandering en de bescherming van het leefmilieu’ (van 40 naar 43%) wordt belangrijker dan die tegen terrorisme (van 44 naar 41%). Dat onderwerp komt op de vierde plaats uit.
Klimaat blijkt niet alleen mobiliserende kracht te hebben op straat, maar ook in het stemhokje. 55% van de categorie kiezers die aangeven dat ze ‘zeer waarschijnlijk’ zullen stemmen bij de Europese verkiezingen, zet de klimaatkwestie op één. Belangrijke kanttekening: slechts in 4 landen geldt de opkomstplicht. Naast ons land gaat het om Bulgarije, Luxemburg, Cyprus en Griekenland. De kiezers die nog niet hebben beslist, zitten het meest in met ‘economie en groei’, ‘jeugdwerkloosheid bestrijden’ en immigratiekwesties.
Ook een vergelijking met de individuele, nationale context van elke lidstaat toont een verschuiving in de prioriteiten. In september 2018 was immigratie nog het voornaamste onderwerp in negen lidstaten. In februari-maart van dit jaar, de periode waarin de enquête werd afgenomen, gold dat nog voor vier landen: Italië, Malta, Hongarije en Tsjechië. Landen waar migranten voor het eerst aankomen (Italië en Malta) of waar een populistische en/of radicaal-rechtse regering fors inzet op het migratiethema (Italië, Hongarije en Tsjechië).
De strijd tegen de klimaatverandering en de bescherming van het leefmilieu is in meer lidstaten de prioriteit geworden. Een half jaar geleden gold dat voor vijf lidstaten, vandaag voor zeven: België, Zweden, Nederland, Denemarken, Finland, Luxemburg en Duitsland. De strijd tegen jeugdwerkloosheid is in drie extra lidstaten de topprioriteit geworden.
Wat met België?
58% van de Belgische respondenten gaf aan zeker te zullen gaan stemmen bij de Europese verkiezingen. Dat is opmerkelijk, gezien de opkomstplicht in ons land. Bij de Europese verkiezingen van 2014 was er een Belgische opkomst van 90%. Dat was meer dan dubbel zo hoog als het Europese gemiddelde (43%).
Steeds minder Belgen vinden dat het de verkeerde kant uitgaat met de EU.
Ook opmerkelijk: die 58% komt neer op een groei van 17 procentpunten, de grootste van alle lidstaten waarin groei wordt opgetekend. En nergens zakte het aantal kiezers dat aangeeft wellicht niet te zullen stemmen zo fors als in België (-10 procentpunten). De afgelopen bestuursperiode werd wel eens gezegd dat België aan gewicht verloor in de EU door de ‘eurokritische’ lijn van de N-VA in de federale regering en door het CETA-verzet vanuit Wallonië door Paul Magnette (PS). Waar of niet, het lijkt zich alvast niet te vertalen in meer euroscepticisme.
Want ook minder Belgen vinden dat het de verkeerde kant uitgaat met de EU. Vorig jaar ging het nog om 61%, dit jaar om 53% . Dat blijft natuurlijk een meerderheid. Maar dat sentiment hoeft niet per se tegen de EU an sich gericht zijn. 70% van de Belgen zegt zich zorgen te maken over de opkomst van protestpartijen — alleen in Zweden (75%), Finland (73%) en Duitsland (71%) is dat meer. Die zijn nagenoeg allemaal kritisch dan wel ronduit tegen de EU.
28% van de Europese burgers maakt zich geen zorgen over die protestpartijen.
EU weer historisch populair
De steun voor de EU was nooit zo hoog, ten slotte. 61% van de respondenten noemt het EU-lidmaatschap van zijn of haar land een goede zaak. ‘Ondanks de grote uitdagingen van de afgelopen jaren (terrorisme, migratie, brexit) is het Europese gevoel van verbondenheid niet verzwakt’, staat in het rapport te lezen.
‘Integendeel: in 25 lidstaten wordt dat gevoel van verbondenheid door een meerderheid van de bevolking gedeeld. Met die 61% zitten we opnieuw op het piekniveau dat bereikt werd tussen de val van de Berlijnse Muur in 1989 en de ondertekening van het Maastricht-akkoord in 1992.’
De steun voor EU-lidmaatschap blijkt, zoals uit eerdere studies, het grootse bij jongere en hoger opgeleide respondenten. Dat mag optimistisch stemmen, maar er is ook een kritische kanttekening: ‘27% van de Europeanen denkt dat de EU noch goed, noch slecht is. In 19 lidstaten is dat gevoel van onzekerheid toegenomen.’
Verkiezingen 2019
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier