Wat Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken wil leren van Viktor Orbán
Hongarije geldt als het Beloofde Land voor radicaal-rechts. Ook Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken wil samen met de Hongaarse premier Viktor Orbán ‘een conservatieve renaissance’ tot stand brengen.
Begin augustus 2021 ontdekte Tucker Carlson Hongarije. Een week lang presenteerde het kijkcijferkanon van de conservatieve Amerikaanse zender Fox News zijn programma vanuit Boedapest.
Carlson bleek in de wolken over zijn verblijf aan de oevers van de Donau. Hongarije is, aldus Carlson, het enige land ter wereld dat het aandurft zich te verweren tegen ‘de globale instellingen’ die ‘een genadeloze aanval’ uitvoeren op ‘de westelijke beschaving, de democratie en het gezin’. Vanuit een helikopter bewonderde hij het grenshek dat premier Viktor Orbán tijdens de vluchtelingencrisis van 2015 liet plaatsen. Hij loofde Hongarije omdat de grensstreek ‘niet vuil’ is, er ‘geen graffiti te zien is’ in het bosrijke gebied en migranten er ‘niet uitdrogen in de woestijn en door coyotes worden verkracht’. Hij sprak op het MCC Feszt, een zomerfestival voor conservatieve sprekers. ‘Ik weet niet veel van Hongarije, maar ik herken een robuust politiek systeem wanneer ik er een zie’, orakelde Carlson. En uiteraard kreeg ook premier Orbán meermaals de ruimte om zijn ‘illiberale democratie’ te promoten als toleranter én vrijheidminnender dan het ‘liberale’ Brussel.
Boedapest is voor Tom Van Grieken het hart van het conservatieve verzet tegen ‘de globalistische agenda’.
Sindsdien bewierookt Carlson voortdurend het Hongaarse regime. In januari 2022 produceerde hij Hungary vs Soros: The Fight for Civilisation, een documentaire waarin hij de Amerikaans-Hongaarse filantroop George Soros ervan beschuldigt een ‘politieke, sociologische en demografische oorlog tegen het Westen’ te voeren. Volgens Carlson smeedde Soros, die voortdurend in zwart-wit wordt afgebeeld, een complot om tijdens de vluchtelingencrisis van 2015 de grenzen open te zetten. Onder dreigende muziek worden beelden van migranten die voorbij prikkeldraad proberen te raken, vermengd met beelden van rellen waarbij de oproerpolitie hardhandig optreedt. De fragmenten contrasteren met die van Hongaarse kroostrijke families, die dankzij gulle overheidssubsidies een ruime gezinsauto kopen.
Eind augustus dit jaar keerde Carlson terug naar Boedapest. Deze keer kwam Orbán in zijn uitzending vertellen ‘wat er nu echt in Oekraïne gebeurt’. ‘De enige manier om uit de oorlog te raken is Donald Trump opnieuw verkiezen’, stelde Orbán tijdens het interview. ‘Trump is de man die de westerse wereld kan redden, en waarschijnlijk de hele mensheid.’
Ep. 20 Hungary shares a border with Ukraine. We traveled to Budapest to speak with the country’s prime minister, Viktor Orbán. pic.twitter.com/LOzpMrQNIz
— Tucker Carlson (@TuckerCarlson) August 29, 2023
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Gongo’s
In de VS kijken wel meer radicale conservatieven met bewondering naar het kleine landje aan de Donau. Steve Bannon, de radicaal-rechtse spindoctor die Donald Trumps verkiezingsoverwinning in 2016 begeleidde, noemde Orbán in 2018 een ‘voorloper van Trump’. Patrick Deneen, de voornaamste ideoloog van conservatief Amerika, beschouwt Hongarije als ‘een model voor Amerikaanse conservatieven’. Orbán mocht vorig jaar spreken op de Conservative Political Action Conference (CPAC), de jaarlijkse conferentie waar zowat de hele Amerikaanse rechterzijde de koppen bij elkaar steekt.
De voorbije jaren is Boedapest dé Europese pleisterplaats geworden waar een steeds bonter allegaartje van conservatieven, eurosceptici, nationalisten en christelijke activisten samenkomt om te netwerken. Sinds 2015 is er de Budapest Demographic Summit, een conferentie waar gebrainstormd wordt over hoe landen hun geboortecijfers kunnen opkrikken. In 2021 kwam niemand minder dan voormalig Amerikaans vicepresident Mike Pence er de lof zingen van het Hongaarse gezinsbeleid. De Summit van afgelopen september werd geopend door de Italiaanse premier Giorgia Meloni. Ook Jordan Peterson, de Canadese bestsellerauteur-psycholoog die graag flirt met radicaal-rechts, maakte zijn opwachting. Er was zelfs een opmerkelijke spreker van Belgische origine: Mahinur Özdemir, het voormalige Brussels Parlementslid voor de CDH dat vandaag de Turkse minister van Familie en Sociale Zaken is.
Sinds vorig jaar heeft Hongarije een eigen versie van CPAC. Een van de stersprekers dit jaar was Kari Lake, een hardcore Trump-aanhanger en antivaxer die de samenzweringstheorie verspreidt dat Trump de presidentsverkiezingen van 2020 won.
Naast internationale conferenties bouwde Orbán de voorbije jaren een gul betoelaagd netwerk uit van organisaties die zijn blijde boodschap verkondigen. Via die zogenaamde gongo’s (ngo’s die gouvernementele steun genieten) probeert Hongarije zijn invloed in het Europese debat te vergroten. Het vlaggenschip van die aanpak is het Mathias Corvinus Collegium, een onderwijsinstelling die de – uiteraard conservatiefgezinde – Hongaarse elite van morgen moet klaarstomen. In november vorig jaar opende het MCC een denktank in Brussel. Naast het Collegium zijn er nog tal van andere organisaties die een royale bijdrage van de Hongaarse staatskas krijgen. Er is bijvoorbeeld de Alliance for a Civic Hungary Foundation, een door Orbáns partij Fidesz opgerichte organisatie die de banden wil aanhalen met politici ter rechterzijde. Een andere gongo is het Center for Fundamental Rights (AKK), dat zich tot opdracht stelt ‘nationale identiteit, soevereiniteit en joods-christelijke sociale tradities’ te bewaren. Er is ook het Danube Institute, een denktank die zich richt naar Centraal-Europa en de Engelstalige wereld. Boedapest herbergt ook het Political Network for Values, een koepelorganisatie van antiabortusorganisaties die het traditionele gezin promoten.
‘Leren van links’
Ook in Vlaanderen kijkt rechts vol ontzag naar het Hongarije van Orbán. In publicaties van het Vlaams Belang wordt Hongarije voortdurend aangehaald als het te volgen voorbeeld, waar je nog in alle vrijheid de christelijke waarden kunt aanhangen. Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken had begin juni een uitgebreide ontmoeting met Orbán, waarbij Van Grieken hardop droomde van ‘een Europees samen werkingsverband dat alle rechts-nationalistische en conservatieve partijen verbindt’.
(Lees verder onder de video)
Van Grieken mocht vorig jaar op de Hongaarse CPAC-conferentie spreken. In die toespraak noemde hij Boedapest ‘het hart van het conservatieve verzet tegen de globalistische agenda’. In een door het Vlaams Belang zelf gedraaide reportage op CPAC spreekt Van Grieken zijn hoop uit om samen met Orbán ‘een conservatieve renaissance’ te starten. Tom Van Grieken was niet beschikbaar voor een gesprek met Knack.
(Lees verder onder de video)
Ook Gerolf Annemans, Europees Parlementslid voor het Vlaams Belang, vindt tegenwoordig vlot de weg naar Boedapest. Bij zijn speech op de Hongaarse versie van CPAC dit jaar riep Annemans op om de krachten te bundelen. ‘De democratie ligt op haar sterfbed,’ sprak Annemans afgelopen mei. Hij vergeleek de huidige toestand van Europa met de Griekse mythologie, waar de maagd Europa ontvoerd wordt en verkracht wordt door de Griekse oppergod Zeus. ‘Gelegenheden als CPAC Hongarije zijn een unieke mogelijkheid om te netwerken’, zegt Annemans. ‘Het is dé plek waar we van onze medestanders kunnen leren: hoe verpak je je boodschap, wat is je discours? Op plaatsen als CPAC krijg je de winnende strategieën gewoon aangereikt.’
Zelfs de jongerenafdeling van het Vlaams Belang hield afgelopen juli haar Zomeruniversiteit in Hongarije, door jongerenvoorzitter Filip Brusselmans aangeprezen als ‘een zomervakantie met rechtse, gezellige jonge mensen’ waar lering en vermaak gecombineerd worden met ‘de nodige pintjes’. Naast een passage van voorzitter Tom Van Grieken en VB-coryfee Filip Dewinter kwamen ook verschillende Fidesz-functionarissen spreken. Brusselmans reist al vele jaren in Hongarije, en bouwde er ondertussen een behoorlijk netwerk op. Hij is een vaste spreker op de Transatlantic Patriot Summit, een soort jongerenversie van CPAC waarop onder andere het Rassemblement National, de Lega-partij van Matteo Salvini en de Israëlische Likoedpartij samenkomen. ‘We moeten leren van links’, sprak Brusselmans tijdens zijn bezoek dit jaar. ‘Ze hebben ons onderwijs en de media overgenomen. Wij moeten dat ook doen. We moeten ideologie als wapen gebruiken: door jeugduniversiteiten te organiseren, eigen kranten op te richten en onze jeugd op rechtse wijze te onderwijzen.’
Je krijgt de winnende strategieën hier gewoon aangereikt.
Gerolf Annemans, Europees Parlementslid Vlaams Belang
Cultuuroorlog
Viktor Orbán zelf deelt maar wat graag zijn keukengeheimen. Bij zijn speech op de Amerikaanse CPAC-conferentie hield hij zijn Republikeinse zielsverwanten voor dat ze onverbiddelijk moesten zijn. ‘Politiek is niet genoeg. Deze oorlog is een cultuuroorlog’, zo waarschuwde Orbán zijn publiek. Hij raadde zijn toehoorders aan om ‘volgens hun eigen regels te spelen’. Checks-and-balances zijn volgens Orbán onnodig, want ‘onze christelijke waarden zorgen ervoor dat we niet te ver gaan’.
Orbán, die in 2010 met 52,7 procent van de stemmen een tweederdemeerderheid in het parlement behaalde, zet de staatsmacht voortdurend in om de culturele oorlogstrom te roeren. In 2011 keurde Fidesz een grondwet goed die nadrukkelijk stelt dat het huwelijk enkel een unie tussen man en vrouw kan zijn. In 2018 keurde het Hongaarse parlement een verbod goed om genderstudies aan Hongaarse universiteiten te doceren. In 2021 werd een anti-lgbtq+-wet ingevoerd die verbiedt om homoseksualiteit als iets normaals te onderwijzen. Een wet die het mogelijk moet maken om anonieme meldingen te maken van homogezinnen werd in april 2023 goedgekeurd, maar na een storm van protest weer afgevoerd. ‘Orbán heeft goed gekeken naar de manier waarop rechts in Amerika de cultuuroorlog voert’, zegt grondwetspecialist en politoloog Richard Szentpéteri Nagy. ‘Het regime is voortdurend op zoek naar zondebokken. Het zijn altijd migranten, lgbtq+-activisten of Brusselse bureaucraten die de schuld krijgen voor wat er misloopt.’
De crisisfabriek
Bovendien kijkt Fidesz voor zijn politieke communicatie aandachtig naar het buitenland. Volgens Zsuzsanna Szelényi, een van de oprichters van Fidesz die de partij in 1994 verliet uit onvrede met Orbáns autoritaire koers, heeft de partij de voorbije decennia een uitgekiende propagandastrategie ontwikkeld. ‘Ze stellen relatief marginale, academische discussies over gender of transseksualiteit voor als een existentiële bedreiging, alsof kinderen in West-Europa gedwongen worden om transseksueel te worden. Vervolgens treden ze op tegen die zelf gecreëerde problemen. Het is allemaal bijzonder artificieel, maar het werkt wel.’ Szelényi, die eerder dit jaar een haarfijne analyse maakte van Orbáns Hongarije in haar boek Tainted Democracy, benadrukt dat zelfs binnen Fidesz veel mensen een bloedhekel hebben aan hun premier. ‘Ze tolereren hem omdat ze denken dat het in crisistijden beter is om een sterke leider te hebben. En dus creëert Orbán voortdurend crisissen. Hongarije heeft ondertussen al meer dan drie jaar een noodtoestand. Het systeem is volslagen paranoïde. Ondanks zijn absolute meerderheid in het parlement is het regime nog steeds benauwd dat het bedreigd kan worden.’
De Hongaarse investeringen in conferenties en organisaties zijn niet los te zien van het groeiende diplomatieke isolement waarmee Hongarije op het Europese toneel kampt. Sinds 2021 maakt Fidesz geen deel meer uit van de Europese Volkspartij, die Orbáns aanvallen op de rechtsstaat en de manier waarop Orbán EU-fondsen naar bevriende zakenlui sluisde lange tijd met de mantel der liefde heeft bedekt. De Europese Commissie dreigt ermee om miljarden voor Hongarije te bevriezen zolang Orbán zijn antidemocratische hervormingen niet terugdraait. ‘Voor Orbán zijn die conferenties en denktanks een overlevingsstrategie’, zegt Bulcsú Hunyadi, onderzoeksdirecteur bij de Hongaarse denktank Political Capital. ‘Het zijn pogingen om de internationale druk op Hongarije te verlichten. Orbán hoopt dat de leiders met wie hij goede banden onderhoudt machtsposities verwerven, en hem vervolgens zullen steunen. Als er meer radicaal-rechtse leiders in de Europese Raad zitten, beschermt dat zijn regime tegen kritiek en vervolgingen. Voor Orbán zijn die EU-fondsen absoluut cruciaal. Zonder Europees geld wordt het een stuk moeilijker om het regime bij elkaar te houden.’
Tegelijk lanceerde Orbán de voorbije jaren een tegennarratief. Volgens hem zijn de maatregelen die de ‘door het woke virus getroffen’ Europese Commissie tegen Hongarije treft een ideologische afrekening. Ook Annemans ziet Orbáns acties als een vorm van zelfverdediging. ‘Hij heeft van zijn jeugd in communistisch Hongarije goed kunnen bestuderen hoe je de publieke opinie beïnvloedt. Die lessen past hij nu feilloos toe. Hongarije is het slachtoffer van de agressie van de Europese instellingen, die een ideologische lijn willen doordrukken. Tegen een dergelijk artificieel regime heb je goede propaganda nodig om je te verdedigen. Het is logisch dat Orbán steun zoekt bij gelijkgezinden. Hongarije zit in de hoek waar de verwijten vallen. We kunnen het hem niet kwalijk nemen dat hij niet in de hoek terecht wil komen waar de klappen vallen.’
Kindersubsidies
Ook Vlaams Belang vindt de nodige inspiratie in het receptenboek van Fidesz. Net zoals Orbán investeerde de partij de voorbije jaren in eigen mediakanalen. Filip Brusselmans wijst op het uitgebreide familiebeleid dat Fidesz de voorbije jaren ontwikkelde. ‘In West-Europese landen dreigt de bevolking uit te sterven omdat er te weinig kinderen geboren worden. Hongaren worden gestimuleerd om méér kinderen te krijgen via renteloze leningen en subsidies. Dat zijn ideeën die we graag meenemen naar Vlaanderen.’ Ook Brusselmans’ eigen voorstel om het Vlaamse budget voor cultuur te verdubbelen – in ruil voor een conservatievere cultuurproductie – vindt hij terug in het Hongarije van Orbán. Maar het meest inspirerende is toch Orbáns migratiebeleid, stelt Gerolf Annemans. ‘Vorig jaar had Hongarije welgeteld 45 asielzoekers. Zijn grens is dicht. Dat moet een inspiratie zijn voor alle rechtse partijen.’
Kibbelende familie
Het dient gezegd dat de kantoren van het MCC Brussels niet bepaald inspireren tot revolutionaire gedachten. De denk- tank, gelinkt aan het Mathias Corvinus Collegium, huist sinds november 2022 op de eerste verdieping van een onopvallend kantoorgebouw aan het Brusselse Justitiepaleis. Directeur is de bekende Hongaars-Canadese conservatieve socioloog Frank Furedi, een gerenommeerd auteur die sinds enkele jaren strijdlustig de verdediging van zijn vaderland opneemt. ‘Het MCC Brussels is een instelling met een missie’, zegt Furedi, wanneer hij ons ontvangt in zijn sobere kantoortje. Hij haalt Antonio Gramsci aan, de Italiaanse marxistische denker die stelde dat culturele instellingen, onderwijs en media een controleorgaan zijn van de macht, en dus een cruciale factor zijn om een samenleving te veranderen. ‘Ik wil ingaan tegen de huidige culturele hegemonie. We willen de boel opschudden. We willen tonen dat Hongarije intellectueel iets te bieden heeft.’
Furedi zelf heeft er een heuse ideologische oversteek op zitten. Zag hij zichzelf in de jaren tachtig nog als een trotskist, dan noemt hij zich vandaag een ‘democratische populist’. In Furedi’s analyse is de Europese druk op Hongarije niet het gevolg van corruptie of de ondergraving van de rechtsstaat, maar van de Hongaarse nadruk op nationale soevereiniteit en familiewaarden. Dat net hij het verzet leidt tegen wat hij de ‘systematische blokkade van Hongarije’ noemt, is het gevolg van een stom toeval, vertelt Furedi. ‘Op een Londens terras kwam ik geheel toevallig Balázs Orbán tegen, de topadviseur van Viktor Orbán die het Mathias Corvinus Collegium leidt. Terwijl we samen een glas dronken, legde ik hem uit dat Hongarije zijn politieke communicatie moest verbeteren. Ik pleitte voor escalatie: Hongarije moet in your face zijn, wegen op het debat. Hij bood me prompt een job aan.’
Onze christelijke waarden zorgen ervoor dat we niet te ver gaan.
Viktor Orbán, premier Hongarije
Wie een evenement van het MCC Brussels bijwoont, ziet geen posters waarop Viktor Orbán als de heiland wordt aangeprezen. De evenementen die de denktank organiseert, verschillen op het eerste gezicht in niets van hoe het er in Brusselse denktanks aan toegaat: sprekers blijven te lang aan het woord, het Engels is van wisselende kwaliteit en het lunchbuffet is uitmuntend. Conferenties hebben titels als ‘Kan Europa multiculturalisme onderbreken?’ of ‘Wordt het verleden gecanceld?’ De sprekers hebben doorgaans een bepaalde conservatieve signatuur, gaande van traditionele conservatieven over antiwokeactivisten tot radicaal-rechtse politici van partijen als het Spaanse Vox of het Rassemblement National. Op de evenementen lijken ze een grote, weliswaar voortdurend kibbelende, familie. ‘Als je in het traditionele gezin of in nationale soevereiniteit gelooft, kun je niet kieskeurig zijn over je partners’, beaamt Furedi. ‘Iedereen die tegen het heersende narratief is, is voor mij een potentiële partner. Finaal zitten we allemaal in hetzelfde schuitje.’
Rorschachtest
Het is opvallend hoe weinig de bewonderaars van Hongarije van het land kennen. Doordat niet-Hongaren zelden Hongaars spreken – ‘Hongaars is een geheime code’, aldus Tucker Carlson – is het moeilijk om onafhankelijke journalistiek te vinden in het Engels. Dat is ironisch genoeg een voordeel. Voor radicaal-rechts is Hongarije een soort rorschachtest, waarin iedereen wel iets ziet wat hem bevalt.
Het maakt ook dat de enorme contradicties in Orbáns Hongarije niet altijd zichtbaar zijn. Hongarije pakt uit met zijn gulle familiebeleid, maar heeft ongeveer hetzelfde geboortecijfer als België en een ondermaats presterend onderwijssysteem. Rechts prijst Hongarije als een plek die nog niet ten prooi viel aan de ‘cancelcultuur’ en het ‘woke activisme’, maar tegelijk gebruikt de Hongaarse regering de krachtige Pegasus-spionagesoftware om kritische journalisten te surveilleren. Hoewel Orbán voortdurend de lof zingt van de Hongaarse soevereniteit, hoopt hij de luchthaven van Boedapest te verkopen aan Qatar en zet hij de deur open voor de Chinese Fudan-universiteit. Het helpt ook dat het Hongaarse regime het papier boven het zwaard verkiest. Tegenstanders riskeren geen onfortuinlijke val uit een raam of vergiftiging, en de stembusgang hoeft niet op grote schaal vervalst te worden. ‘Orbán vertelt een verhaal waarin andere radicaal-rechtse partijen graag willen geloven’, zegt Szelényi. ‘Namelijk dat het mogelijk is om een illiberaal systeem op te bouwen dat beter werkt dan de liberale democratie. Hij verkoopt het idee dat ze de wereld kunnen veranderen. Dat is een aantrekkelijke gedachte, zeker voor een partij als de Republikeinse partij, die sinds 2004 bij geen enkele presidentsverkiezing nog de meerderheid van de stemmen behaalde.’
Rest de vraag of Orbáns strategie ook zal lukken. Voorlopig rollen zijn medestanders van weleer allerminst de rode loper uit wanneer ze aan de macht komen. Hoewel hij als enige Europese leider tijdens de Amerikaanse verkiezingscampagne zijn steun uitsprak voor Trump, moest de Hongaarse diplomatie drie jaar lang lobbyen voor een ontmoeting in het Witte Huis. Ondanks de jarenlange contacten haalde Giorgia Meloni als premier de banden aan met Brussel, en duurde het meer dan zes maanden voordat ze zich in Orbáns gezelschap vertoonde. Ook de net verkozen Slowaakse populist Robert Fico is in de eerste plaats een politieke opportunist die gunsten slechts tegen de juiste prijs verleent.
Zelfs op de terugkeer van Trump durft Orbán niet te gokken. Ondanks zijn enthousiaste steun voor de voormalige Amerikaanse president haalt Fidesz ondertussen de banden aan met andere notabele Republikeinen. In maart ging de Hongaarse presidente Katalin Novák al op bezoek bij Ron DeSantis, Trumps voornaamste Republikeinse uitdager. Zelfs de enige man die volgens Orbán de westerse wereld kan redden, blijkt inwisselbaar.