Wat hebben Bruno Tobback en Wouter Beke in Europa te zoeken?

Wouter Beke en Bruno Tobback. © Getty - Belga
Kamiel Vermeylen

Met Wouter Beke (CD&V) en Bruno Tobback (Vooruit) schuiven twee Vlaamse partijen voormalige voorzitters door naar het Europese niveau. Bij zowel CD&V als Vooruit zoekt men naar een uitweg voor elk van beiden, al speelt er bij Vooruit mogelijk meer.

‘In Brussel hoort niemand je roepen.’ In het tweede seizoen van de legendarische Deense fictieserie Borgen willen de premier en haar geslepen spindoctor een ietwat balsturige partijgenoot naar de Europese Commissie doorschuiven. Een kleine duizend kilometer verderop, zo luidt de redenering van de twee, zal hun partijgenoot hen vanuit de Europese bubbel geen last meer bezorgen. De aflevering dateert al van 2011, maar de Europese politiek wordt al veel langer gezien als dumpplek voor uitgerangeerde nationale of regionale politici.

Nu alle Vlaamse partijen hun Europese lijsttrekkers hebben bekendgemaakt, is de scène uit Borgen opnieuw actueel. Met Bruno Tobback (Vooruit) en Wouter Beke (CD&V) worden twee voormalige zwaargewichten door hun partij naar Brussel en Straatsburg doorgeschoven. Bij Vlaams Belang (Tom Vandendriessche vervangt de afscheidnemende Gerolf Annemans), N-VA (Johan Van Overtveldt schuift door het afscheid van Geert Bourgeois twee plaatsen op), Groen (Sara Matthieu) en Open VLD (Hilde Vautmans) kiezen ze wel voor een zekere continuïteit.

De kandidaturen van Tobback en Beke gaan ten koste van de Europarlementsleden Kathleen Van Brempt (Vooruit) en Tom Vandenkendelaere (CD&V). Gegeven de relatief gunstige peilingen maakt Van Brempt met een tweede plek op de lijst nog veel kans op een nieuw Europees mandaat, voor Vandekendelaere wacht er opnieuw vroegtijdig afscheid uit Europa. Vandenkendelaere moest ook in 2019 plaatsmaken voor Kris Peeters, al werd hij alsnog Europarlementslid nadat Kris Peeters naar de Europese Investeringsbank in Luxemburg was verhuisd.

(Lees verder onder de preview)

Stoelendans

Bij de CD&V spelen er meerdere motieven mee om ex-minister van Welzijn Beke naar het Europees Parlement door te schuiven. Met Nawal Fari en Jo Brouns hebben de Vlaamse christendemocraten al Limburgse lijstrekkers voor zowel het Vlaamse als het federale niveau, en in het licht van de mindere peilingen geeft een tweede plek in beide gevallen geen zekerheid op een zetel. Voor de Europese Parlementsverkiezingen geldt daarentegen de volledige Vlaamse kieskring, waar de bekendheid van Beke wel vruchten kan afwerpen. Voor Beke én de CD&V komt de overstap dus goed uit.

Bij Vooruit liggen de kaarten wat anders. Enerzijds wilde ex-voorzitter Conner Rousseau Tobback niet als lijsttrekker in Vlaams-Brabant, anderzijds mikt de partij op minstens twee Europese zetels, en met de bekendheid van Tobback en Van Brempt hoopt ze die ook binnen te halen. Daarom valt er bij Vooruit te horen dat de twee kandidaten ‘als een team’ naar de verkiezingen zullen trekken. Dat is de halve waarheid: als de partij tegen de verwachtingen en de eigen ambities in maar één zetel in het Europees Parlement behaalt, dan neemt Tobback die als lijsttrekker op en is er van ‘een team’ natuurlijk geen sprake meer.  

De kans is bovendien niet gering dat of Tobback of Van Brempt alsnog een uitvoerend mandaat krijgt. Er wordt al langer gefluisterd dat Van Brempt na de gemeenteraadsverkiezingen in oktober Antwerps havenschepen wil worden – Van Brempt woont in Antwerpen, zit in de raad van bestuur van Havenbedrijf Antwerpen en onderhoudt goede relaties met het bedrijfsleven én de vakbonden. Van Brempt, die zopas een boek over Europa uitbracht, benadrukt ze dat daar nooit over gesproken heeft en dat haar hart in het Europees halfrond ligt.

Bij een vroegtijdig vertrek uit Europa zouden Tobback of Van Brempt plaatsmaken voor de eerste opvolger op de lijst, Gloria Ghequière – Van Brempts ex-medewerker die op het kabinet van Frank Vandenbroucke de Europese dossiers verzorgt. Opvolging verzekerd.

Invloed

Dat het Europese halfrond een opvangnet is voor afgedankte nationale politici, is evenwel maar één kant van de medaille. In Brussel en Straatsburg heerst er minder particratie en genieten de parlementsleden meer individuele vrijheid. Bovendien draagt de nationale wetgeving in de 27 lidstaten – goed voor een kleine 450 miljoen inwoners – een steeds duidelijker Europese stempel

Johan Van Overtveldt (N-VA) kan als voorzitter van de begrotingscommissie in het Europees halfrond veel invloed uitoefenen op de miljardenrijke Europese meerjarenbegroting, Van Brempt speelde op haar beurt geen onbeduidende rol bij de totstandkoming van de Europese Green Deal. Daar kunnen veel Vlaamse en federale parlementsleden alleen maar van dromen.

Van Brempt en Van Overtveldt hebben die Europese invloed voornamelijk aan hun uitgebreide Europese ervaring te danken. Van Overtveldt maakte als voormalig minister van Financiën een deel van de Europese staatschuldencrisis mee vanaf de eerste rij, Van Brempt werd na haar eerste mandaat in het Europees Parlement ondervoorzitter van de sociaaldemocratische fractie en later partijcoördinator voor het Europese internationale handelsbeleid – een erg invloedrijk domein.

Beke en Tobback kunnen die Europese ervaring niet voorleggen. Vlaams Parlementslid Tobback heeft zich de afgelopen jaren wel op klimaat en energie toegelegd, twee Europese thema’s bij uitstek. Maar in de afgelopen tien jaar stelde hij bijvoorbeeld nauwelijks schriftelijke vragen die met de Europese Unie verband houden – in de commissie Europese Aangelegenheden zat hij evenmin. Beke van zijn kant benadrukt het Europese netwerk dat hij als voormalig voorzitter van de partij en de studiedienst heeft opgebouwd, maar het is lang niet zeker dat de Duitse fractievoorzitter hem als nieuwkomer een invloedrijke positie gunt.

Tobback en Beke mogen dan wel zo goed als zeker zijn van hun zetel in het Europees Parlement, het wordt afwachten of we ze vanuit Brussel zullen horen roepen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content