Waarom het Europese prijsplafond voor gas een subsidieoorlog kan veroorzaken

Gasprijs. © belga
Ewald Pironet
Ewald Pironet Senior writer

Om de hoge gasprijs te counteren schoven de Europese ministers van Energie een prijsplafond naar voren. Dat blijft controversieel. ‘We moeten opletten dat het niet als een boemerang in ons gezicht terugkomt’, zegt professor Thijs Van de Graaf.

‘Voor politici is een prijsplafond op gas politiek zeer aantrekkelijk: je kunt beter de prijs bevriezen, dan de mensen laten bevriezen’, zegt professor internationale energiepolitiek Thijs Van de Graaf (UGent). ‘Maar verlies niet uit het oog dat de prijs een koortsthermometer is, die nu aangeeft dat er een probleem is op de gasmarkt.’

Vorige week zaten de Europese ministers van Energie samen om iets te doen aan de hoge energieprijzen. De meest controversiële beslissing luidt dat de Europese Commissie een prijsplafond voor alle gas moet uitwerken, waar België al sinds februari op aandringt.

Thijs Van de Graaf: Commissievoorzitster Ursula von der Leyen is geen voorstander van een prijsplafond voor alle gas, wel voor Russisch gas. Beide hebben een ander einddoel: als je het alleen toepast op Russisch gas wil je de Russische inkomsten verminderen, met een algemeen prijsplafond wil je de factuur voor de gezinnen en bedrijven temperen.

Is een algemeen prijsplafond zoals de Energieministers voorstellen een goed idee?

Van de Graaf: Alles hangt af van de uitwerking van de Commissie, want er loeren een aantal gevaren. De gasprijs staat vandaag zo hoog omdat er minder gas beschikbaar is dan de vraag ernaar. Om de prijs te doen dalen, moet het aanbod toenemen of de vraag dalen, zo simpel is het. Als we een prijsplafond opleggen, moeten er voor worden gezorgd dat we nog voldoende gas kunnen aankopen tegen die maximumprijs en dat het gas niet allemaal naar bijvoorbeeld Azië gaat. En als de gasfactuur dankzij het prijsplafond daalt, mogen we niet opnieuw meer gas verbruiken. Want dan zal de prijs stijgen.

België stelt een dynamisch prijsplafond voor, een maximumprijs die mee fluctueert met de gasprijs in Azië, zodat we toch voldoende gas kunnen importeren?

Van de Graaf: Dat is zinvol. Maar in het Belgisch voorstel is ook sprake van een noodmechanisme: als we niet voldoende gas kunnen aankopen, mogen bedrijven toch boven dat prijsplafond gaan en moeten de overheden bijspringen met subsidies. En dan begint het, want Zuid-Korea en Japan hebben ook gas nodig en als zij hetzelfde doen, krijg je een subsidieoorlog tussen geïndustrialiseerde landen, waar alleen de exporteurs beter van worden.

Veel hangt dus af van hoe de concrete uitwerking?

Van de Graaf: In theorie kan het prijsplafond de gas- en elektriciteitsfactuur verlagen en de inflatie intomen. Maar het probleem is dat je daarmee nog niets hebt gedaan aan de aanbodschok. Het grote gevaar is dat een prijsplafond een schijnoplossing is. We moeten zorgen dat de prijs flexibel blijft en we voldoende gas kunnen aantrekken. Tegelijkertijd mag de vraag niet stijgen. En Europa moet eindelijk in groep gascontracten afsluiten. Anders bestaat de kans dat het prijsplafond als een boemerang in ons gezicht terugkomt.

Lees ook:

Wat doet Europa aan de stijgende energieprijzen? ‘De crisis moet eerst nog wat erger worden’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content