Er komen vervroegde parlementsverkiezingen in Spanje, op zondag 23 juli. Dat heeft premier Pedro Sanchez maandag verrassend aangekondigd.
De socialistische partij (PSOE) van Sanchez moest zondag bij de regionale en lokale verkiezingen in Spanje fors verlies slikken. De rechts-conservatieve Partido Popular (PP) ging erop vooruit.
In een televisietoespraak zei Sanchez dat hij koning Felipe VI zijn beslissing had meegedeeld “om het parlement te ontbinden”.
Normaal waren de parlementsverkiezingen eind dit jaar gepland.
Sanchez zei dat zijn beslissing te maken had met de resultaten van de verkiezingen van zondag. “Als regeringsleider en voorzitter van de socialistische partij neem ik de verantwoordelijkheid voor de resultaten”, luidde het.
De toespraak van Spaans premier Pedro Sanchez
De PSOE en haar linkse partners leden bij de regionale en lokale verkiezingen van zondag, die als een test voor de parlementsverkiezingen gezien werden, een zware nederlaag. Bij de gemeenteraadsverkiezingen moest de partij het met 28,11 procent duidelijk afleggen tegen de PP, die uitkwam op 31,5 procent.
Ook bij de regionale verkiezingen boekte de PP successen, onder meer in Madrid of op de Balearen met Mallorca. De rechts-conservatieve partij is op veel plaatsen wel op steun van de rechtspopulistische partij Vox aangewezen.
De vierde grootste economie van de Europese Unie trekt zo op relatief korte termijn naar verkiezingen, terwijl het land vanaf 1 juli voor een half jaar het roterend voorzitterschap van de EU waarneemt. PP en Vox zijn vol vertrouwen dat ze ook de parlementsverkiezingen kunnen winnen. Het grootste probleem voor Sanchez was dat de partijen links van zijn PSOE verdeeld zijn en dat zijn coalitiepartner tot nu, het uiterst linkse Unidas Podemos, zondag een groot deel van zijn kiezers verloor.
