Sara Matthieu
‘Terugkeer van budgettaire besparingsobsessie brengt Europa in gevaar’
‘Ellenlange wachtlijsten in de zorg en kinderopvang, een gat in het investeringsbudget voor onderwijs, sociale huisvesting en woningrenovaties, en meer: dat is wat ons te wachten staat als de starre Europese begrotingsregels terugkeren’, schrijft europarlementslid Sara Matthieu (Groen). ‘Het is politieke zelfmoord in dit verkiezingsjaar. Toch is dat precies waar de conservatieve partijen deze week in het Europees parlement voor kozen. Tijd voor een andere aanpak.’
Het jaar 2020 was een kantelpunt in de Europese geschiedenis. Geconfronteerd met een ongeziene gezondheidscrisis slaagden we er in om sociaal welzijn in de EU op de eerste plaats te zetten en een solidair antwoord te bieden op de coronapandemie. We schortten de rigide en contraproductieve schuld- en begrotingsregels op en gingen gezamenlijke Europese schulden aan om onze werkgelegenheid en economie te stutten via het Europees herstelfonds. Ook toen Rusland zich in een waanzinnige oorlog op Europese bodem stortte en een energiecrisis veroorzaakte die tal van kwetsbare gezinnen en bedrijven trof, gaf de EU prioriteit aan het welzijn van mensen, niet aan schuldafbouw.
Dat is voor mij een van de belangrijkste lessen van de afgelopen jaren, en een bron van hoop. Onze regeringen zijn wel degelijk in staat om voor mensen te zorgen, te investeren in onze toekomst en in broodnodige publieke diensten. Dat is een fel contrast met het jarenlange desastreuze besparingsbeleid in de nasleep van de financiële crisis, toen de hakbijl werd gezet in sociaal beleid in Griekenland of Spanje. Maar ook elders hebben de starre begrotingsregels uit het stabiliteits- en groeipact hun beloftes niet waargemaakt. Zo bleven ook in ons land toekomstgerichte investeringen in hernieuwbare energie of energie-efficiëntie op een te laag pitje staan.
We staan nu voor een keuze: katapulteren we ons terug naar het verleden, toen een achterhaalde en dogmatische besparingsobsessie miljoenen mensen en bedrijven in economische en sociale ellende stortte, of zetten we een turbo op de groene investeringsagenda?
Een brede consensus onder economen, vakbonden en middenveld- en zelfs werkgeversorganisaties wijst op de enorme investeringsbehoefte. Of het nu gaat om het verminderen van ongelijkheid, investeringen in klimaatinfrastructuur, defensie en hulp aan partnerlanden als Oekraïne: Europa heeft een aanzienlijke en groeiende investeringskloof. Zo schat de Commissie dat we tot 2030 elk jaar 454 miljard euro aan extra investeringen nodig hebben voor de klimaattransitie alleen al. Een flink deel daarvan zijn onvermijdelijk overheidsinvesteringen.
(Lees verder onder de preview.)
Koude douche
Desondanks staan de begrotingshaviken opnieuw paraat om hun besparingsagenda op te dringen tijdens de nakende hervormingen van de Europese begrotingsregels. In de nu voorliggende teksten zijn ze er in geslaagd om nationale regeringen opnieuw in een besparingslogica te dwingen en de bedragen die ze kunnen uitgeven in tijden van crisis te beperken. Zo zullen landen als België hun schuldgraad opnieuw jaarlijks moeten verminderen met minstens 1% van het BBP gedurende 14 of 17 jaar. Dat is politieke en internationale zelfmoord, want zo spreiden we het bedje voor extreemrechts en voor Poetin.
Onder dwang van dit keurslijf kunnen onze regeringen immers enkel voldoen aan de enorme investeringsbehoefte van de groene transitie en steun aan Oekraïne door elders meer te belasten of te bezuinigen, hoofdzakelijk in sociale uitgaven zoals de zorg en kinderopvang. Zo kan ook geen sprake zijn van collectieve woningrenovaties of forse investeringen in openbaar vervoer. Het verder uitkleden van De Lijn, zoals dat vandaag gebeurt in Vlaanderen, is dus absoluut een politieke en onverantwoorde keuze. Regeringen dwingen om te kiezen tussen sociale en groene uitgaven is een perfide strategie, omdat kwetsbare groepen steevast de pineut zijn. Zij voelen het gebrek aan sociale én groene investeringen het hardst. Dit haalt de legitimiteit van het economisch beleid bij onze burgers volledig onderuit, met tal van sociale gevolgen en onlusten als gevolg.
Bovendien blijkt uit het verleden dat de besparingsdwang volstrekt contraproductief is om de schuldgraad te verkleinen. Temeer omdat de klimaatontwrichting op termijn leidt tot torenhoge kosten en economische verliezen, wat dan weer leidt tot een hogere schuldgraad. Tal van economen en zelfs het IMF geven aan dat er geen economische rechtvaardiging is om nu de schuld dwangmatig te verminderen. We moeten dus ophouden om schuldvermindering te verwarren met de houdbaarheid van onze schuld. Zo is het gemiddelde schuldniveau in de eurozone 90% en neemt het af, terwijl de VS op 120% staat en snel groeit, en Japan op 260%.
Tijd voor een gezonde én duurzame aanpak
Voor alle duidelijkheid: we pleiten niet voor roekeloze uitgaven zonder terugverdieneffecten, wel voor een andere blik op onze uitgaven. We moeten niet enkel naar de kwantiteit maar ook naar de kwaliteit kijken: in welke mate pakken onze uitgaven de uitdagingen van vandaag en morgen aan, en hoe duurzaam is onze schuld? Het is intussen duidelijk dat onze economie en belastingsinkomsten zonder investeringen in een rechtvaardige klimaattransitie zullen afkalven en vervolgens instorten.
Laten we dus geen cijfermatige daling van de overheidsschuld voorschrijven, maar de regels zo vormgeven dat een exponentiële stijging wordt vermeden en de schuld houdbaar blijft. Daaraan gekoppeld willen we de begrotingen toetsen aan de mate waarin ze voldoen aan andere Europese beleidsprioriteiten zoals klimaat en sociaal beleid. Overheidsuitgaven dienen immers een politiek doel.
(Lees verder onder preview.)
Het is ook de hoogste tijd om groene en sociale investeringen af te schrijven op de volledige levensduur ervan en niet op één enkel begrotingsjaar, want daarmee sluit je bij voorbaat investeringen uit. We willen ook af van de Europese dictaten, door een sterkere democratische rol van het Europese parlement te voorzien.
Tot slot moeten de voorstanders van deze hervorming eens uitleggen hoe een sterk Europa op geopolitiek, sociaal, klimaatneutraal en economisch vlak te rijmen valt met verplichte besparingspolitiek. Waar gaan deze politici het geld halen? Pleiten deze politici voor belastingverhogingen, en als dat zo is, wie moet de rekening betalen? Of pleiten deze politici voor besparingen wat ten slotte leidt tot minder groei of in het ergste geval een recessie zoals we nu in Duitsland zien.
Wij zien de zaken anders. Een sterk Europa zal er staan met een sterk budget. We moeten dus een nieuw elan geven aan het Europees coronaherstelfonds. Een permanent Europees soevereiniteitsfonds gefinancierd met gemeenschappelijke schuld is waar we heen moeten. Het is goedkoper, helpt lidstaten met de klimaattransitie, en financiert onze welvaart van morgen door in te zetten op innovatie. Dit zijn wat mij betreft de topprioriteiten voor de aanstaande Europese verkiezingen. Gaan we aanmodderen en ons lot ondergaan, of kiezen we voor een hoopvol perspectief en nemen we het lot in eigen handen?
Sara Matthieu zetelt voor Groen in het Europees parlement.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier