Terreurexpert Peter Knoope: ‘IS en Al Qaeda zijn springlevend’
Frankrijk en Oostenrijk worden momenteel geteisterd door een nieuwe golf van terreuraanslagen. Maar is de harde aanpak van de Franse president Emmanuel Macron tegen het islamterrorisme wel effectief op lange termijn? Terreurexpert Peter Knoope. ‘Het antiterreurbeleid van de afgelopen twintig jaar heeft onvoldoende resultaat opgeleverd.’
Frankrijk gaat gebukt onder een reeks terreuraanslagen door moslimextremisten. Vorige week donderdag kwamen drie mensen door een mesaanval om het leven in de basiliek Notre-Dame in Nice. Op 16 oktober werd de leerkracht Samuel Paty op straat onthoofd omdat hij in zijn les Mohammedcartoons had laten zien. Zaterdag werd dan weer een Grieks-orthodoxe priester in Lyon doelwit van een schietpartij. De man verkeert in kritieke toestand. Al zijn van die laatste aanslag de motieven nog niet duidelijk. Het zou ook om een privéaangelegenheid kunnen gaan. Intussen wordt ook Wenen opgeschrikt door een terreuraanslag waarbij verschillende doden vielen. De Franse minister van Buitenlandse Zaken Gérald Darmanin waarschuwt dat er ‘waarschijnlijk’ nog meer aanslagen zullen volgen. Wat is er aan de hand?
Er vallen meer doden en gewonden door terreuraanslagen dan in de periode voor 9/11. We zijn er dus in termen van veiligheid op achteruitgegaan.
‘Waarom deze reeks aanslagen nu gebeurt en bijvoorbeeld niet een jaar geleden,’ zegt de Nederlandse terreurexpert Peter Knoope, ‘is eerder een kwestie van toeval – en vervolgens van een kettingreactie op de moord op Samuel Paty. Omdat de ruimte voor grootschalige aanslagen steeds kleiner wordt door de strenge veiligheidsmaatregelen, vinden er meer kleinschalige, individuele operaties plaats. De daders werken niet of nauwelijks in groepsverband. Ze volgen de oproep die Al Qaeda en de IS al jaren geleden lanceerden om ’te handelen waar het nodig is’ en gebruiken wat ze voorhanden hebben. In veel gevallen is dat een keukenmes.’
Wat kan president Emmanuel Macron doen? Hij staat voor de aartsmoeilijke keuze tussen een harde aanpak tegen terreur en het voorkomen dat Frankrijk een politiestaat wordt.
Peter Knoope: Het is de bedoeling van dit soort aanslagen om angst te zaaien en dat werkt, dat mag duidelijk zijn. En daar zit het dilemma voor de Franse overheid: als je geen maatregelen treft als antwoord op die publieke angst, dan word je als inadequaat beschouwd. Neem je wel maatregelen, zoals meer militairen op straat, dan roepen die nog meer angst op. Dat is inderdaad allesbehalve een gemakkelijke taak.
De enige oplossing voor dit soort terreurgeweld bereik je door preventieve maatregelen. Zo moet je je contacten op orde hebben met de verschillende gemeenschappen, met degenen die invloed hebben op die gemeenschappen. Maar het vereist een enorme investering van de lokale overheids- en veiligheidsdiensten om in de wijken voortdurend in contact te staan met mensen die weten wat er speelt. Die informatiepositie moet je vooraf in orde hebben, nu is het in Frankrijk te laat.
In Frankrijk zijn ze al jaren intensief bezig met antiterreur, maar dit soort kleinschalige aanvallen lijken ze niet te kunnen voorkomen.
Knoope: In Frankrijk is er sprake van een zeker isolement in bepaalde buurten. De afstand tussen de overheid en de samenleving is er dermate groot dat er parallelle circuits ontstaan waar je als overheid geen zicht op hebt. Aan die afstand moet je dus werken. Maar na de moord op de leraar Samuel Paty gebeurde net het omgekeerde. De reactie van de Franse overheid, zoals het verbod van een aantal organisaties, vergroot juist de afstand met instellingen en personen die bepaalde informatie kunnen geven. Nu is het begrijpelijk dat de regering iets moet doen tegen dit vreselijke terreurgeweld. Maar uiteindelijk is het op lange termijn een contraproductieve strategie.
De dader van de aanslag in Nice, een 21-jarige Tunesiër, was nog maar net in Frankrijk aangekomen.
Knoope: Dat maakt duidelijk hoe intensief de internationale relaties zijn tussen mensen met dezelfde overtuigingen. Het is een illusie om te denken dat wat er in Mozambique of Mali gebeurt niet in relatie staat met wat er in Frankrijk of Europa plaatsvindt. En die relatie wordt alleen maar intensiever door het internet. Kijk naar de vele tegenreacties van de moslimwereld op Macrons reactie na de aanslag op Paty.
Moet er dan ook meer ingezet worden op mensen die lokale informatie inwinnen in moslimlanden?
Knoope: Dat is een taak voor de ambassades, zij moeten in contact staan met bepaalde gemeenschappen in die landen om te weten welke dynamieken er spelen. Die informatie moeten ze doorspelen aan Parijs, zodat er verbanden kunnen worden gelegd tussen de gemeenschappen in het buitenland en die in Frankrijk. Dat gebeurt volgens mij nog altijd te weinig.
In 2016 zei u in dit blad dat de antiwesterse sentimenten alleen maar toenemen. Hoever staan we vier jaar later?
Knoope: Al klinkt het ongenuanceerd, ik ga het toch zeggen: ik denk dat het antiterreurbeleid van de afgelopen twintig jaar onvoldoende resultaat heeft opgeleverd. Natuurlijk is het aantal aanslagen sinds twee jaar verminderd, maar er vallen meer doden en gewonden door terreuraanslagen dan in de periode voor 9/11. We zijn er dus in termen van veiligheid op achteruitgegaan.
Kijk naar wat er zich momenteel in Mozambique afspeelt, met een link naar heel Oost-Afrika en Congo, dat zijn zeer verontrustende ontwikkelingen. Dat geweld is iets van de afgelopen zes maanden, het zijn nieuwe processen die aantonen dat de IS en Al Qaeda nog springlevend zijn en een grote aanhang hebben in de wereld. Tot overmaat van ramp kennen we in het Westen ook een toenemende dreiging van radicaal- rechts, waar we ons volgens een aantal politici zorgen om moeten maken. Terwijl de terreurproblematiek dus in het Sub-Sahara, het Midden-Oosten, Afghanistan, Pakistan en in delen van Azië niet of nauwelijks is afgenomen, hebben we er nog een nieuwe zorg bij. De vraag over wat we de voorbije twintig jaar nu eigenlijk bereikt hebben, is dan ook relevant. De war on terror heeft in een groot aantal landen niet tot oplossingen geleid. Tegelijk moeten we constateren dat de zachtere aanpak in de strijd tegen terreur ook geen successen heeft opgeleverd.
Hebben we dan geen lessen getrokken uit de aanslagen van de IS?
Knoope: Voor sommige details hebben we oplossingen gevonden. Voor de rest niet. Nu heeft het uitschakelen van kopstukken als Osama bin Laden of Abu Bakr al-Baghdadi in de regel niet geleid tot de stopzetting van terroristische activiteiten. Er zitten wereldwijd 100.000 mensen in de gevangenis die verdacht worden van terrorisme of ervoor zijn veroordeeld. We hebben nog geen goeie receptuur gevonden voor de re-integratie van deze gevangenen. En vroeg of laat komen ze vrij.
Ik denk dat we ons de afgelopen jaren te veel gericht hebben op de individuele terrorist. Als we die maar goed kunnen doorgronden, dan kunnen we hem en mogelijke medestanders wel afhelpen van hun radicale gedachtegoed, denken we. Het is alsof je naar het leger gaat en aan elke soldaat vraagt waarom hij militair is geworden en je dan snapt waarom er oorlog is. Dat leidt natuurlijk niet tot een oplossing. We moeten af van die individuele benadering en ons weer richten op de normale conflictanalyse: wie heeft waarbij belang, enzovoort. We moeten de bodem onder het terrorisme wegslaan via politieke processen, onder andere door bepaalde groepen mee te laten delen in de welvaart. Met het bestuderen van het individu achter de terrorist kom je er niet.
Peter Knoope
– 1949: geboren in Rotterdam
– Werkte in ontwikkelingssamenwerking in Tanzania, Kameroen en Senegal
– Was tot 2009 adjunct-directeur bij de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTb)
– Was hoofd van de missie naar Afghanistan
– 2014: werd directeur van het International Centre for Counter-Terrorism in Den Haag (ICCT), is er nu senior visiting fellow
– Is senior visiting fellow bij het Clingendael Instituut
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier