Project 2025 voor Europa: ‘België zal klimaatboetes moeten betalen van makkelijk honderden miljoenen euro’s’
Het is oorlog aan de grenzen van Europa en de industrie heeft het zwaar. De strijd tegen de klimaatopwarming dreigt naar het tweede plan te verschuiven.
Ons ‘man on the moon moment’. Met die wat knullige vergelijking probeerde Ursula von der Leyen eind 2019 de Europese klimaatambities te verzinnebeelden. Dat was hét jaar van het klimaatprotest, en de Europese Commissie wilde daarbij niet achterblijven. Onder ‘klimaattsaar’ Frans Timmermans kwamen er met de Green Deal ook hoge doelstellingen: de EU moest klimaatneutraal zijn in 2050, en tegen 2030 zou de uitstoot al met 55 procent verminderd moeten zijn.
Vijf jaar later ziet Europa er heel anders uit: het is oorlog aan onze grenzen en de industrie slabakt. De oorlog in Oekraïne dwingt ons geld dat anders misschien naar het klimaat was gegaan te investeren in defensie, de problemen met de (Duitse) industrie geven tegenstanders argumenten om te pleiten voor het uitstellen of afzwakken van het klimaatbeleid. Von der Leyen heeft ook goed begrepen vanwaar de wind waait sinds de verkiezingen in juni, en staat aan het begin van haar tweede ambtstermijn als Commissievoorzitter met heel andere prioriteiten. Verliest Europa de komende jaren de strijd voor het klimaat uit het oog?
Conall Heussaff van de Brusselse denktank Bruegel maakt zich daar voorlopig niet al te veel zorgen over: de wetgeving is goedgekeurd, daar valt nog maar weinig aan te veranderen. ‘Het klopt dat er vandaag veel verschillende domeinen om aandacht vragen, maar ik zie weinig kans dat de wetgeving die er nu al is ter discussie zal worden gesteld’, zegt Heussaff. ‘Von der Leyen is, net als commissaris voor Schone, Eerlijke en Competitieve Transitie Teresa Ribera, nog altijd erg overtuigd van het belang van de klimaatagenda. Zij zijn binnen de Europese Commissie de twee machtigste vrouwen. De vraag is of deze Commissie in staat is om nieuwe wetgeving te maken die ambitieus genoeg is om de uitdagingen die er nog altijd zijn aan te kunnen.’
Knack stelt voor: een PROJECT 2025 voor Europa
Zweden of China?
Een van de eerste prioriteiten voor de Commissie is een akkoord voor de Europese industrie. Er wordt vooral gekeken naar het vereenvoudigen van de bureaucratische regelgeving die van de Green Deal voor veel bedrijven een ingewikkeld kluwen maakte. Vraag is alleen of regels versimpeld kunnen worden zonder dat ze verwateren of afgezwakt worden.
Philippe Lamberts, het groene Europarlementslid dat sinds kort klimaatadviseur is van Von der Leyen, is ervan overtuigd dat het kan werken. ‘Anders zou ik deze nieuwe functie niet hebben aangenomen’, zegt hij. ‘De wetgeving hoeft ook echt niet zo complex te zijn als ze nu is. Ik vergelijk het graag met snelheidsbeperkingen op de autowegen. Die limieten zijn even simpel als dat ze streng zijn, op voorwaarde dat ze goed worden gecontroleerd.’
Als Europa industrieën zoals staal, chemie en cement een groene toekomst wil geven, zal er véél overheidssteun nodig zijn.
Een belangrijke opdracht die Lamberts voor zichzelf en voor de EU ziet, is genoeg geld vinden om te investeren in de groene transitie. Als Europa industrieën zoals staal, chemie en cement een groene toekomst wil geven, zal er overheidssteun nodig zijn. Lamberts denkt zelfs aan een investeringsfonds dat qua opzet en schaal doet denken aan NextGenerationEU, het herstelfonds dat na de coronacrisis in zo’n 750 miljard euro voorzag. De Italiaan Mario Draghi hintte in zijn invloedrijke rapport ook al op een vervolg van zo’n fonds voor de Europese industrie, maar concreet zijn de plannen nog niet.
Project 2025 voor Europa: waarom Europa loodgieters in Afrika moet opleiden
Europa liep de voorbije jaren al flink achter in de productie van groene technologieën. Batterijen, zonnepanelen en elektrische auto’s: Chinese bedrijven kunnen ze ondertussen allemaal goedkoper produceren. De EU probeert terug te vechten, bijvoorbeeld met importtarieven, maar experts vrezen dat we even afhankelijk worden van China voor die technologieën als vroeger van Rusland voor gas. ‘Die vergelijking gaat niet helemaal op’, vindt Conall Heussaff. ‘Ik ben niet echt bezig met de vraag of Italiaanse gezinnen hun elektrische auto in China of in Zweden kopen. Wat me veel meer zorgen baart, is of we voldoende middelen zullen vinden om de investeringen te doen.’
Slechte leerlingen
Als Europa echt klimaatneutraal wil worden, dan zal in de komende 25 jaar ook werkelijk élke sector een inspanning moeten doen. De voorbije jaren werd vooral laaghangend fruit geplukt, nu wordt het lastiger. De landbouwsector is daarvan een belangrijk voorbeeld, maar politici staan niet te springen om nog eens ruzie te zoeken met de boeren.
‘Dat is ook een van de moeilijkste sectoren om te vergroenen’, zegt Wim Thiery, klimaatwetenschapper aan de VUB. ‘De technologie is nog niet geperfectioneerd, zoals dat wel al het geval is voor elektrische auto’s. Maar dit gaat ook over keuzes die we als consument zullen moeten maken. We zullen minder vlees moeten gaan eten, en dat ligt nog altijd gevoelig.’
‘België zal boetes moeten betalen die makkelijk honderden miljoenen euro’s kunnen bedragen.’
Net als Heussaff en Lamberts is Thiery best optimistisch over de kansen van Europa om zijn ambitieuze doelstellingen te halen: de EU haalt traditioneel haar doelen, zelfs al lijken ze in het begin moeilijk haalbaar. Alleen zijn er binnen de Unie altijd goede en slechte leerlingen, en België behoort bijna even traditioneel tot de tweede categorie. Onlangs werden er cijfers bekendgemaakt waaruit blijkt dat Vlaanderen de uitstootdoelstellingen voor 2030 niet zal halen.
‘De consequenties daarvan zijn al lang bekend. Belgische politici zullen niet kunnen zeggen dat ze van niets wisten’, zegt Thiery. ‘België zal boetes moeten betalen die makkelijk honderden miljoenen euro’s kunnen bedragen. Er zijn schattingen die zelfs oplopen tot 2,5 miljard. Dat geld zal gaan naar landen die hun doelstellingen wél halen. Als Vlaanderen en België geen tandje bijsteken, loopt de factuur alleen maar verder op.’