‘Ons zelfbehoud is in gevaar’: Mario Draghi vraagt 800 miljard om Europese economie te redden
‘Voor het eerst sinds de Koude Oorlog moeten we vrezen voor ons zelfbehoud.’ In zijn langverwacht rapport over de toekomst van het Europese concurrentievermogen trekt oud-ECB-voorzitter en voormalig Italiaans premier Mario Draghi aan de alarmbel. Hij heeft een rist voorstellen klaar om de EU snel weer competitiever te maken op het wereldtoneel, maar zoals verwacht breekt hij daarbij ook een lans voor de uitgifte van gemeenschappelijke Europese schulden. Daarmee moeten grensoverschrijdende investeringen kunnen worden gefinancierd.
Het was Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen die Draghi vorig jaar de opdracht gaf een verslag te maken over de toekomst van het Europese concurrentievermogen, met daarin ook aanbevelingen om Europa sterker te maken in zijn competitie met de Verenigde Staten en China. Het onderwerp is sindsdien alleen nog maar urgenter geworden, zei Von der Leyen – die intussen benoemd is voor een tweede mandaat – maandag bij de persvoorstelling van het Draghi-rapport. ‘Er is nu een grote consensus dat dit bovenaan onze agenda moet staan, en centraal in ons beleid.’
De toestand is ernstig, maar niet hopeloos, vindt Draghi. Ondanks vele pogingen om het tij te keren, loopt de economische groei in Europa al sinds het begin van de eeuw achterop. Bovendien heeft het oude continent de trein van de digitalisering grotendeels gemist en kan het niet op de productiviteitsgroei rekenen die de techsector in bijvoorbeeld de VS wel creëert. Van een bevolkingstoename om de groei te ondersteunen, is evenmin sprake.
Om Europa ondanks alles productiever te maken, ziet Draghi drie prioriteiten. Ten eerste moet de innovatiekloof met de VS en China worden gedicht, vooral inzake geavanceerde technologie. Ten tweede moet de decarbonisering van de economie nog veel meer dan nu het geval is aangegrepen worden als een opportuniteit. En ten derde moet de afhankelijkheid van andere economische blokken worden afgebouwd en de collectieve veiligheid versterkt. In zijn rapport doet de Italiaan een 170-tal concrete voorstellen.
‘Dit is geen visie voor de toekomst van de Europese Unie. De meeste van deze voorstellen kunnen relatief snel ingevoerd worden en kunnen een tastbaar verschil maken,’ zei hij. Von der Leyen zei het rapport de komende legislatuur ter harte te zullen nemen, maar het lijkt nu al duidelijk wat onder de lidstaten het grootste discussiepunt zal worden. Als het van Draghi afhangt, zal de uitgifte van gemeenschappelijke Europese schulden een grote bijdrage kunnen leveren aan de financiering van grote projecten. Maar, zo nuanceerde hij, ‘dit is een belangrijk instrument, maar geen doel op zich’.
Eerder schreef een andere Italiaanse ex-premier, Enrico Letta, in opdracht van premier Alexander De Croo (Open VLD) al een gelijkaardig rapport over de Europese interne markt.