Multimiljonair, zijn eigen grootste vijand en favoriet-bondskanselier: wie is Friedrich Merz?
Nu Duitsland afstevent op nieuwe verkiezingen is CDU-voorzitter en -lijsttrekker Friedrich Merz de grote favoriet om Olaf Scholz op te volgen als bondskanselier. Als hij zichzelf onder controle houdt.
De Duitse regering is kaputt. Na wekenlang geruzie over de begroting stuurde de sociaaldemocratische bondskanselier Olaf Scholz (SPD) vorige week minister van Financiën, vicekanselier en liberale FDP-partijvoorzitter Christian Lindner de laan uit. Scholz wil de Duitse Bondsdag in januari het vertrouwen vragen. Die stemming zal zijn regering naar verwachting verliezen, waarna Duitsland eind februari – enkele maanden vroeger dan voorzien – naar de stembus moet.
Scholz’ gedoodverfde opvolger is CDU-voorzitter en lijsttrekker Friedrich Merz, die in de peilingen met ruim 33 procent de tegenstand ver achter zich laat. De 69-jarige Merz groeide op in een ambtenarengezin in Noordrijn-Westfalen, trad op zijn zeventien toe tot de CDU-jongeren, studeerde rechten en richtte daarna zijn eigen advocatenkantoor op. Eind jaren tachtig werd de fervente sportfanaat verkozen in het Europees Parlement en bijna meteen daarna in de Duitse Bondsdag.
Merz werd vicevoorzitter van de partij en fractievoorzitter in de Bondsdag. In 2000 werd hij voor het eerst genoemd als mogelijke opvolger van toenmalig partijleider en kanselier Helmut Kohl, maar hij moest in 2002 de duimen leggen voor Angela Merkel – het zou nooit meer helemaal goed komen tussen de twee. Merz stapte uit de politiek en richtte zich op de zakenwereld, waar hij als topman van grote bedrijven en investeringsmaatschappijen zoals BlackRock een miljoenenfortuin vergaarde.
Dat de CDU ondanks het voortdurende gestuntel van de regering-Scholz niet boven de 35 procent peilt, doet in de partij de wenkbrauwen fronsen.
Toen Merkel de politiek vaarwel zei, zag Merz zijn kans schoon. Maar opnieuw, en zelfs tweemaal, moest hij de duimen leggen voor achtereenvolgens Annegret Kramp-Karrenbauer en Armin Laschet. Pas nadat Laschet baan had moeten ruimen, was het voor Merz wel prijs. Met eerder conservatieve overtuigingen en een liberale invulling van het Rijnlandmodel – bedrijven moeten bijvoorbeeld mee de verantwoordelijkheid dragen voor maatschappelijke en sociale cohesie – gaat hij vol in oppositie.
Jonge bezems, oude borstels?
Merz is energiek en gedreven, maar weet nog niet altijd te overtuigen. Dat de CDU ondanks het voortdurende gestuntel van de regering-Scholz niet boven de 35 procent peilt, doet in de partij de wenkbrauwen fronsen. De christendemocraten doen het bovendien nauwelijks beter dan in 2021, maar dat was na zestien jaar regeringsverantwoordelijkheid en tijdens een leiderschapscrisis door het vertrek van Merkel.
‘Jonge bezems keren goed, maar oude borstels kennen alle hoeken’, zei Merz in oktober 2021 tijdens de campagne voor het partijvoorzitterschap. Maar Merz moet oppassen, want de jonge CDU-bezems keren wel érg goed. In de deelstaten Noordrijn-Westfalen en Sleeswijk-Holstein behalen de CDU-minister-presidenten Hendrik Wüst en Daniel Günther tot 40 procent van de stemmen, wat sommigen doet vermoeden dat een eventuele nationale CDU-overwinning er eerder ondanks dan wel dankzij Merz zou komen.
Merz staat er bovendien om bekend dat hij zich makkelijk laat provoceren en soms zijn zelfcontrole kan verliezen. Journalisten klaagt hij voor het minste aan, zijn levensverhaal tuigt hij op met verzinsels. ‘De CDU-chef en zijn gevaarlijkste tegenstander: hijzelf’, kopte het weekblad Der Spiegel. Volgens een rondvraag van de Duitse openbare omroep ARD was slechts 27 procent van de Duitsers in april tevreden met Merz’ werk. Daarmee moest hij twee andere christendemocratische politici laten voorgaan. Midden oktober schaarde de voltallige partij zich wel achter Merz.
Merz lijkt daarmee definitief op weg naar het kanselierschap, tenminste als hij zichzelf onder controle houdt. En daarmee zouden de Duitse christendemocraten ondanks de sputterende Duitse economie haast almachtig worden op het Europese toneel. Want met Merz als bondskanselier, Ursula von der Leyen als voorzitter van de Europese Commissie en Manfred Weber als voorzitter van de Europese Volkspartij – de grootste fractie in het Europees Parlement – bezetten ze drie sleutelposities in de Europese Unie.