Migratie-expert Hanne Beirens: ‘België het afvoerputje van het asielbad noemen, dat is een brug te ver’
In 2025 is het tien jaar geleden dat Europa verrast en overweldigd werd door de vluchtelingencrisis. Werd er dit jaar echt een beginnetje gemaakt van een nieuwe aanpak in de EU? ‘Grenscontroles zijn een doekje voor het bloeden.’
‘Een safespace’, noemt Hanne Beirens de denktank waar ze werkt, het Migration Policy Institute Europe. ‘Wij zitten achter gesloten deuren aan tafel met beleidsmakers en politici. Zij weten dat alles voor ons bespreekbaar is, maar wij zullen wel vanuit onze wetenschappelijke kennis advies geven over de voorstellen die op tafel komen.’
Op die manier adviseert Beirens veel Europese spelers in het migratiedebat. De Gentse – we zoeken haar thuis op – is dan ook een van de belangrijkste experts in ons land over het migratiebeleid dat dit continent, met heel veel vallen en soms opstaan, probeert te voeren.
Als we aan staatssecretaris Nicole de Moor (CD&V) zouden vragen wat voor haar de belangrijkste gebeurtenis van 2024 is, zou ze vol trots zeggen: het migratiepact dat de Europese Unie heeft gesloten onder het Belgische voorzitterschap. Terecht?
Hanne Beirens: Ik vind van wel. Voor mij is het een mirakel dat zo’n pact er dit jaar is gekomen. In nogal wat landen veranderde de politieke samenstelling van de regering terwijl er onderhandeld werd, en het onderwerp ligt ontzettend gevoelig. Veel Europese landen zijn nog altijd getraumatiseerd door de vluchtelingencrisis van 2015 en 2016, dus het was echt bijzonder om te zien dat die landen aan tafel wel bereid waren water bij de wijn te doen. Laten we wel wezen: het recht op asiel zit verankerd in dit akkoord. Dat is in deze tijd al heel wat, want daar worden constant vraagtekens bij geplaatst.
Het was ook nu of nooit. Als er dit jaar geen akkoord was gekomen, hadden we er niet meer op hoeven te rekenen. Het wordt heel spannend om te zien of het pact in 2026 op tijd uitgevoerd raakt. We zien nu al dat veel landen soloslim spelen en zelf maatregelen nemen. Daarmee zeggen ze eigenlijk: we vertrouwen onze onderhandelingspartners toch niet echt. De snelheid waarmee landen opnieuw interne grenscontroles invoeren, heeft mij dit jaar zeer verbaasd. De Schengenzone is een deel van onze Europese identiteit, maar staat stilaan zwaar onder druk.
‘Het Migratiepact vraagt België om net méér te investeren in opvangcapaciteit.’
Duitsland breidde de grenscontroles uit, Nederland is er ook mee begonnen en het idee ligt blijkbaar ook op de onderhandelingstafel van de federale regering.
Beirens: De regels zijn wel wat veranderd: het is voor landen eenvoudiger gemaakt om tijdelijke controles op te zetten en dat voor langere periodes. De Europese Commissie hoopt daarmee dat de discussie over Schengen zelf niet al te hoog oploopt en dat het basisprincipe gevrijwaard blijft. De controles die we nu her en der in de EU zien, blijven een doekje voor het bloeden. Politici willen daarmee vooral aan hun kiezers tonen dat ze echt iets willen doen aan de problemen. Er zullen niet veel mensen worden tegengehouden.
Over dat migratiepact zei de Oostenrijkse migratie-expert Gerald Knaus dit najaar in Knack: het lost geen enkel fundamenteel probleem echt op. Heeft hij een punt?
Beirens: Jarenlang heeft Knaus beweerd dat het pact er niet zou komen, dus nu moet hij wel zeggen dat het zeker niet zal werken. (lachje) Het pact moet er in theorie voor zorgen dat er aan de buitengrenzen van Europa een wachtruimte wordt gecreëerd waar asielzoekers worden geïdentificeerd en een snelle grensprocedure moeten doorlopen. Pas daarna krijgen ze te horen of ze het Europees grondgebied mogen betreden, en waar ze naartoe zullen gaan.
Migratie-expert Gerald Knaus: ‘Grenscontroles dringen het aantal asielaanvragen niet terug’
Momenteel kunnen mensen jarenlang door Europa dwalen, van land naar land, om telkens weer een aanvraag in te dienen. Dat zou met het pact moeten stoppen, en ik heb er goede hoop op dat dat ook zal gebeuren. Ik hoor van Fedasil en andere diensten dat er heel veel tijd en energie gestoken wordt in de voorbereidingen. Roemenië bijvoorbeeld maakt al plannen om duizend mensen te rekruteren voor de snellere procedures aan zijn buitengrens. Eindelijk eindigt het crisismanagement van alsmaar brandjes blussen en komt er een doordachte en nog altijd humane aanpak.
Zijn daarmee alle problemen opgelost? Nee, natuurlijk niet. Knaus en andere critici zeiden altijd dat er meer gewerkt moet worden rond samenwerking met derde landen buiten de EU om het aantal mensen dat naar hier komt te beperken, zoals de Turkije-deal waarvan hij zichzelf de bedenker noemt. Dat zit niet in de akkoorden van dit voorjaar, maar daar wordt natuurlijk ook aan gewerkt.
Knaus vindt die Turkije-deal de beste maatregel die de EU de voorbije tien jaar heeft genomen om de aantallen asielzoekers onder controle te krijgen.
Beirens: (blaast) Is dat zo? Ik denk dat er wel betere manieren zijn, en dat zien we ook. Spanje werkt bijvoorbeeld samen met Marokko op een manier die veel duurzamer is dan wat we met Turkije hebben gedaan. Het werkt met vormen van circulaire migratie, waarbij mensen naar Spanje kunnen komen om te werken en ook weer terugkeren naar Marokko. De jarenlange samenwerking met de Balkanlanden is ook succesvol.
‘Italië was van plan om 12.000 mensen een jaar naar Albanië te sturen. Dan blijven er nog altijd 126.000 migranten over.’
De deal met Turkije werkte alleen maar omdat er werd beloofd dat het Turkije dichter zou brengen tot het lidmaatschap van de Europese Unie. Maar daar is niks van in huis gekomen. Zulke deals moeten breed genoeg zijn, zodat de politici met wie de EU onderhandelt ook genoeg hebben om hun eigen electoraat te overtuigen. Een ambtenaar van de Europese Commissie heeft mij ooit gezegd: we zouden nooit nog ministers van Binnenlandse Zaken mogen sturen om over zulke akkoorden te onderhandelen. Ik ben het daar niet mee eens, maar het klopt wel dat zij er met een veel te enge blik naar kijken.
Deals met landen als Tunesië krijgen heel veel kritiek, vooral van ngo’s die bezorgd zijn over de mensenrechten.
Beirens: Bij deals met bijvoorbeeld Tunesië of Egypte kun je terecht vragen stellen, ja. Maar vanuit historisch perspectief kunnen we niet anders dan vaststellen dat we zullen moeten samenwerken met zulke landen om migratiestromen onder controle te krijgen. De vraag is: hoe doen we dat het best?
Dit was ook het jaar waarin Europese landen nog heel andere afspraken probeerden te maken met derde landen: het Verenigd Koninkrijk probeerde asielzoekers te verschepen naar Rwanda, Italië naar Albanië. Telkens met heel weinig succes.
Beirens: Het ziet er misschien gemakkelijk uit op papier, maar in werkelijkheid zijn dat geen sluitende oplossingen. In Italië kwamen vorig jaar 138.000 mensen aan. Het plan was om – als alles meezat – uiteindelijk 12.000 mensen een jaar naar Albanië te sturen. Dan blijven er nog altijd 126.000 mensen over. Die plannen waren ook hallucinant duur, het zou Italië veel meer kosten dan wat het normaal voor opvang moet betalen. Alleen is het voor een politicus veel eenvoudiger om zo’n plan op televisie uit te leggen dan het migratiepact. Dat beslaat ondertussen meer dan duizend pagina’s: begin daar maar aan.
Het Rwandaplan van Rishi Sunak: ‘Zelfs ambtenaren willen dit niet uitvoeren’
Niemand lijkt er nog om te malen dat ook deze winter niet alle alleenstaande mannen opvang zullen krijgen in Brussel. En dit jaar zullen er ook gezinnen op straat moeten slapen.
Beirens: Waarschijnlijk is dit iets waar Nicole de Moor minder graag over praat, maar bij de implementatie van het pact dat zij zo belangrijk vindt, hoort een expliciete vraag aan België om méér te investeren in opvangcapaciteit. De data laten duidelijk zien dat hier meer capaciteit nodig is. Dus wil Europa dat we de achterstand inhalen.
Alles wat we over de regeringsonderhandelingen weten, wijst erop dat daar nog meer zal worden bespaard.
Beirens: Ik weet het, ik zei u toch dat ik het een mirakel vond dat het pact er is gekomen. (lacht) Ik hoop dat België zal voldoen aan de vereisten, want anders kunnen andere landen ook hun verantwoordelijkheden naast zich leggen en dan staan we weer bij af. Ik begrijp politici wel die ervan uitgaan dat er minder asielzoekers naar hier zullen komen. Dat is ondertussen vaak genoeg gezegd, en dat zou op termijn ook moeten gebeuren. Een visie op middellange termijn is dus belangrijk, waarbij er, bijvoorbeeld, in de eerste jaren nog geïnvesteerd wordt in tijdelijke opvang, die de jaren daarna opnieuw op doordachte wijze afgebouwd wordt.
‘Alle landen in Europa proberen zich zo onaantrekkelijk mogelijk te maken voor asielzoekers. In de praktijk is dat niet echt effectief.’
Er is natuurlijk nog geen regeerakkoord, maar ik denk dat het veilig is om te zeggen dat de volgende regering het leven van asielzoekers en vluchtelingen alleen maar moeilijker zal maken. Ze hopen daarmee hun kiezers te bedienen, maar politici zeggen dat het nodig is om het aanzuigeffect tegen te gaan. Klopt dat?
Beirens: Alle landen in Europa proberen zich zo onaantrekkelijk mogelijk te maken voor asielzoekers. In de praktijk is dat niet echt effectief. Onderzoek leert dat mensen vooral naar plaatsen gaan waar ze al mensen kennen. Theo Francken (N-VA) zei onlangs in De Afspraak op Vrijdag verontwaardigd: één op de twee asielzoekers uit Gaza komt naar hier. Dat klopt misschien, want hier woont in vergelijking met andere Europese landen al langer een grotere Palestijnse diaspora. Maar in een adem concluderen dat Belgie daarom het putje van het Europese asielbad is? Dat is dan weer een brug te ver. Duitsland vangt al jaren veruit de meeste asielzoekers op.
‘Ik hoop echt dat Hongarije geen inspiratiebron wordt voor ons migratie- en buitenlandbeleid.’
Veel politici kijken misschien naar Hongarije: dat land heeft zo goed als geen asielaanvragen meer.
Beirens: Hongarije staat nog heel wat stappen verder in het afschrikken van asielzoekers, om het dan maar zo te zeggen. Ik hoop echt dat Hongarije geen inspiratiebron wordt voor ons migratie- en buitenlandbeleid. Het is gewoon vaak in strijd met de spelregels van de Europese Unie.
Ik maak mij in alle discussies zorgen over de integratie van de mensen van wie we zeggen dat ze hier mogen blijven. Dat thema is zo goed als helemaal verdwenen uit het debat. Nieuwkomers moeten in goede omstandigheden opgevangen worden, ze moeten op een kwaliteitsvolle manier naar werk begeleid worden en kinderen moeten toegang hebben tot onderwijs. Alle steunmaatregelen zomaar afbouwen, zal hun integratie alleen maar bemoeilijken.
Geen enkel thema wordt vandaag wel zodanig bezet door radicaal-rechtse politici in Europa als migratie.
Beirens: Ja. Het is een thema dat mobiliseert, en bijdraagt aan het gevoel van onzekerheid dat veel mensen tegenwoordig ervaren. Die verschuiving in het politieke landschap naar rechts heeft er dus wel voor gezorgd dat iedereen in dit debat zich afvraagt: wat willen we zelf? Migratie is niet meer iets dat ons moet overkomen en waarin we zelf geen enkele sturing hebben.
Ook dit jaar, tot verrassing van velen: Spanje kondigt een regularisatie aan in drie jaar van 900.000 mensen zonder papieren.
Beirens: Ik vond dat zeer interessant, al is het maar omdat een land eindelijk nog eens een positief signaal over migratie geeft. De arbeidstekorten in Europa worden de komende jaren alleen maar dramatischer, dus we hebben dringend een visie en een concreet plan nodig over hoe we voor voldoende arbeidskrachten zullen zorgen. Ik begrijp de terughoudendheid van politici tegenover regularisaties, want het zorgt echt wel voor een aanzuigeffect. Italië doet op een heel andere manier aan arbeidsmigratie. Werkgevers willen het liefst de mensen die al voor hen werken aanhouden, dus sturen ze die betrouwbare, maar tot dan toe irreguliere, arbeidskrachten even naar het buitenland en dan komen ze terug als arbeidsmigranten.
‘Belgische politici zijn constant brandjes aan het blussen, vaak zonder veel verder te kijken dan de volgende dagen en weken.’
Migratie gaat over veel meer dan over migratie, dat heb ik de voorbije tien jaar wel geleerd. Ik kijk met heel veel jaloezie naar Nederland, waar experts als Paul Scheffer praten en schrijven over migratie vanuit een veel breder, demografisch en macro-economisch perspectief. Wat heeft onze samenleving nodig? Wat kunnen we aan? Hoeveel en welke soort arbeidsmigranten hebben we nodig, en in welke sectoren? Die vragen worden in België veel minder gesteld. Politici zijn hier constant brandjes aan het blussen, vaak zonder veel verder te kijken dan de volgende dagen en weken.
Ik kan me voorstellen dat experts als u ernaar snakken om het debat ietsje te dedramatiseren.
Beirens: Canada staat daar al veel verder in: zij maken driejarenplannen, waarin tijdelijke migratie ook een belangrijk onderdeel is. Ik hoop dat de volgende regering ook met zo’n plan op langere termijn komt. Waarom zou dat hier niet mogelijk zijn?
Hanne Beirens
1976: Geboren in Brugge.
Studeerde politieke en sociale wetenschappen aan de UGent.
Studeerde race and ethnic studies aan de universiteit van Warwick, waar ze ook doctoreerde.
2015: Migration Policiy Institute Europa, sinds 2018 als directeur.
Jaaroverzicht 2024
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier