Duitse verkiezingen: hoe bang is Vladimir Poetin voor kandidaat-kanselier Friedrich Merz?

Friedrich Merz ontmoette in december vorig jaar Volodymyr Zelenskyy om te praten over meer militaire steun. © Getty
Jeroen de Preter
Jeroen de Preter Redacteur

Geen Europees land gaf de afgelopen jaren zo veel militaire steun aan Oekraïne als Duitsland. Die steun zal na de Duitse verkiezingen nu zondag allicht alleen maar groter worden. Maar zal dat zonder Amerikaanse afschrikkingsmacht veel indruk maken op Moskou?

Toen Rusland drie jaar geleden Oekraïne binnenviel, was de verbijstering misschien wel nergens zo groot als in Duitsland. Tot aan de vooravond van de Russische invasie waren de Duitse leiders ervan overtuigd dat goede economische en diplomatieke relaties de beste garantie op vrede boden. Een cruciale vergissing, zo besefte ook de toen nog prille bondskanselier Olaf Scholz (SPD). Enkele dagen na de invasie sprak hij over een Zeitenwende, de historische ommekeer in Duitslands opvattingen over defensie.

Na enig aarzelen werd de daad bij het woord gevoegd. Defensie kreeg eenmalig 100 miljard euro extra. Vandaag geeft geen enkel Europees land méér militaire hulp aan Oekraïne dan Duitsland.

Tegelijk kreeg de inmiddels ontslagnemende kanselier haast voortdurend de kritiek dat het onvoldoende was. Tekenend was het debat over de Taurus-raketten. Scholz weigerde die raketten te leveren, met het argument dat er Duitse militairen nodig zijn om ze te bedienen. De facto zou een levering van die raketten betekenen dat Duitsland betrokken werd bij aanvallen op Russische doelen.

Recent nog toonde Scholz zich even terughoudend tegenover een nieuw militair steunpakket aan Oekraïne. Anders dan zijn defensieminister Boris Pistorius, eveneens SPD, oordeelde Scholz dat de situatie in Oekraïne daar niet precair genoeg voor was.

Duitse raketten voor Oekraïne: waarom blokkeert bondskanselier Scholz opnieuw een wapenlevering?

De wereld van gisteren

Maar dat was dus de wereld van gisteren. Zoals de befaamde Duitse politoloog Herfried Münkler deze week schreef in een essay voor Die Zeit: vandaag beleven we een tweede, misschien nog veel grotere Zeitenwende. Het trans-Atlantische Westen blijkt volgens Münkler plots een verouderd geopolitiek model. ‘De machten aan beide zijden van de Noord-Atlantische Oceaan kunnen of willen niet langer op elkaar vertrouwen.’

Münkler noemt Duitsland de grootste verliezer van de ontwikkeling, ‘niet alleen omdat zijn economische macht niet meer het gewicht heeft dat het in het verleden had, maar ook omdat het Duitse beleid tot het einde toe onvoorwaardelijk heeft vertrouwd op trans-Atlantische betrekkingen. De Franse voorstellen voor een sterkere europeanisering van het veiligheidsbeleid heeft Duitsland altijd in de wind geslagen.’

Of Olaf Scholz zich aan die nieuwe werkelijkheid kan aanpassen, is niet langer een relevante vraag. Alle ogen zijn vandaag gericht op Friedrich Merz, de kopman de christendemocratische CDU. Zijn partij wint zondag aanstaande haast zeker de verkiezingen. Meer dan waarschijnlijk wordt Merz straks de nieuwe Duitse bondskanselier.

Merz sluit niet uit dat de Verenigde Staten aan het verglijden zijn in een autoritair systeem, dat zich niets van internationale samenwerkingen aantrekt.

Merz liet zich tot voor kort erg voorzichtig uit over het tweede presidentschap van Donald Trump. Wel lijkt hij ondertussen te beseffen dat het veiligheidsbeleid sinds Trump aan grondige herziening toe is. Tijdens een campagnemeeting in Darmstadt liet Merz zich donderdag ontvallen dat hij niet uitsluit dat de Verenigde Staten aan het verglijden zijn in een autoritair systeem dat zich, zoals alle autoritaire systemen, niets van bestaande internationale samenwerkingen aantrekt.

Merz verwees nog naar de viering van Duitslands 70-jarige lidmaatschap van de NAVO, later dit jaar. ‘Zullen de Amerikanen er dan nog bij zijn? Acht weken geleden zou ik die vraag niet hebben durven te stellen, maar vandaag moeten we daar een antwoord op geven.’

Weimar Driehoek

Hoe dat antwoord eruit kan zien? Feit is dat Merz al langer dan vandaag nadenkt en spreekt over een sterkere Duitse en Europese defensie. ‘Merz heeft al meer dan eens verklaard dat hij Duitsland wil transformeren van een slapende naar een sturende macht in Europa’, vertelt Dirk Rochtus, docent Duitse geschiedenis aan de KU Leuven.

‘Vorige maand heeft hij tijdens een lezing voor de Körber Stiftung uitgebreid toegelicht hoe hij dat wil doen. Een van zijn centrale pleidooien was dat voor een verbetering van de relaties met Polen en Frankrijk.

‘In feite doelt hij daarmee op het herstel van de zogenaamde Weimar Driehoek, een al even slapend samenwerkingsverband tussen die drie landen dat ontstond in 1991, onder meer om de samenwerking rond defensie te versterken.’

Ook over militaire steun aan Oekraïne is Merz, anders dan Scholz, altijd duidelijk geweest. Oekraïne, verklaarde hij onlangs nog, moet deze oorlog koste wat het kost winnen. Als het daarvoor Duitse Taurus-raketten nodig heeft, dan belooft Merz die te leveren.

Oekraïne moet de oorlog winnen, vindt Merz. Als het daarvoor Duitse Taurus-raketten nodig heeft, dan belooft hij die te leveren.

Over de budgetten die Duitsland moet uitgeven aan defensie is Merz zelden concreet. Meer dan over percentages spreekt Merz hier over efficiëntere samenwerking met Europese partners.

Dat het land de komende jaren meer dan de huidige 2 procent van het bbp zal uitgeven, lijkt evenwel zonneklaar. De in Duitsland populaire defensieminister Pistorius noemde het afgelopen week in een gesprek met nieuwszender Deutschlandfunk essentieel dat ‘alle Europese landen duidelijk meer’ investeren dan die 2 procent.

Pistorius maakt deel uit van de SPD, een partij die Merz wellicht nodig zal hebben om de regering te vormen. De kans dat Pistorius ook in de nieuwe Duitse regering defensieminister zal zijn, is reëel. ‘Hijzelf zou het in elk geval wel willen’, zegt Dirk Rochtus.

Hoe de nieuwe Duitse regering er precies zal uitzien, is vandaag nog moeilijk te voorspellen. De kans bestaat dat CDU en SPD samen straks onvoldoende zetels zullen hebben om een meerderheid te kunnen vormen. In dat geval is een regering met de Grünen erbij de meest voor de hand liggende oplossing.

Tekenend voor de eerste Zeitenwende is dat die partij haar ooit diep pacifistische karakter sinds de Russische inval vaarwel heeft gezegd. ‘Hun kopstuk, de huidige vicekanselier Robert Habeck, pleit er zelfs voor het budget voor defensie op te trekken tot 3,5 procent van het bbp’, vertelt Rochtus. ‘Ik denk dat zowel SPD als CDU het daar in principe mee eens is. Alleen: de facto betekent dat ongeveer 40 miljard meer voor defensie. De hamvraag is dan: waar moet dat geld vandaan komen?’

Over die vraag bestaat géén eensgezindheid. ‘Merz gelooft dat het geld kan komen van economische groei, SPD en Grünen pleiten voor een opheffing van de Schuldenbremse (een in de grondwet opgenomen regel die bepaalt dat het begrotingstekort niet meer mag bedragen dan 0,35 procent van het bbp, nvdr).

Dat worden nog lastige gesprekken, maar Merz heeft al te verstaan gegeven dat hier compromissen over mogelijk zijn. Defensie op zich zal voor de nieuwe regering geen groot struikelblok worden. Op dat vlak staan de neuzen van deze partijen min of meer in dezelfde richting.’

Afschrikkingsmogelijkheden

Rest nog de vraag of die stevige versterking van de Duitse militaire steun aan Oekraïne veel indruk zal maken in Rusland. In het al genoemde interview met Deutschlandfunk vertelde Boris Pistorius dat hij, anders dan de Britse premier Keir Starmer, geen beloftes wil doen over het sturen van troepen naar Oekraïne.

‘Iedereen weet, en Washington ook: de komende jaren is een effectieve vredesgarantie na een eventuele wapenstilstand in Oekraïne niet mogelijk zonder de afschrikkingsmogelijkheden van de Amerikanen tegenover Rusland.’

Toezeggingen als die van Starmer zijn volgens Pistorius zinloos en strategisch onverstandig zolang niet duidelijk is hoe een vredesakkoord eruit zou kunnen zien. Of Amerika zich daadwerkelijk uit dit conflict zal terugtrekken, valt bovendien nog te bezien.

‘Ik betwijfel of Amerika de NAVO echt de rug zal willen toekeren’, zegt Dirk Rochtus. ‘Het klopt dat ze er veel geld in pompen, maar het brengt hen, bijvoorbeeld in de vorm van legeraankopen, ook bijzonder veel op.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content