Ex-adviseur van Tony Blair: ‘In alle eerlijkheid, wij hebben niet gelogen over Irak’
‘Tweeten en online petities organiseren is geen activisme, jongens. Je moet handelen en doen, als je dingen wilt veranderen.’ Alastair Campbell, ex-communicatieadviseur van Tony Blair, wil dat jongeren in de politiek gaan.
Het is nog vroeg in de ochtend als Alastair Campbell inbelt vanuit zijn donkere woonkamer ergens in Noord-Londen. De King of Spin, berucht voor de agressieve manier waarop hij eind jaren negentig, begin jaren 2000 vanuit Downing Street 10 de media wist te bespelen en het regeringsbeleid verkocht, staat ons hoogst beminnelijk vanaf zijn bankstel te woord. Het gaat Campbell, 65 inmiddels, dezer dagen voor de wind. De straatvechter van weleer heeft samen met ex-toryminister Rory Stewart twee van de bestbeluisterde politieke en nieuwspodcasts van het Verenigd Koninkrijk: The Rest is Politics en Leading, samen goed voor naar verluidt 16 miljoen downloads per maand. Met hun liveshows trekken Campbell en Stewart uitverkochte zalen. Begin mei verscheen van Campbell But What Can I do? Why Politics Has Gone So Wrong, and How You Can Help Fix It.
‘Het boek ging meteen naar nummer 1 in de non-fictie verkooplijst’, zegt Campbell. ‘Daaraan kun je zien dat mensen, in weerwil van wat je vaak hoort, gefascineerd zijn door politiek. Ze weten gewoon niet hoe ze eraan moeten beginnen.’
Het boek is tegelijk een praktisch handboek voor politiek activisme en een oproep aan vooral jongeren om niet aan de zijlijn te blijven, en politiek actief te worden. Waarom dat vandaag zo nodig is – ‘your country needs you, the world needs you’ – valt af te leiden uit het eerste deel van het boek, waarin Campbell een pikzwart beeld van de staat van de democratie schetst, zeker in het Verenigd Koninkrijk.
Onze regering is een shitshow, een verschrikkelijke soap.
De openingszin van het boek luidt: ‘Ik heb mijn hele leven in de politiek en de media gewerkt en ik heb me over beide nog nooit zo wanhopig gevoeld.’ Vanwaar de wanhoop?
Alastair Campbell: Het heeft te maken met het virus van het populisme dat zich nu al een paar decennia over de wereld verspreidt en een diepgaande impact heeft. Kijk naar de recente beslissing van het Amerikaanse Hooggerechtshof in verband met positieve discriminatie (die verboden wordt in het hoger onderwijs, nvdr). Dat is vandaag dus Amerika, en Donald Trump is daarvan het symbool. Wij hebben de Brexit en Boris Johnson gehad, maar denk ook aan Rusland, Hongarije, Polen, Brazilië… Het resultaat is dat veel mensen zich van de politiek afkeren en het opgeven. Dat is een van de redenen waarom ik dit boek heb geschreven en ermee langs scholen en campussen trek.
U hebt het over drie p’s – polarisatie, populisme en post-truth – die onze democratie zachtjesaan de das omdoen.
Campbell: De Brexit is een product van die drie p’s. Populisten vertellen mensen dat het heel simpel is. Toegepast op de Brexit: er zullen alleen plus- en geen minpunten zijn. Polarisatie is een referendum winnen met een nipte 52 procent, en vervolgens er alles aan doen om leavers en remainers nog meer uit elkaar te drijven. En post-truth? Ik zat laatst in het BBC-programma Question Time, naar aanleiding van de zevende verjaardag van het Brexitreferendum, in een panel met twee pro-Brexitpolitici. De eerste vraag uit het publiek was of de koopkrachtcrisis in het VK iets met de Brexit te maken heeft. Hélemaal niks, was het antwoord. Terwijl de Brexit zo veel kwaad heeft berokkend. Hij heeft ons 4 procent van de economie gekost. Dat is dus post-truth. Of Boris Johnson die zegt dat er geen coronafeestjes waren in Downing Street. Johnson liegt, iedereen weet dat hij liegt, Johnson weet dat iedereen weet dat hij liegt en het kan hem niks schelen. Post-truth is schaamteloos.
U pleit voor een rustiger politiek debat. Maar in het programma Newsnight bent u laatst beginnen te razen tegen een pro-Brexitpolitica en de BBC-presentator, omdat de BBC zulke mensen ongestoord nonsens zou laten vertellen. Het fragment ging nadien viraal op sociale media.
Campbell:(lacht) Daar heb ik mijn zelfbeheersing verloren. Het overkomt me veel minder dan vroeger, maar jammer genoeg gebeurt het nog af en toe.
U blijft ook doordrammen, zoals u het zelf noemt, over de Brexit, maar heeft dat nog zin? Een van uw favoriete adviezen aan jonge mensen in het boek luidt GGOOB: Get Good Out of Bad.
Campbell: Dat moet je ook proberen, maar niet door met leugens vol te houden dat de Brexit een succes is. Het publiek in Question Time bestond volledig uit mensen die in 2016 leave hadden gestemd. Inmiddels vindt 20 à 30 procent van die leave-stemmers de Brexit een vergissing.
Ik kreeg die dag ook een uitnodiging om te spreken in een school, gelegen in een heel arme streek in het zuidoosten van Engeland. Driekwart van de mensen heeft er voor het verlaten van de EU gestemd. Ik zat daar met hun kinderen tussen de 14 en 18 jaar oud. Welnu, 95 procent van de jongeren vindt de Brexit waanzin. Goed, heb ik gezegd, maar wat gaan jullie eraan doen? Ik kan me vergissen, maar ik heb het gevoel dat door mijn bezoek aan die school er toch een paar van die kids politiek actief zullen worden. Dat is onze enige hoop om ooit, in een verre toekomst, de Brexit ongedaan te maken. In afwachting zal een toekomstige Labour-regering de deal met de EU opnieuw moeten bekijken, om de schadelijkste gevolgen te matigen.
De mensen zijn het constante geruzie van politici beu.
U maakt zich zorgen over opkomend fascisme. In het boek zit een conversatie met ex-premier Tony Blair, waarin u het gedrag van Trump tegenover journalisten en rechters vergelijkt met Hitler en Stalin, en Blair die vergelijking ‘belachelijk’ noemt. Overdrijft u inderdaad niet een beetje?
Campbell: Dat denk ik niet. Ik schrijf ook dat Tony na de bestorming van het Capitool zei: hmm, misschien heb je ergens een punt. Als je kijkt naar de dingen die in het verleden in andere landen tot een vorm van fascisme hebben geleid, zie je dat de kiemen daarvan ook bij ons aanwezig zijn. Dat is wat ik zeg. Ik zeg niet dat Boris Johnson een fascist is. Maar onze minister van Binnenlandse Zaken Suella Braverman wil asielzoekers deporteren naar kampen in Rwanda. Dat is de wil van het volk, antwoordt ze op elke vraag die ze daarover krijgt in het parlement. Rechters die haar plan illegaal noemen, zijn de vijand van het volk. Ik citeer ook voormalig Amerikaans minister van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright, wier familie is gevlucht voor het nazisme, en die een ijzingwekkend boek schreef over parallellen tussen de jaren 1930 en wat er in Amerika gaande is.
Tegen die achtergrond roept u jonge mensen op om in de politiek te gaan?
Campbell: Ik ben trots op wat we hebben gedaan met New Labour, maar vandaag zijn ons land en de wereldpolitiek één grote puinhoop. Daarom moet mijn generatie plaats ruimen en moet de jonge generatie het overnemen. Uit gesprekken met twintigers en dertigers heb ik geleerd dat jonge mensen wel een verschil wíllen maken, maar vaak niet weten hoe. Ze voelen zich boos, teleurgesteld en machteloos. Vandaar ook de titel van het boek, want het is een vraag die ik doorlopend krijg: maar wat kan ik doen? Daarom bevat het boek ook veel praktische tips over campagne voeren, leiderschap, strategisch denken, teamgeest, weerstand bieden tegen cynisme, zelfvertrouwen kweken, je boodschap overbrengen enzovoort.
Wat vindt u zo leuk aan Greta Thunberg?
Campbell: Ze is om te beginnen geen vanzelfsprekende campaigner. Ze ziet er wat vreemd uit, heeft psychologische issues, dus er is iets wonderlijks aan de manier waarop ze internationale bekendheid heeft verworven. Hoe ze in haar eentje voor het Zweedse parlement ging postvatten met een protestbord om aandacht te vragen voor het klimaat. (lacht) Haar vrienden vonden het te koud. Zij dacht: de pot op, ik ga toch. Zonder enig idee van wat er nadien allemaal zou gaan gebeuren – hoe kon ze ook – maar wel met het gevoel dat zij als persoon een verschil kon maken. Ze heeft fundamenteel de wijzers verplaatst en is een inspiratiebron als het gaat over activisme. Want tweeten en online petities organiseren, sorry jongens, maar dat is geen activisme. Het belangrijkste deel van het woord activisme is actie. Je moet handelen en doen, en als je dingen wilt veranderen, moet je je inschakelen in het politieke proces.
Maar we stevenen natuurlijk nog steeds af op een klimaatramp.
Campbell: Ik verwijs graag naar een uitspraak van Nelson Mandela: ‘Everything is impossible – until you make it happen.’ Als we allemaal zeggen dat er toch niks aan te doen is, is het afgelopen met ons.
Politiek is een harde omgeving en dat schrikt jonge mensen en zeker jonge vrouwen af. Was dat in uw actieve tijd in de politiek ook zo?
Campbell: Het was altijd erg, maar sociale media hebben het erger gemaakt. Het kan inderdaad heel onaangenaam worden. Ik zit hier in mijn woonkamer, en wij hebben verschillende aanvallen op ons huis meegemaakt. Er zijn in het Verenigd Koninkrijk zelfs twee parlementsleden vermoord, Jo Cox en David Amess. Dat is natuurlijk verschrikkelijk. Maar als ik denk aan mijn eigen situatie: ik heb Downing Street 10 twintig jaar geleden verlaten en ik word nog elke dag op sociale media voor oorlogsmisdadiger uitgemaakt. Toch ben ik gewoon doorgegaan, met schrijven, campaignen, podcasts maken. Als je vandaag met mij een wandeling door Londen zou maken, zou je zien dat ik op straat constant word aangesproken door mensen die zeggen hoe leuk ze de podcast vinden, hoe blij ze zijn met mijn jarenlange inzet voor mentale gezondheid sinds mijn eigen mentale crisis in de jaren tachtig, en met mijn aanhoudende strijd tegen de Brexit. Dus gewoon blijven doen wat je doet en de haters negeren, het kan wel.
U was als spindoctor ook een polariserende figuur. Voormalig premier John Major noemde uw communicatiestrategie in de podcast met Rory Stewart ‘meedogenloos’.
Campbell: Ik hou nog steeds van een stevig meningsverschil, maar we moeten de aard van het politieke debat opnieuw bijsturen. De mensen zijn het constante geruzie en getier van politici beu. In de podcast met Rory Stewart kiezen we voor een andere, beschaafde toon. Ons motto is to disagree agreeably, het aangenaam oneens zijn. Dat is volgens mij ook een van de redenen waarom de podcast zo succesvol is. Twee mensen uit verschillende politieke kampen die in staat zijn te praten over serieuze zaken zonder tegen elkaar te schreeuwen.
Volgens critici bent u mee verantwoordelijk voor het groeiende wantrouwen in de politiek, door de manier waarop u als spindoctor het beleid van Labour aan de man bracht.
Campbell: Die hele spin-kwestie is destijds totaal opgeblazen. Wij hebben in het VK heel rechtse media. Gewezen premier John Major zei in onze podcast ook dat New Labour een heel meegaand medialandschap had, maar dat accepteer ik niet. Het was altijd moeilijk voor ons. We hebben de rechtse media wel, of toch voor enige tijd, aan onze kant gekregen. Maar als wij niet een uiterst professionele, strakke en agressieve communicatieoperatie hadden gerund vanuit Downing Street, had de Britse pers ons gewoon vermoord. En hadden we onze boodschap nooit bij de bevolking gekregen. Bovendien vonden de tory’s gewoon geen manieren om Tony Blair onderuit te halen. Ze probeerden van alles, maar niks sloeg aan. Toen hebben ze wat munitie gevonden in spin. Wij hadden natuurlijk ook wel een totaal nieuwe benadering van communicatie, maar we logen niet.
De Brexit heeft ons 4 procent van onze economie gekost.
En toch wordt u nog steeds vaak een leugenaar genoemd. In 2003 kwamen u en Blair zwaar onder vuur te liggen omdat jullie bewijs van inlichtingendiensten dat Saddam Hussein massavernietigingswapens had, zouden hebben overdreven om samen met de VS Irak te kunnen binnenvallen.
Campbell: Ik begrijp waarom er zelfs twintig jaar later nog steeds vragen over Irak blijven komen. Een land als het VK heeft zich verbonden tot een oorlog, waarin ook Britse soldaten het leven hebben gelaten, niet uitsluitend, maar zeker ook vanwege die dreiging van massavernietigingswapens. Als je na de invasie en het omverwerpen van het regime geen bewijs van die massavernietigingswapens vindt, is dat een enorm probleem. Dus, ik begrijp dat. Maar ik kan dat begrijpen en tegelijkertijd zeggen: in alle eerlijkheid, wij hebben niet gelogen, wij geloofden wat inlichtingendiensten ons lieten zien. Diverse onderzoeksrapporten hebben achteraf ook aangetoond dat ik niet heb gelogen.
Toch trad u af in 2003. In 2005 keerde u terug en won Blair zijn derde verkiezingscampagne, meteen ook de laatste Labour-overwinning tot dusver. Labour ligt nu wel voor in de peilingen voor de volgende verkiezingen over anderhalf jaar.
Campbell: Je mag in de politiek nooit denken dat de buit binnen is. Veel mensen met wie ik spreek, doen alsof de volgende verkiezingen een gewonnen race zijn. Wacht eens even, zeg ik dan, er kan nog heel veel gebeuren. Labour-leider Keir Starmer zal bovendien ook een tandje hoger moeten schakelen.
Wat zou uw advies zijn?
Campbell: Labour moet meer helderheid brengen over wat het wil doen met de economie, het onderwijs, de gezondheidszorg… Campagne voeren vergt energie, maar Labour moet meer aanwezig zijn in het nationale debat. Omdat onze regering een dusdanige shitshow is, domineert ze het landschap. Het is als kijken naar een verschrikkelijke soap. Voor Labour is het daardoor lastig om te worden gehoord.
Gaat u een rol spelen in de campagne?
Campbell: Een formele rol, dat weet ik niet. Maar ik spreek regelmatig met Keir, hij is een vriend, en ik zie en hoor sowieso heel veel politici. (lacht) De data van de podcast zijn trouwens fantastisch. Wij kunnen exact zien waar mensen luisteren. Fascinerend is dat de gemeente in het land met het grootste aandeel luisteraars de regeringswijk Westminster is.
Iets anders: u bent een levenslange fan van FC Burnley en hebt de voetbalclub nog mee van het faillissement gered. Hoe kijkt u naar wat coach Vincent Kompany voor uw club heeft gedaan?
Campbell: Ik heb Kompany geïnterviewd voor Skysports. Hij is slim en heeft présence, wat een belangrijk aspect van leiderschap is. Hij is ook heel direct, weet ik van de spelers, en aanmoedigend. Kompany heeft overduidelijk ontzettend veel geleerd door te spelen voor Pep Guardiola (coach van Manchester City, nvdr). Burnley is een kleine, arme stad van ongeveer 70.000 inwoners. Wij zijn er altijd geraakt door hard en ruig spel. Maar Kompany speelt ook nog eens geweldig voetbal. Bij zijn aankomst in Burnley dacht hij dat het hem drie jaar zou kosten om te promoveren naar de Premier League. Hij heeft het in één jaar gedaan. Dat is ronduit fantastisch. Wij tarten de zwaartekracht, hoor, door mee te draaien aan de top. Overigens ben ik ook een gepassioneerd fan van Jacques Brel. Ik heb een documentaire over hem gemaakt, Brel et moi, voor BBC-radio 4, en daarvoor heb ik in Parijs zijn zus én accordeonist gesproken.
Alastair Campbell
Geboren in Keighley, Yorkshire.
Studeerde moderne talen in Cambridge.
Begon zijn carrière als journalist, onder meer bij de Daily Mirror.
In 1994 stapte hij over naar de Labour Party. Drie jaar later werd hij woordvoerder van premier Tony Blair.
In 2003 kwam hij onder vuur te liggen na de inval van de VS en het VK in Irak. Campbell trad af, maar keerde in 2005 terug als campagneleider bij Labour.
Schreef sindsdien diverse boeken, werkte voor radio en tv en presenteert nu de podcasts The Rest Is Politics en Leading.