Europees Parlement vraagt België om strijd tegen spionage bij EU-instellingen te herzien
Het Europees Parlement vraagt België om het kader waarbinnen het de strijd aanbindt met spionage te herzien. Dat moet de infiltratie van het personeel van de Europese Unie, die heel wat gebouwen in Brussel heeft, beter helpen opsporen, vervolgen en sanctioneren.
België wordt samen met enkele andere landen waar Europese instellingen gevestigd zijn en met de EU zelf genoemd in het eindrapport van de bijzondere commissie buitenlandse inmenging van het EP. Dat rapport is woensdag aangenomen met 552 stemmen voor, 81 stemmen tegen en 60 onthoudingen.
De Europarlementariërs vragen een diepgaand onderzoek naar tekenen van infiltratie van het personeel van EU-instellingen. Ze pleiten ook voor een herziening van de aanwervingsprocedures en van de toegangscontroles voor lokalen en voor vertrouwelijke vergaderingen.
Het rapport bestrijkt evenwel nog meer onderwerpen. De commissie, die in 2020 werd opgericht, zegt dat de Europese publieke opinie en de nationale beleidsmakers ‘een flagrant gebrek aan bewustzijn’ tentoonspreiden wat betreft de dreiging die van autocratische buitenlandse regimes uitgaat – met name Rusland en China.
Kwaadwillige spelers
Dit heeft kwaadwillige spelers de kans gegeven bepaalde kritieke infrastructuur over te nemen, cyberaanvallen uit te voeren, voormalige politici te rekruteren en het publieke debat te polariseren, zegt de voorzitter van de commissie, Europees parlementslid Raphaël Glucksmann (S&D). Hij geeft het voorbeeld van de dochter van Kremlin-woordvoerder Dmitri Peskov, die in 2019 stagiaire was bij een (extreemrechtse) Europarlementariër en zo toegang kreeg tot de commissie Veiligheid en defensie van het parlement. Volgens Glucksmann zijn ook de Europese Commissie en de Raad kwetsbaar voor zulke infiltraties.
De Fransman wijt dat gebrek aan een echte veiligheidscultuur aan het feit dat Europese instellingen in de jaren 70 en 80 tot wasdom gekomen zijn, ‘een periode waarin we ervan overtuigd waren dat we geen vijanden hadden’, zegt hij in een gesprek met Belga. ‘Maar we kunnen natuurlijk niet aan België vragen om in zijn eentje voor deze veiligheid in te staan. Het zijn vooral de Europese instellingen die zelf een veiligheidscultuur moeten ontwikkelen.’
Gerhard Schröder en Yves Leterme
Wat de oud-politici betreft die bij buitenlandse ondernemingen of investeerders actief zijn, noemt het rapport onder anderen de Duitse oud-bondskanselier Gerhard Schröder bij het Russische Gazprom en Belgisch oud-premier Yves Leterme bij het Chinese investeringsfonds ToJoy. In de krant De Standaard reageerde Leterme al dat hij zich ‘niet aangesproken’ voelt door het rapport. ‘Het is niet de eerste keer dat het Europees Parlement een stommiteit verwoordt’, zei hij toen. ‘ToJoy is een privébedrijf, ik ben niet aangesproken door Chinese politici.’
Nu het eindrapport gestemd is, zal de commissie opgevolgd worden door een nieuwe bijzondere commissie die zich over buitenlandse inmenging en desinformatie buigt. Met de Russische invasie in Oekraïne en het verbod op uitzendingen van de Russische media RT en Sputnik in de EU, zal die commissie in een heel andere context moeten werken. Gevraagd of die mediaban geen inbreuk vormt op de persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting, antwoordt Glucksmann dat kanalen van een totalitair regime ‘die onze democratieën aanvallen niet als onafhankelijke media kunnen worden beschouwd’. ‘Dat u denkt dat de aarde plat is, doet er niet toe. Maar als een buitenlandse overheid miljoenen mensen ervan probeert te overtuigen dat de aarde plat is, wordt dat een probleem.’
Sancties tegen desinformatie
De Europarlementsleden willen dat de EU een kader voor sancties tegen desinformatie instelt. Ze roepen de Euroepse Commissie op om een strategie voor te stellen die de EU en haar lidstaten de middelen moet geven om hybride dreigingen en aanvallen van buitenaf af te slaan. ‘We zien wat het effect van kwaadwillige en gecoördineerde desinformatie is’, zegt de Letse Sandra Kalniete, die het eindrapport schreef. ‘Zo willen mensen zich niet laten beschermen met goedgekeurde vaccins, wat tot extra hospitalisaties en vermijdbare overlijdens leidt.’
Andere aanbevelingen in het eindrapport betreffen onder meer transparantie van de algoritmes van online platforms en een versterking van het maatschappelijk middenveld en van onafhankelijke media. Alles kan ook niet los gezien worden van de onderhandelingen over een verordening voor digitale diensten (Digital Services Act, DSA). De Europese Commissie werkt intussen ook aan een nieuw mechanisme om sancties te kunnen treffen tegen wie zich schuldig maakt aan desinformatie.