Vrije Tribune

‘De nieuwe Stalin’: historische vergelijkingen, een nuttig wapen tegen Poetin?

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

Bram De Ridder (KU Leuven en UAntwerpen) en Alexandra Van den Berghe (KU Leuven), onderzoekers toegepaste geschiedenis verbonden aan het historisch adviesproject Corvus, over de zin en onzin van historische analyses rond Vladimir Poetin en de Russische invasie in Oekraïne.

Zowat iedereen gebruikt momenteel het verleden om de oorlog in Oekraïne te begrijpen. Krantenanalyses maken de vergelijking met de Koude Oorlog, duidingsprogramma’s noemen Poetin de nieuwe Stalin, en Twitteraars vergelijken Oekraïne met het ‘Brave Little Belgium’ uit de Eerste Wereldoorlog. Maar zijn we nu echt iets met dergelijke historische interpretaties van een hedendaags conflict?

Dat hangt vooral af van de manier waarop geschiedenis wordt ingezet. In de week voor de invasie was iedereen het er over eens dat Poetin het verleden misbruikt. Van columnisten tot eerste ministers, allemaal stelden ze dat de Russische historische argumenten geen legitieme reden konden zijn om Oekraïne binnen te vallen. Eenzelfde geluid klonk bij specialisten. Gretig bevestigden ze dat Poetins interpretatie van het verleden totaal geen steek houdt en zuiver ten dienste staat van de Russische belangen.

Missie volbracht, dacht iedereen. De corruptie van het verleden was blootgelegd, feitelijke onwaarheden gecorrigeerd en het gevaar van politieke geschiedenislessen duidelijk aangetoond. Maar ondanks de uitgebreide historische kritiek stonden er een paar dagen later gewoon Russische tanks in Oekraïense straten.

‘De nieuwe Stalin’: historische vergelijkingen, een nuttig wapen tegen Poetin?

Het contrast toonde aan dat historische analyses geen eenvoudige bezigheid zijn in de context van moderne informatieoorlogen. En dat is al langer zo.

Na het brexitreferendum merkten pro-Europese Britse historici bijvoorbeeld op dat ze zich enorm hadden laten manipuleren. Hun analyses hadden zich namelijk vooral beperkt tot het ontkrachten van foute historische claims van de brexiteers. Na het referendum beoordeelde één van de betrokken historici die strategie als totaal amateuristisch. Door vast te zitten in de kortetermijnlogica van factchecks hadden de pro-Europese historici de langetermijnboodschap van hun tegenstanders alleen maar versterkt.

Het is inderdaad een standaardformule geworden. Telkens een beleidsmaker een claim ondersteunt met een geschiedkundige redenering, kruipt er ergens wel een historicus in de pen om feitelijke onjuistheden of het gebrek aan nuance aan te kaarten. Maar in tegenstelling tot wat je zou verwachten, zijn vele politici hen daar immens dankbaar voor. Een Vlaams beleidsmaker bevestigde onlangs rechtuit dat telkens er commentaar komt op de vervorming van het verleden, het voordeel van de extra aandacht groter is dan het nadeel van de kritiek.

Poetin trok die logica door tot in het absurde. Goed een week voor de invasie werden historici opgeroepen om te controleren of Rusland gelijk had dat Europese oorlogen zelden op een woensdag starten. Enkele dagen later moesten ze zich buigen over de claim dat Rusland nooit de agressor is geweest in haar lange geschiedenis. En uiteindelijk werd ook de ‘geschiedkundige’ speech van Poetin minutieus uitgespit. Kortom, op het moment dat Poetin tienduizenden troepen in aanvalspositie bracht, spendeerden sommige westerse commentatoren uren aan het invullen van een Russische Internationale Staatsgeschiedenisquiz.

Bovendien regende het aan de andere zijde even potsierlijke maar veel minder bekritiseerde simplismen. De Britse minister van Defensie pochte met de Krimoorlog van 1853-1856 om te bewijzen dat zijn land ’tsaar’ Poetin gemakkelijk aankan. De Amerikaanse ambassade in Kiev tweette een beledigende afbeelding van Moskou als onderontwikkeld middeleeuws gebied.

Tot enkele uren voor de massale inval stelden tv-analisten geruststellend dat zo’n operatie in historisch opzicht ondenkbaar was. Een paar uur nadien legden anderen dan weer uit dat de geschiedenis perfect verklaart waarom Rusland voor geweld koos. En vanzelfsprekend was Poetin de nieuwe Hitler, als rechtstreeks opvolger van voormalig Amerikaans president Donald Trump.

Vele historici foeteren zich een ongeluk bij dergelijke analyses, maar ook zij weten niet altijd goed wat ze met hun kennis aan moeten. Voor de invasie beperkten hun commentaren zich opnieuw veelal tot het feitelijk vaststellen van Poetins manipulaties – andere inzichten bereikten het bredere publiek niet of nauwelijks. Bij momenten werd de onzinnigheid van die factchecks pijnlijk duidelijk, zoals toen een Duitse onderzoeksgroep Poetin beleefd opriep om zich in het vervolg niet meer als een historicus te gedragen als hij een ander land wilde bedreigen.

Na de inval veranderde de aard van de meeste historische analyses gelukkig. Enerzijds waren er de vele stukken die de oorsprong van het conflict historisch kaderden, anderzijds legden historici uit dat we vergelijkingen vooral gebruiken om onszelf gerust te stellen.

Als dit het begin is van een nieuwe Koude Oorlog, weten we namelijk al impliciet dat het geen ‘Warme Oorlog’ wordt. En als Poetin de nieuwe Stalin is, kunnen we rustig wachten op zijn dood. Historici benadrukken daarom dat vaak dat vertrouwen op historische vergelijkingen misleidend of zelfs ronduit gevaarlijk is.

Historische vergelijkingen kunnen alleen maar dienen als oriëntatiepunt en niet als wegwijzer.

Maar hoewel voorzichtigheid geboden is, kan je jezelf toch leren om de vele analogieën beter in te schatten. Maak bijvoorbeeld een onderscheid tussen vergelijkingen die alleen iets leren over het verleden en vergelijkingen die ook iets beweren over vandaag of morgen.

Er is uiteraard nooit wat mis met wat extra historische kennis, maar kennis is nog geen analyse. Het kan bijvoorbeeld interessant zijn om de gelijkenissen tussen het Oekraïense verzet tegen Poetin en het Finse verzet tegen Stalin op te merken, maar zonder verdere interpretatie is dat niet meer dan een leuk historisch weetje.

Blijf daarnaast niet hangen bij grijsgedraaide vergelijkingen – brexit was de jaren 1930, Trump was de jaren 1930, covid-19 was de jaren 1930 en nu is de oorlog in Oekraïne de jaren 1930. Ga in plaats daarvan actief op zoek naar minder bekende historische vergelijkingspunten. Analisten verwezen tot hiertoe bijvoorbeeld nauwelijks naar de Holodomor, de mislukte Oekraïense graanoogsten van 1932-1933 (ironisch genoeg onderdeel van diezelfde jaren 1930). Die historische vergelijking had echter extra aandacht kunnen vestigen op de mogelijke gevolgen van een door oorlog verstoorde oogst, zoals de stijgende graanprijzen nu lijken te bewijzen.

Ten derde is het cruciaal om de verschillen tussen een historische en een hedendaagse situatie te bespreken. Analogieën worden nagenoeg altijd geselecteerd op basis van (vermeende) gelijkenissen tussen vroeger en nu. Maar hun echte waarde komt pas bovendrijven als je ook de verschillen bespreekt. Ja, Poetin heeft wel wat weg van een negentiende-eeuwse Russische tsaar. Maar in welke mate moesten die tsaren rekening houden met een geglobaliseerde economie? Hadden ze kernwapens? Had hun bevolking toegang tot het internet? Dergelijke verschillen maken de analogie niet minder waard, integendeel: ze verduidelijken net dat de toekomst zich kan en zal onderscheiden van het verleden.

Tenslotte kunnen historische vergelijkingen alleen maar dienen als oriëntatiepunt en niet als wegwijzer. Geschiedenis kan nooit met zekerheid zeggen welke richting een crisis zal uitgaan: er blijven altijd verschillende mogelijkheden open en sommige gebeurtenissen kunnen onbedoelde effecten genereren. Geschiedenis zegt met andere woorden wat er kan gebeuren, maar niet wat er zal gebeuren. En nog veel minder leert het verleden wat er moet gebeuren.

Wie beweert dat Poetin de nieuwe Stalin is, claimt daarmee impliciet of expliciet dat hij op een gelijkaardige manier bestreden moet worden. Maar dat is een drogreden: geschiedenis verplicht ons tot niets, ook niet tot het al dan niet opwerpen van een nieuw IJzeren Gordijn. Want als Poetins gebruik van het verleden iets heeft geleerd, dan is het dat geschiedenis al te gemakkelijk kan dienen als moreel excuus voor onze eigen keuzes.

Bram De Ridder (KU Leuven en UAntwerpen) en Alexandra Van den Berghe (KU Leuven) zijn onderzoekers toegepaste geschiedenis verbonden aan het historisch adviesproject Corvus.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content