Dirk Rochtus

‘De hoogdagen van de Duitse Groenen zijn voorbij’

Dirk Rochtus Doceert Internationale Politiek en Duitse Geschiedenis aan KU Leuven/Campus Antwerpen.

Dirk Rochtus staat stil bij de resultaten van de Europese verkiezingen in Duitsland, en de gevolgen voor de regeringscoalitie van bondskanselier Olaf Scholz.

Dat de Europese verkiezingen een test voor zijn regering vormden, had de Franse president Emmanuel Macron maar al te goed begrepen. Het barslechte resultaat van zijn partij noopte hem ertoe nog zondagavond de Assemblée te ontbinden en op te roepen tot nieuwe nationale verkiezingen. De Duitse bondskanselier Olaf Scholz echter denkt er niet aan het parlement de ‘Vertrauensfrage’, de ‘vertrouwenskwestie’, voor te leggen. Hij zou er anders wel alle redenen toe kunnen hebben, want de partijen van zijn ‘verkeerslichtcoalitie’ lijden een bittere nederlaag.

Zijn eigen partij, de sociaaldemocratische SPD, komt met 13,9 % (een verlies van 1,9%) op de derde plaats, na de christendemocraten (CDU/CSU) en de rechts-radicale Alternative für Deutschland (AfD). De groenen van Bündnis90/Die Grünen maken nog een diepere val, van 20,5% in 2019, naar 11,9% nu. De liberale FDP blijft rond de 5% zweven.

Opmerkelijk is dat de jonge kiezers (van onder de 25 jaar) zich massaal afkeren van de Groenen. De groene thema’s bekoren maar 11% van hen, tegenover nog 34% bij de vorige Europese verkiezingen. De CDU/CSU behaalt bij dezelfde leeftijdscategorie 17%, de AfD 16%. Bij de hele bevolking scoren deze partijen met respectievelijk 30% (+1,1%) en 15,9% (+4,9%).

De ‘Ampel’ (verkeerslichtcoalitie) is sinds 8 december 2021 aan de macht. Op die tweeënhalf jaar tijd heeft ze talrijke beleidsmaatregelen genomen die het gezicht van Duitsland zowel economisch, politiek als maatschappelijk hebben veranderd. De Bondsregering beëindigde de looptijd van de atoomcentrales, verplichtte de installatie van warmtepompen bij nieuwbouw, liet talloze windturbines plaatsen, spendeerde vele miljarden aan steun voor Oekraïne, versoepelde de regels voor geslachtsverandering en bouwde geen remmen in op migratie, om maar enkele van die maatregelen te noemen.

De ‘stemtest’ die de Europese verkiezingen vormen, toont aan dat de meerderheid van de kiezers de recepten van de verkeerslichtcoalitie op het vlak van klimaat, energie en veiligheid niet lust.

Vele ondervinden het transformatieproces, dat een dominant groene stempel draagt, als een ‘Kulturkampf’, een soort culturele strijd om een woord uit de tijd van Bismarck, de eerste rijkskanselier, te bezigen. De talrijke ‘Demos gegen rechts’ (‘demonstraties tegen rechts’) in de eerste helft van het jaar moesten de verdediging van de democratie kracht bijzetten, maar de organisatoren ervan maakten de kapitale fout centrumrechts over eenzelfde kam te scheren als radicaal-rechts. Mensen die zich niet kunnen vinden in het werk van de Bondsregering, en in het bijzonder de ideologisch aangestuurde politiek van de Grünen, weken uit naar de oppositiepartijen. De christendemocraten slaagden er onder leiding van Friedrich Merz zelfs in de magische kaap van 30% te ronden.

De liberale FDP blijft als enige centrumrechtse partij ietwat verweesd achter binnen een rood-groen gedomineerde Bondsregering, maar hoe lang nog? Verschillende sociaaldemocraten trekken uit de nederlaag van de SPD de lering dat de partij weer meer moet doen voor de gewone mensen, dus meer moet investeren in bijvoorbeeld de zorg en het onderwijs. Meer geld uitgeven voorspelt echter zware begrotingsonderhandelingen met de FDP die vasthoudt aan een besparingskoers en aan de schuldenrem. Dat er door interne spanningen een voortijdig einde zou komen aan de ‘Ampel’, zou zelfs niet ongewoon zijn voor regeringen onder een SPD-kanselier, denk maar aan Willy Brandt, Helmut Schmidt en Gerhard Schröder die hun (weliswaar tweede) termijn niet uitdeden.

De verkiezingsuitslag legt ook de kloof tussen West- en Oost-Duitsland bloot. In de vijf Oost-Duitse deelstaten tezamen haalt de AfD gemiddeld 30%. Dat belooft voor de verkiezingen die in september in drie ervan plaatsvinden.

Opmerkelijk is verder nog de score van 6% die het Bündnis Sahra Wagenknecht (BSW) behaalt. De naamgever van deze partij is begin van het jaar uit de links-radicale Die Linke gestapt. Met haar antikapitalistische en antimigratie-standpunten staat ze eigenlijk in de oude Duitse traditie van ‘linke Leute von rechts’ (‘linkse mensen van rechts’). In haar thuisbasis Oost-Duitsland sleept Wagenknecht zoveel stemmen in de wacht, gemiddeld 14%, dat de latere regeringsvorming in de drie deelstaten zonder het BSW onmogelijk zal blijken te zijn.

Om de verkiezingsuitslag bondig samen te vatten: Duitsland volgt de algemene ‘ruk naar rechts’ die zich in Europa aan het voltrekken is, de Grünen verliezen aan betoveringskracht en de sociaaldemocraten worden -als ze niet oppassen- meegesleurd in die hun val.

Dirk Rochtus doceert Duitse geschiedenis en internationale politiek aan KU Leuven/Campus Antwerpen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content