3 redenen waarom Polen van heel de EU het strafste tegen Rusland is gekant
Een volledige boycot van Russische olie. Gevechtsvliegtuigen schenken aan Oekraïne. Een door de NAVO bewaakte no fly-zone. Wanneer het aankomt op Rusland straffen voor zijn agressie tegen Oekraïne, staan de Poolse buren het hardst te roepen. Hysterisch of terecht?
Het leek een gouden idee. Polen zou zijn dertigtal MIG 29’s aan de Verenigde Staten overdragen (op de basis van Ramstein in Duitsland) die ze op hun beurt aan Oekraïne zou schenken. In ruil zou de Poolse luchtmacht van de Amerikaanse collega’s F16-vliegtuigen krijgen. Op de MIG’s dan even de Poolse roodwitte vlag overschilderen met het geelblauwe vaandel van Oekraïne en klaar is kees. Maar uiteindelijk bleken de Amerikanen te bang: een geprikkelde Poetin betekent een risico op een algemene (kern)oorlog.
De mislukte vliegtuigruil is één voorbeeld van de betonnen solidariteit die Polen tegenover het lijdende buurland betoont. Opvallend is bijvoorbeeld ook dat de Poolse diplomatie niet het voorbeeld volgt van de westerse landen die en masse hun ambassade in Kiev sloten en hun diplomatieke personeel naar de westelijk gelegen en veiliger gewaande stad Lviv overplaatsten. Polen houdt de ambassade in Kiev open en de ambassadeur pleit er openlijk maar tevergeefs voor het afkondigen van een door de NAVO bewaakte no fly-zone boven Oekraïne, een echo van de hartenkreet van de Oekraïense president Volodymyr Zelensky.
Er wordt steeds meer naar Polen geluisterd. Omdat Polen ervaring heeft met de Russische beer. Veel ervaring.
In de talrijke gesprekken met buitenlandse bezoekers aan Warschau nemen premier Mateusz Morawiecki en president Andrzej Duda steeds stevige standpunten in. Tijdens multilaterale topontmoetingen is dat niet anders. Zo pleitte Morawiecki tijdens de afgelopen Europese top in Versailles voor een Europees embargo tegen Russische olie. Maar vooral Duitsland ligt dwars en zonder Berlijn zetten de Europeanen niet zo’n grote stap.
De Poolse bewindslui herhalen keer op keer dat Oekraïne zo snel mogelijk lid van de Europese Unie mag worden. Ook hier waagt de EU zich niet aan een concrete belofte noch een timing.
Vliegtuigruil, no fly-zone, uitzicht op EU-lidmaatschap voor Kiev, olieboycot: allemaal stuiten ze op een Europees njet. Het radicale Polen haalt voorlopig geen slagen thuis in de grote dossiers.
Maar er wordt wel steeds meer naar Polen geluisterd. Omdat Polen ervaring heeft met de Russische beer. Veel ervaring. Bijzonder naargeestige ervaring, ook. Hieronder drie redenen waarom Polen in heel de EU het hardst van leer trekt tegen Poetin en de zijnen.
1. Rusland is een gewelddadige buurman (en heult desnoods mee met de ideologische tegenstander)
De openingsscène van de film ‘Katyn’ van de beroemde regisseur Andrzej Wajda vat de ellendige situatie van Polen aan het begin van de Tweede Wereldoorlog perfect samen. Op een brug drummen vluchtelingen die vanuit het westen van Polen naar het oosten vluchten: ‘Ren voor je leven! De nazi’s rukken op!’. Maar op diezelfde brug duwen en trekken ook vluchtelingen die van het oosten naar het westen willen: deze mensen zijn op de loop voor het Rode Leger.
Hitler viel Polen binnen op 1 september 1939, Stalin deed hetzelfde op 17 september. De twee bloeddorstige dictators verdelen Polen via het Molotov-Ribbentroppact. Samen brengen ze meer dan zes miljoen Polen om. Dat is een verlies van 16,6 procent van de Poolse bevolking, het hoogste procentuele sterftecijfer van alle landen die bij de Tweede Wereldoorlog betrokken waren.
Terwijl Hitler vooral (maar lang niet uitsluitend) de Polen van Joodse origine massaal vermoordt, morst Stalin met de levens van niet-Joodse Polen. Nabij Katyn worden meer dan 20.000 Poolse officieren en intellectuelen met een nekschot vermoord. Meer dan twee miljoen Polen worden op transport gezet naar Siberië of Kazachstan waar ze terechtkomen in een wereld van ontbering, ziekte, slavernij en mishandeling. Na de Tweede Wereldoorlog wordt de leiding van het heldhaftige, gigantische Poolse verzet van het AK (Armia Krajowa) naar Moskou gebracht en na een schijnproces tegen deze ‘bourgeois’ ter dood veroordeeld. Het zijn slechts drie voorbeelden uit een schijnbaar eindeloze Russische gruwellijst.
Na de Tweede Wereldoorlog verdween een groot stuk van oostelijk Polen in de landhongerige mond van Stalin. Families werden uiteengerukt en lange culturele banden verbroken toen Moskou die oostelijke landsdelen in de Sovjet-Republieken Oekraïne en Wit-Rusland opsloot. In ruil kreeg Polen westelijke gebieden die voorheen Duits waren: denk aan een stad zoals Wroclaw die onder zijn Duitse naam Breslau de tweede stad was van Hitlers Reich.
Niet alleen in de twintigste eeuw toonde Rusland zich als de gewelddadige buurman die niemand wil. Ook in het tijdperk 1795 tot 1918 was er van de staat Polen geen spaander heel. De buurlanden Rusland, Pruisen en Oostenrijk-Hongarije, hadden Polen onder hun drieën verdeeld. In de nieuw verworven Russische gebieden was de hand van de bezetter het strengste. De tsaren ondernamen pogingen om de Poolse taal naar de geschiedenis te verwijzen, probeerden om via het onderwijs jongeren tot Rus te maken en onderdrukten met bruut geweld nationalistische opstanden. Dat de staat Polen na 123 jaar van politieke winterslaap als een feniks uit zijn as herrees, is een politiek wonder.
2. Polen wil een bevriend Oekraïne als buffer tegen Rusland (en Rusland wil hetzelfde maar dan tegen Polen)
In 1920 gebeurde nog zo’n politiek wonder. Althans, de Polen noemen het zo: cud nad Wisla, het wonder aan de rivier Wisla. Het Rode Leger van de pasgeboren Sovjet-Unie wou de communistische heilstaat gaan verspreiden naar het westen toe. Duitsland, Frankrijk en België zouden ‘bevrijd worden van kapitalisten en bourgeois’. Alleen moest daarvoor even de tussenstop Polen worden genomen.
Het ging faliekant mis. Het kleine maar gemotiveerde Poolse leger onder leiding van de briljante strateeg Jozef Pilsudski hakte tussen 13 en 25 augustus het gigantische Rode Leger in de pan bij de Wisla-rivier. Door dat militaire wonder kon de opmars van het communisme richting West-Europa worden gestopt.
Een jonge Franse officier die in Warschau was gestationeerd en tuk was op de lekkernijen van banketbakker Blikle, beschreef de slag in enthousiaste stijl: ‘Ja, het is een overwinning, een volledige overwinning, een triomfantelijke overwinning. Van de Russische legers die Warschau bedreigden, zal er niet veel terugkeren. Ondanks de snelheid waarmee ze ontsnapten, achtervolgden de Polen hen en vielen ze van achteren aan.’ Die officier was minder dan Charles De Gaulle.
Overtuigd van het agressieve karakter van het Rode Leger, wou het Poolse staatshoofd Pilsudski niks anders dan een buffer van welwillende staten grenzend aan Polen. Met name Litouwen, Wit-Rusland en Oekraïne waren prioritaire bevriende naties. Maar het mocht ook ambitieuzer: de Poolse buitenlandse politiek droomt al langer van een anti-Russische buffer van Finland in het noorden via Centraal-Europa tot en met de Balkan. Inderdaad: exact hetzelfde van wat destijds Sovjet-Rusland wou en nu wat Poetin wil.
Voor de Russische dictator is het herstel van het tsaristische Rusland een belangrijke drijfveer. Delen van Oekraïne, Georgië en Moldavië liggen vandaag al (terug) in de Russische invloedssfeer, in Kazachstan bemoeien de Russen zich met interne politiek en Wit-Rusland is de facto een vazalstaat. Zo bekeken is de inzet van elke partij armworstelen in deze uitgebreide regio een strijd om invloed voor ofwel Europa, ofwel Rusland.
3. Polen is een voorbeeld voor Oekraïne (en Rusland wil dat niet)
‘Een bloeiende economie, democratie, moderne infrastructuur, prima onderwijs, een bijna onbestaande corruptie’, het zijn meningen die Oekraïners om de haverklap belijden tijdens interviews over het bewonderde buurland Polen. Om en bij de 1,5 à 2 miljoen Oekraïners hebben niet op de oorlog gewacht om naar Polen te emigreren. Oorspronkelijk werkten ze in verborgen jobs zoals afwasser, tuinman of -vrouw, bouwvakker. Maar sinds enkele jaren zie je de Oekraïners ook opduiken in publieke jobs zoals receptionist(e), barbier, tattoozetter. Zo lyrisch als de Oekraïners vaak over Polen praten, zulk een identiek geluid kon men enkele jaren geleden horen tijdens interviews met Polen die in Duitsland leefden en werkten.
Zowat 45 jaar lang kreunde Polen onder het communisme met hoofdzetel in Moskou. De bevrijding begon met de acties van de legendarische vrije vakbond Solidariteit vanaf 1980. Er kwamen betogingen, stakingen, bezoeken van de Poolse paus Johannes-Paulus 2, oppositieleiders zoals Lech Walesa, communistische mopjes zoals: ‘Wij doen alsof we werken en het regime doet alsof het ons betaalt’.
Tien jaar later zou het communisme vallen. Polen werd een democratie en een vrijemarkteconomie. Ook andere satellietstaten van Moskou zochten een eigen weg, de een al succesvoller dan de ander. Oekraïne was in 1990 volgens cijfers van de Wereldbank goed voor een BNP van 81 miljard USD. Vandaag is dat 150 miljard USD, amper meer dan twee keer zoveel als in 1990.
Polen van zijn kant had in 1990 een bruto nationaal product van 65 miljard Amerikaanse dollar. Vandaag is dat zowat tien keer zoveel. En Polen blijft doorstomen: de nationale bank schat de groei voor dit kwartaal op 7,3 procent. De voorbije jaren klokte die groei steevast af op ongeveer 5 procent.
Ondergetekende zag in zijn verslaggeving de voorbije 22 jaar de Polen slechts enkele keren verenigd.
Polen en Rusland dromen van een diametraal tegenovergestelde buurland. Poetin ziet voor Oekraïne niet veel meer dan een rol als een slaafse vazalstaat met een economie die nauw aanleunt bij de Russische. Warschau daarentegen wil dat het buurland naar Pools model een westers gerichte, stabiele democratie en vrije markt wordt.
Het zijn dromen die door het overgrote deel van de Polen worden gedeeld. Als de Oekraïense oorlog één politieke verrassing in Polen bewerkstelligt, dan is het wel de (tijdelijke) verdampen van het extreem gepolariseerde discours met aan de ene kant de regerende nationalisten van ‘Recht en Rechtvaardigheid’ en aan de andere kant de liberaal-linkse oppositie van ‘Burgerplatform’ en ‘Lewica’.
Ondergetekende zag in zijn verslaggeving de voorbije 22 jaar de Polen slechts enkele keren verenigd: op 1 mei 2004 in de vreugde wegens de toetreding tot de Europese Unie, op 2 april 2005 in de rouw bij de dood van de Poolse paus Karol Wojtyla en vandaag, in de solidariteit met buurland Oekraïne.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier