Yousra Benfquih
‘Een waarschuwing voor de gekleurde voetbalheld’
Mensenrechtenjuriste, onderzoekster en schrijfster Yousra Benfquih over onze ‘gekleurde voetbalhelden’: ‘Met precies dezelfde intensiteit waarmee hij gevierd wordt bij winst, wordt hij genadeloos geveld als hij teleurstelt.’
Er bestaat geen twijfel over: de WK-wedstrijd van afgelopen maandag tegen Japan was er één voor de geschiedenisboeken. De internationale pers was ronduit lyrisch over de historische comeback die de Rode Duivels in Rostov uit de mouw schudden en strooide gul met superlatieven. Omdat het noodlot vooral werd afgewend door invallers en helden des vaderslands Marouane Fellaini en Nacer Chadli (hoezo, Hazard man van de match?), deden ook talrijke grapjes op Facebook en Twitter de ronde.
Een waarschuwing voor de gekleurde voetbalheld.
Een greep uit het aanbod: ‘Zo gaat het en zo zal het altijd gaan: de Marokkanen hebben het gedaan.’ ‘Proficiat Marokko, excuseer: proficiat België!’ Ik lach. Terwijl Batshuayi in een filmpje zijn Marokkaanse makkers dankt voor de redding – ‘woullah, shokran a drarie’ – wapperen op Instagram en in de Antwerpse straten allerhande gepimpte versies van de tricolore: op de rode strook is de Marokkaanse ster keurig aangebracht. De gefusioneerde vlag staat symbool voor wat inmiddels een nationale leuze lijkt: tous ensemble. Eendracht maakt macht. Ik lach.
Toch verraden enkele van die geintjes en grollen een ietwat cynische ondertoon. ‘Aan alle Marokkanen met een Vlaamse vriendin: het is nu de moment om de schoonouders te ontmoeten’, wordt gedold terwijl ik elders lees dat alle Belgen met Marokkaanse roots die een lening willen aangaan en een huis of een job zoeken zich moeten haasten. Want, zo klinkt het: ‘als we vrijdag verliezen, kan je zo weer geweigerd worden’. Ik lach. Maar niet voor lang.
Want in het hart van elke grap klopt een kleine waarheid. En dus kan ik niet anders dan me zorgen maken over de euforie waarmee onze Marokkaanse helden nu ontvangen worden. Terwijl Marouane en Nacer staan te pronken op hun voetstuk, had ik hen graag gewaarschuwd: het heldendom kent een donkere schaduw.
Denk aan de Zweedse international Jimmy Durmaz. Nadat de middenvelder met Assyrische roots in de wedstrijd tegen die Mannschaft een onfortuinlijke fout maakte die zijn land de overwinning koste, werden hij en zijn gezin overladen met racistische bedreigingen en uitlatingen. ‘Een vuile immigrant’, dat was hij, ‘een zelfmoordterrorist’.
Zowel op als naast het veld is de nationale held slechts een zucht verwijderd van de nationale zondebok en zijn racistische tirades nooit ver weg.
Net daar schuilt het gevaar voor de gekleurde voetbalheld: met precies dezelfde intensiteit waarmee hij gevierd wordt bij winst, wordt hij genadeloos geveld als hij teleurstelt. Op heldendom alleen kan je daarom niet bouwen, daarvoor is het te broos. Ja, l’union fait la force. Maar enkel als die unie geënt is op iets minder voorbijgaand dan de heldendaad zelf. Overigens is het maar de vraag wat als heldendaad kan doorgaan. Waarom is een Malinese jongeman die – toegegeven, met ongeziene Spiderman skills – een kind van een dodelijke balkonval redde heroïsch en zijn de talloze andere oorlogsvluchtelingen dat niet?
Zo is – zowel op als naast het veld – de nationale held slechts een zucht verwijderd van de nationale zondebok en zijn racistische tirades nooit ver weg. En dus, beste Marouane en Nacer: straks staan we tegenover Brazilië. Vijfvoudig titelverdediger. Een vervelende Neymar. Ik wil de druk niet nog verhogen, maar zet toch maar jullie beste beentje voor, drarie. Want er hangt helaas nog te veel vanaf.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier