‘De typische Britse dubbele boterham heeft zijn beste tijd gehad’, schrijft Lia Van Bekhoven vanuit Londen.
Één van de onvoorziene gevolgen van covid is dat de Britten, behalve hun reputatie voor kalmte en bekwaamheid, ook nog hun sandwich kwijt raken. Volgens The Times van vorige week is het einde van de belegde boterham nabij. Miljoenen thuiswerkers maken sinds maart zelf hun lunch klaar. In plaats van uit te wijken naar een kant en klare sandwich met garnalen-en-mayonaise van Marks & Spencer, worden de restjes opgewarmd van het avondeten van gisteren. Of er wordt er op het aanrecht een salade met hummus in elkaar geflanst.
Een derde van de Britten tussen de 16 – 44 is sinds de lockdown opgehouden sandwiches te eten. Waarmee, gelooft ook supermarktketen Sainsbury, de dubbele afhaalboterham zijn langste tijd gehad heeft.
Één van de onvoorziene gevolgen van covid is dat de typisch Britse sandwich aan het verdwijnen is.
De eenvoudige sandwich heeft een imposante status in het VK. Zijn ontstaansgeschiedenis is een mengeling van Monty Python en Game of Thrones. De sandwich heeft zijn leven te danken aan de 18de eeuwse John Montagu. De vierde graaf van Sandwich zat niet stil. Montagu was een bereisde, onhandige man met een goeie kennis van de Turkse taal en een neiging porselein uit zijn handen te laten vallen. Hij financierde de ontdekkingsreizen van James Cook naar Australië en Hawaii (voorheen de Sandwich Eilanden). Hij was groot admiraal van de marine, (volgens de meeste berichten een slechte), baanbreker voor de popularisering van vroege muziek, vooral Händel, getrouwd met een vrouw die krankzinnig verklaard werd en daarna samenlevend met een zeventienjarige, talentvolle zangeres die hem vijf kinderen baarde en in 1779 werd doodgeschoten door een jaloerse kapitein Hackman.
Oh, én hij was een verwoed gokker. Eenmaal bezig te verliezen in de herensociëteit kon hij maar moeilijk van de kaarten weglopen, zelfs niet om naar de wc te gaan. Halverwege een doordeweekse middag in 1762 zou hij zijn butler gevraagd hebben om eten naar de pokertafel te brengen: ‘Leg maar wat rundvlees tussen twee stukken geroosterd brood’. Zo werd de sandwich geboren.
Een jaar of vijftien geleden interviewde ik John Montagu, de huidige, elfde graaf van Sandwich. Hij prefereert een heldhaftiger versie van zijn voorvaders uitvinding. In de overlevering van de familie was de graaf zo druk op het slagveld tegen de Fransen dat er geen tijd was de troepen te voeden. Zijn oplossing was: ‘Geef ze twee stukken brood met een stuk gekookt rundvlees ertussen’.
Montagu en zijn zoon Orlando hadden toen net de historische, culinaire connectie met de broodmaaltijd verzilverd. Er was een contract getekend met Planet Hollywood voor de oprichting van een keten aristocratische sandwich bars in de VS. Vader en zoon hadden een heilig vertrouwen in visbeleg, herinner ik me. En vader John een bijna religieuze overtuiging dat sandwiches in driehoeken gesneden diende worden en uit de vuist gegeten, ‘met een papieren servetje omdat je nooit weet welke kant het opgaat’. Ik geloof dat er in heel Amerika een stuk of dertig Earl of Sandwich zaken het leven zagen. De enige broodjeszaak van de familie in Engeland zou na een paar jaar sluiten. Orlando, chronisch belangenbehartiger van de Engelse lunch hap, zou in die tijd nog wel eens in de Londense City gesignaleerd worden, doende ‘eenvoudige, warme en koude’ belegde boterhammen te bezorgen. Het familiewapen en logo van de zaak op de zijkant van de bakfiets geschilderd.
In 2018 werd er in het VK ruim een half miljard euro uitgegeven aan srb, sandwiches, rolls (broodjes) en baguettes. Volgens de British Sandwich Asssociation (ja, echt) kauwen de Britten zich ieder jaar een weg door 80 miljoen belegde meeneemboterhammen, gemiddelde etensduur: 3 minuten en 30 seconden.
De sandwich is de motor van de Britse kant-en-klaar-voedselindustrie. Nergens in Europa worden meer belegde boterhammen verkocht en nergens ligt de kwaliteit hoger. Britse sandwichmakers worden ingehuurd in het midden-oosten en Rusland om te adviseren over type brood, smeersels en verpakking. De gekochte boterham, functioneel en snel, heeft ons bevrijd, schreef Bee Wilson, de voedselschrijver eens. ‘De sandwich bevrijdde ons van de vork, de eettafel, de vaste etenstijd. Eigenlijk bevrijdde de sandwich ons van de samenleving’.
De dalende trend in verpakte sandwiches is niet alleen te wijten aan covid. De richting van de dubbele boterham is al vijf jaar neerwaarts. De sandwich heeft terrein prijsgegeven aan sushi en salades. Maar net zoals de berichten over de dood van Mark Twain, lijken voorspellingen van het overlijden van de sandwich overdreven.
De broodindustrie geeft zich niet zonder slag of stoot gewonnen. Ze vecht terug. Met meer en beter. Vergeet wit fabrieksbrood, de Britten leggen hun tikka massala en schijfjes avocado met zuid en citroensap tussen zuurdesembrood of volkoren met een dikke korst. The Guardian noemde deze week als de beste sandwich vullingen gegrilde makreel, halloumi en abrikozenjam, gegrilde rode biet met wortel, gekruide noten en geklopte feta kaas. Een boterham belegd met Indiaas straatvoedsel viel net naast de rand. De voedselketen Gregg’s zweert bij gebarbecuede kipvulling met Koreaanse saus.
Als je niet beter wist zou je denken dat de dubbele boterham zich, zoals zoveel traditioneel Engels voedsel, geruisloos aangepast heeft aan de vroeg 21ste eeuw. De moderne sandwich is gezonder, vegetarischer, internationaler. Ze is modern en divers. Stijgende welvaart en creatieve geesten hebben het boven de ham-en-kaas combi uitgetild. En dan lees je dat na al die moeite en creativiteit die betere mensen in de industrie stopten, ’s lands favoriete vulling anno 2020 nog steeds bacon is. Met ei-met-mayonaise een goeie tweede. De sandwich met chips bezet de 21ste plaats. Soms denk je dat er niks in dit land wezenlijk verandert.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier