Rudi Rotthier vanuit de VS
Dure advocaten, maffiavrienden en een tv-show: hoe een miljardairszoon onbestraft kon doden
Robert Durst (71) is, tenzij schijn bedriegt, niet bijzonder gewiekst of gesofistikeerd. En toch ontsnapte hij 35 jaar lang aan een veroordeling voor moorden die hij in één geval zelfs bekende. Een monoloog in het toilet, opgenomen door tv, kan hem nu de das omdoen. Maar heeft de documentairemaker die een serie over hem maakte met levens gespeeld?
Elke zaterdag brengt Rudi Rotthier, onze correspondent in Canada en de VS, u met een boeiend achtergrondverhaal een unieke inkijk in de stad of streek waar hij op dat moment resideert.
Zelfs zijn arrestatie, vorige zaterdag, in een hotelkamer in New Orleans, een dag voor HBO zijn toiletbekentenis uitzond (“Ze allemaal gedood, uiteraard”), was fascinerend. De politie vond behalve een verboden wapen en zo’n 100 gram marihuana ook een vals paspoort en 40.000 dollar cash, die Robert Durst in kleine hoeveelheden had verdeeld en in briefomslagen gestopt. Maar de meest opmerkelijke vondst was een latex gezichtsmasker – de politie gaf geen details maar men denkt aan het soort masker dat Tom Cruise in Mission Impossible gebruikte om zich te vermommen. Volgens de politie stond Durst op het punt om naar Cuba te vluchten. Het geld wou hij vooruitsturen naar toekomstige adressen.
De onderzoekers schatten zijn fortuin op 100 miljoen dollar (92,5 miljoen euro). Sinds oktober had hij grote sommen geld van verschillende rekeningen gehaald. Maar liefst 35 keer haalde hij in die periode 9.000 dollar af (ruim 8.300 euro).
Dat kon hij zich veroorloven. Durst, geboren in april 1943, is de oudste zoon van vastgoedbaron Seymour Durst. Zijn vader, die aan de gevolgen van een beroerte overleed in 1995, bezat en beheerde tien tot vijftien torengebouwen in Manhattan, New York. Hij was bij leven een van de rijkste mensen in New York, en de uitvinder van de schuldklok – een klok die aangeeft hoe groot de overheidsschuld van de VS is.
Toen Robert zeven was, viel of sprong zijn moeder naar haar dood, van het dak van het echtelijk huis. Robert was erbij, verklaarde hijzelf, wat wordt tegengesproken door zijn iets jongere broer, Douglas (70).
Robert terroriseerde volgens Douglas de andere kinderen. Hij sloeg Douglas een keer in het ziekenhuis. Maar op dat moment gingen er nog geen alarmsignalen af. Als kind van een miljardair kon hij gewoon in de zaak beginnen, en werd hij de ongekroonde opvolger van vader Seymour.
Zeven honden, genaamd Igor
Hij trouwde met een jongere vrouw, Kathie McCormack, die onder de indruk was van de weelde, het uitgaansleven, de drugs. Ze gooiden zich in het nachtleven, maar na enkele jaren was ze dat beu en begon ze voor arts te studeren. Dat ze zich onafhankelijker ging opstellen, beviel hem maar matig, hun relatie bekoelde en Robert werd gewelddadig. Toen ze tijdens een feestje niet snel genoeg opstond om te vertrekken, sleurde hij haar aan haar haar naar buiten, getuigde een vriend. Rond die tijd begon, volgens broer Douglas, zijn Igorfase. Rond 1980 kocht Robert zich een na een zeven huskies (of juister: Alaskan Malamutes). Het eerdere dier verdween spoorloos na 6 maanden of zo werd vervangen door het volgende. Hij noemde ze, de oude zowel als de nieuwe, Igor. Hij begon ‘Igor’ ook als een werkwoord te gebruiken. Zo bedreigde hij zijn broer ooit met: “Ik zal Douglas Igor-en”.
“Terugblikkend geloof ik nu dat hij zich met die honden oefende om zijn vrouw te doden en haar lijk te dumpen”, aldus Douglas onlangs in een gesprek met The New York Times.
Kathie begon zich grote zorgen over haar echtgenoot te maken, en vertelde daarover. “Als me iets overkomt, zorg er dan voor dat hij zijn straf niet ontloopt”, zei ze aan een vriendin.
In 1982 verdween ze spoorloos, na een telefoontje naar de faculteit waarin ze meldde dat ze ziek was en niet naar de les zou komen. Dat telefoontje was verdacht want welke universiteitsstudent belt om een afwezigheid in een gewone les te melden? Na enige tijd meldde Robert haar verdwijning. Hij werd verdacht maar niet beschuldigd, omdat er geen lijk was en in principe geen misdrijf.
‘Groot nieuws’
In die periode had hij veelvuldig contact met zijn “beste vriendin” Susan Berman, een journalist en de dochter van een maffiabaas. Een van de theorieën is dat zij, of haar maffia-omgeving, heeft geholpen om het lijk van de echtgenote, dat trouwens tot vandaag niet is teruggevonden, te dumpen. Ook werd wel eens gesuggereerd dat zij het verdachte telefoontje naar de universiteit heeft gepleegd.
De familie Durst bleef doen alsof er niets aan de hand was, weigerde te helpen bij het onderzoek. Robert bleef de gedoodverfde opvolger van zijn vader. Maar zijn gedrag werd excentrieker en nadat hij in 1994 bij zijn oom in een bloempot had geürineerd, besliste vader Seymour dat de jongere Douglas toch een betere opvolger zou zijn. Robert bleef wel zijn jaarsalaris van 3 miljoen dollar behouden, maar de verhouding tussen de broers werd nog slechter, en Douglas begon te vrezen dat hij “ge-Igord” zou worden. Douglas liet een straatverbod tegen Robert uitschrijven.
Op 24 december 2000 werd Susan Berman vermoord, in haar huis in Los Angeles, Californië. Dat gebeurde executiestijl, met een kogel door het hoofd. Ze had op het moment van haar overlijden afspraken met zowel de politie van New York als The New York Times om over Durst te praten. Berman verkeerde in geldnood, Durst had haar grote sommen geld gestuurd, maar vrienden verklaarden dat de verhouding tussen de twee slecht geworden was. Berman had aan vrienden gezegd dat er “groot nieuws” zou komen.
Durst was op het moment van haar overlijden met een huurauto op reis in Californië. Hij ontkende echter dat hij in Los Angeles was geweest, en de politie vond geen bewijs van het tegendeel. Opnieuw werd hij niet in beschuldiging gesteld.
Halve clochard
Voor de veiligheid dook hij toch onder, hij ging onder de naam van een klasgenootje, vermomd als doodstomme vrouw, in Galveston, Texas, wonen, in een goedkoop appartement waarvoor hij maandelijks 300 dollar (275 euro) huur betaalde.
De vermomming was lamentabel, niemand in Galveston dacht dat hij echt een vrouw was, maar tegelijk had men geen idee wie hij dan wel kon zijn. Tot hij zijn bejaarde buurman Morris Black doodschoot, in stukken sneed en in zee dumpte. In oktober 2001 viste een kind delen van Black op uit het water. Durst had blijkbaar de stromingen verkeerd ingeschat – in de baai van Galveston klotst alles terug aan land. De politie vond ongeveer alle onderdelen van Black terug behalve diens hoofd. In de plastic tassen met de lichaamsdelen zaten aankoopbonnetjes die naar Black terugvoerden en zat ook de herinnering dat Durst (onder eigen naam) een bril bij de opticien moest gaan halen.
Toen hij die bril afhaalde, werd hij gearresteerd. De politiemensen, afgaande op zijn goedkope pruik en zijn elementair appartement, dachten dat ze met een halve clochard te maken hadden. De rechter stelde een, dacht hij, onbetaalbare borg in van 300.000 dollar, die Durst meteen liet betalen. Hij verdween, nam de identiteitspapieren van Black mee, scheerde zich kaal om meer op Black te gelijken, en leek van de aardbol te zijn verdwenen. Tot hij anderhalve maand later in een supermarkt in Pennsylvania nogal knullig werd betrapt op winkeldiefstal. Hij had pleisters meegenomen (en er al een gekleefd), een krant en een broodje (kippensla op pompernikkel), en hoewel hij 500 dollar op zak had, en 38.000 dollar in zijn auto, had hij niet betaald voor wat hem volgens een bron 7 dollar zou gekost hebben. Hij koketteerde er tegenover de veiligheidsagent van de supermarkt zelfs mee hoeveel geld hij had. Hij overhandigde de identiteitspapieren van Black, wat nog geen argwaan opwekte. Maar vervolgens gaf hij per abuis zijn eigen nummer voor sociale zekerheid door. Zo ontdekte men zijn ware identiteit en werd hij opnieuw gearresteerd.
De mensen die tandenknarsend hadden ondergaan hoe Durst twee keer niet werd aangeklaagd, slaakten een zucht van verlichting. Nu zou hij toch veroordeeld worden. Durst had het appartement van Black zodanig gepoetst dat er niets meer te vinden was, zelfs geen vingerafdrukken van Black, maar zijn eigen appartement vertoonde volop tekenen van bloed en chaos. Meer: Durst gaf toe dat hij zijn buur had gedood en in stukken gesneden om het lijk te doen verdwijnen.
Hij was intussen opnieuw getrouwd met een vrouw met wie hij niet samenleefde maar die samen met hem investeringen deed in vastgoed. Zij adviseerde hem om in elk geval geen ontoerekeningsvatbaarheid te pleiten, want dan zou hij niet langer meester blijven over zijn zakelijke transacties en over zijn fortuin.
En zo ging het. Durst betaalde 2 miljoen dollar voor het best mogelijke verdedigingsteam en hij werd vrijgesproken, zonder dat hij ontoerekeningsvatbaar verklaard werd. Het hoofd werd niet teruggevonden, en men had dus geen doodsoorzaak. Er was ook geen duidelijk motief (er waren vermoedens dat Black, zoals Berman, met de maffia gelieerd was, maar dat werd niet bewezen). De aanklager dacht dat de zaak, ook zonder het hoofd, klip en klaar zou zijn voor de jury. Maar dat was zonder de verdediging gerekend.
Die stelde Durst voor als een weliswaar excentrieke man, met een lichte vorm van Asperger, maar verder best sympathiek. De verdediging hamerde op dat sympathieke, ze had het voortdurend over “mijn vriend Bob”, zijn advocaten sloegen hun arm om hem heen, ze lieten hem voorzichtige grapjes maken. Op vraag van de procureur of hij bewust zijn wenkbrauwen had verwijderd (om op Black te lijken) volgde als antwoord: “Je wenkbrauwen scheer je niet per ongeluk”. Tegelijk werd Black als een duivel opgevoerd, een buur die door iedereen werd gehaat. En zo werden de rollen langzaam omgekeerd. Durst getuigde dat hij op die fatale dag een dreigende Black in zijn kamer had gevonden (waarom hij dreigde wist hij zelf ook niet, volgens zijn getuigenis). Hij probeerde het wapen van Black af te nemen, ze vielen, en zonder dat hij het zo bedoelde, ging een schot af dat Black raakte. Toen Black dood bleek, raakte hij in paniek (want hij was al zo vaak beschuldigd) en had hij inderdaad het lijk met een zaag in stukken gesneden en in zee gegooid.
De jury delibereerde heel lang maar vond uiteindelijk dat er redelijke twijfel kon bestaan over wie de agressor was geweest. Toen Durst vrijgesproken werd van moord, leek niemand meer verbaasd dan hij. Hij moest wel voor jaren de gevangenis in omdat hij geknoeid had met bewijsmateriaal en met een lichaam, omdat hij drugs en wapens in zijn bezit had en omdat hij zijn borgregeling had geschonden.
Sinds 2006 was hij terug op vrije voeten, wat hij vierde – denkt de rechter in zijn zaak, maar forensisch onderzoek leidde niet tot bewijzen- door het hoofd van een kat voor haar deur te deponeren. In datzelfde jaar ontving hij van zijn familie 65 miljoen dollar – waarmee de scheiding tussen de familiezaak (die intussen aan de Freedom Tower bouwde, het gebouw dat in de plaats komt van de Twin Towers) en Robert werd beslecht.
PETA angry with Robert Durst for reportedly beheading cat: http://t.co/FrvknzdAsZ pic.twitter.com/epnHpYLmDH
— Newsweek (@Newsweek) March 20, 2015
Als dit alles aan een film doet denken: het is ook een film, en een slechte. De film All Good Things, met Ryan Gosling in de rol van Durst, werd in 2010 uitgebracht. De kritiek en de toeschouwers waren niet enthousiast maar Durst zelf vond het interessant genoeg om de regisseur te contacteren, Andrew Jarecki, meer bekend als documentairemaker dan als regisseur van langspeelfilms.
Durst, die altijd alle verzoeken tot interviews had afgewezen, toonde zich tegen het advies van zijn advocaten in bereid om door Jarecki geïnterviewd te worden. Dat interview werd de vertrekbasis van de zesdelige documentaire Jinx (Vloek), die HBO uitzond. Jarecki, die altijd vurig overtuigd was van de schuld van Durst, zocht ook een follow-up interview. Opnieuw tegen het advies van zijn advocaten in, en nu na lang aarzelen, ging Durst op het verzoek in. Tijdens dat laatste interview, dat in april 2012 werd opgenomen, confronteerde Jarecki hem met nieuw bewijsmateriaal. De brief waarmee de politie was verwittigd dat Berman was vermoord (een omslag met daarop haar adres, en binnenin één woord: “Kadaver”), was volgens een grafoloog geschreven in het handschrift van Durst. Het vertoonde ook een spelfout die Durst steevast maakte (Beverley Hills in plaats van Beverly Hills). Jarecki had een brief gevonden die Durst in 1999 naar Berman had gestuurd, en het adres was in identiek handschrift als het briefje aan de politie.
De politie van Los Angeles had altijd al vermoedens dat de waarschuwingsbrief van Durst afkomstig kon zijn, maar dat was niet al te grondig uitgezocht en men vond onvoldoende vergelijkend materiaal van de hand van Durst . De brief die Jarecki opspoorde lag nochtans gewoon in het huis van Berman, maar de politie had blijkbaar niet goed opgelet.
De confrontatie met zijn handschrift was duidelijk een beproeving voor Durst. Hij knipperde met de ogen, vond geen afdoend antwoord, liet een onnatuurlijke boer ontsnappen, liep, terwijl hij zijn microfoon nog om had, naar het toilet waar hij, niet voor het eerst, een monoloog hield, of met zichzelf in discussie ging. Dat was al eerder door de microfoon geregistreerd.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
De woordenstroom die op gang kwam, verwees wellicht naar een discussie met zijn advocaat, die hem had afgeraden het interview toe te zeggen. “Daar is het. Ze hebben je te pakken. Je hebt gelijk, natuurlijk. Maar je kunt je niet inbeelden. Arresteer hem. Ik weet niet wat er in het huis is. Oh, ik wil dit. Wat een ramp. Hij had gelijk. Ik was fout. En het boeren… Ik heb het moeilijk met de vraag. Wat heb ik gedaan? Ze allemaal gedood, uiteraard.”
Met dat laatste zinnetje kwam er een knallend eind aan de zesdelige serie. Durst was een dag eerder gearresteerd.
De documentairemaker had een heleboel interviews toegezegd voor maandag. Hij had gedacht dat hij aan een triomftocht zou beginnen, hij had per slot van rekening gedaan wat drie procureurs en politiekorpsen niet hadden gekund. Want dat was wel het patroon. Politie en procureurs waren slordig of lui of overbevraagd. Ze onderschatten de oppositie, of ze waren juist geïntimideerd door de dure advocaten. Ze waren tekortgeschoten.
Het werd geen triomftocht voor Jarecki. Na twee vroege interviews zegde hij alle verdere afspraken af. Hij verslikte zich in de tijdlijn van de documentaire. Dat zo’n serie vaag is over de chronologie en herschikt voor dramatisch effect is misschien onvermijdelijk, maar wanneer precies had Jarecki de informatie over het handschrift, wanneer had men ontdekt wat Durst in het toilet had gezegd? Wanneer had hij de politie op de hoogte gesteld? Waarom werd Durst pas een dag voor de uitzending gearresteerd? Had de documentairemaker willens en wetens een gevaarlijk man drie jaar vrij laten rondlopen omdat het voor zijn documentaire beter uitkwam ? (sinds zondag wordt onderzocht of minstens 3 oude zaken niet heropend moeten worden omdat Durst de dader zou kunnen zijn) In de twee interviews die hij gaf, verklaarde hij dat het klankfragment op toilet ruim twee jaar na de opnames was ontdekt, in juli of augustus 2014. Maar de brief had hij zeker in april 2012.
Dat zinnetje in het toilet is trouwens niet zo definitief als het kan lijken. Misschien verwoordde Durst wat hij dacht dat de mening van Jarecki was. Misschien had hij net drie mieren doodgetrapt. “Killed them all, of course””.
Maar los van dat en van de vraag of zo’n bekentenis in een rechtbank kan gebruikt worden: wat was hier de rol van de journalist of documentairemaker? Jinx maakt uitgebreid gebruik van reconstructies. De documentaire toont Durst ook als een charismatische figuur, wekt zelfs sympathie voor hem op. Moet/mag een moordonderzoek voor een breed publiek gevoerd worden als een soort reality-show (hoe gretig en gebiologeerd dat publiek ook kijkt)? Wat is hierbij de verhouding tussen entertainment, journalistiek en gerechtigheid? Wat moest sneuvelen voor een dramatische opbouw?
Voor Rebecca Mead van The New Yorker staat het buiten kijf: “Elke kijker die niet te dom of te zelfgenoegzaam is, weet dat wat we gedaan hebben moreel onverdedigbaar was”. Lang niet iedereen denkt er zo over, de familieleden van Kathie McCormack en Susan Berman vinden dat de tv hen een klein beetje gerechtigheid heeft geboden. Al kan de nasmaak alleen maar bitter zijn: geld bleek sterker dan justitie.
Tijdens een eerdere passage in de documentaire had Durst, terwijl de interviewer even weg was, antwoorden zitten inoefenen. Ze zouden het over zijn getuigenis in Galveston hebben. “Ik heb niet bewust, bedoeld gelogen”, probeerde Durst eerst. Dat werd vervolgens: “Ik heb niet bewust, bedoeld, intentioneel gelogen”. In een derde versie breidde hij het uit tot: “Ik heb nooit intentioneel, doelbewust gelogen. Ik maakte fouten”. En na een pauze ging hij, alsof hij tot inkeer kwam, verder: “Ik vertelde niet de hele waarheid. Niemand vertelt de hele waarheid”.
Door Rudi Rotthier vanuit Hamtramck, VS
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier