De voorbije dertig jaar hadden de Verenigde Staten en hun bondgenoten bijna ongehinderde toegang tot de wateren rond de Euraziatische landmassa. Daardoor kon de Amerikaanse vloot een enorme slagkracht tentoonspreiden – weinig intimideerde hardleerse landen meer dan een van zijn vliegdekschepen aan de horizon. Maar die vloot wordt almaar kwetsbaarder. Van haar traditionele verpletterende overwicht is geen sprake meer. De machtsbalans wordt in evenwicht gebracht. De vraag rijst zelfs of de continentale rivalen niet stilaan de bovenhand zullen krijgen.
We moeten hier onze voorkeur voor de ene of de andere partij even in het midden laten. Het punt is: net zoals de machtsconcentratie bij Amerika de voorbije decennia soms leidde tot arrogantie, zal meer militaire slagkracht hetzelfde effect hebben bij China en Rusland. En dan zal Europa geprangd zitten tussen een maritieme grootmacht in het defensief en continentale reuzen in het offensief. Zo’n geopolitiek dilemma eindigt doorgaans niet fraai.
Het probleem voor de Amerikanen begint bij geld. Washington wil een vloot van 355 schepen. Of dat doel ooit wordt gehaald, blijft twijfelachtig. Het aantal Amerikaanse onderzeeboten, bijvoorbeeld, zal de komende jaren zelfs afnemen. De VS staan opnieuw voor een groot geopolitiek steekspel, maar met 280 schepen minder dan tijdens de Koude Oorlog en pakweg de helft minder onderzeeboten. Er is dus van alles te weinig terwijl – en dat schreven recent ook de nieuwe nationale veiligheidsadviseur Jake Sullivan en Aziëtsaar Kurt Campbell – China nu al een formidabele uitdager is, zeker in combinatie met de Russen.
Moskou en Peking pakken het doeltreffend aan. De voorbije jaren brachten ze satellieten in een baan rond de aarde die met camera’s, radars en andere sensoren in beeld brengen waar de Amerikaanse schepen zich bevinden. Krachtige radars op het land, op schepen en op maritieme patrouillevliegtuigen vullen het plaatje aan. Zelfs de nucleaire aanvalsonderzeeboten worden nu tot in Guam in de gaten gehouden door moderne sonarnetwerken. Verstoppertje spelen in de oceanen wordt lastig voor de Amerikaanse marine.
En dan zijn er de raketten. In 2019 lanceerde China vanaf zware vrachtwagens in het diepe binnenland twee DF-26-raketten op een bewegend doel in de Zuid-Chinese Zee. Het was tegelijk een oefening en een duidelijk signaal aan Washington: ‘We blazen jullie vliegdekschepen zo het water uit.’ Hoe het allemaal zou werken in een oorlogssituatie, is niet duidelijk, maar dat China die DF-26’s nu in een razende vaart bouwt, wekt de indruk dat het er vertrouwen in heeft. Op een gegeven moment stonden er veertien nieuw afgewerkte lanceerinrichtingen te blinken aan de fabriek in een buitenwijk van Peking. Rusland zal volgen.
De Chinezen en de Russen werken ook aan wat je nog het best kunt vergelijken met een hightechversie van de Atlantikwall, de verdedigingslinie die de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog langs de Europese westkust bouwden. De Bastion, bijvoorbeeld, staat intimiderend op de kust van de Krim, Kaliningrad en het Arctische noorden van Rusland: de raketten op die truck kunnen schepen honderden kilometers ver treffen. China heeft soortgelijke installaties op eilanden in de ZuidChinese Zee.
Voor de kust liggen ook nog eens honderden kleine raketschepen. Ze worden aangestuurd door de krachtige radars op het land of op grotere schepen, en zijn bedoeld om als een zwerm muskieten de schepen van rivalen te belagen. Als je de Chinese T-022’s, de T-056’s en de Russische Buyans optelt, kom je al snel aan een totaal van 870 lanceerinrichtingen voor antischipraketten. Die grote aantallen vormen een enorm probleem. Ieder klein schip moet in de gaten gehouden worden. Ieder schip dat aan het zicht ontsnapt, vormt een bedreiging. Het aantal raketten vergt gigantische hoeveelheden afweerraketten op Amerikaanse schepen. Iedere plek die op een schip naar een afweerraket gaat, kan niet meer worden ingenomen door een landaanvalsraket.
De vraag rijst of Rusland en China niet stilaan de bovenhand krijgen op de Amerikaanse marine.
En dat is nog maar het begin. De Russen en de Chinezen zijn een maritieme verdedigingsgordel aan het bouwen waarbinnen ze in de toekomst ongeremd hun belangen kunnen doordrukken. Denk aan Taiwan of de Noordelijke IJszee. Unilateralisme vanaf de zee zal plaatsmaken voor unilateralisme vanaf het continent. Critici van de VS mogen dat niet erg vinden, maar nogmaals: Europa ligt in de schaduw van dat machtsspel. Veel omringende zeeën worden nu al een no-gozone als president Vladimir Poetin zijn raketten op scherp stelt, en steeds meer andere landen kopen het Russische of Chinese tuig aan.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier