Wies Willems
‘De strijd van natuurbeschermers is er één voor de hele mensheid’
Wies Willems is beleidsmedewerker natuurlijke rijkdommen bij Broederlijk Delen. ‘Nooit eerder sneuvelden zoveel milieuactivisten voor onze grondstoffen. De internationale gemeenschap mag haar verantwoordelijkheid niet ontlopen’, schrijft hij.
2016 was het dodelijkste jaar ooit voor milieu- en landrechtenactivisten. Dat bleek vorige week uit een nieuw rapport van de Britse ngo Global Witness. Minstens 200 natuurbeschermers, verspreid over 24 landen, werd het voorbije jaar het zwijgen opgelegd. Verzet tegen mijnbouw, olieontginning, houtkap, stuwdammen en agro-business is gevaarlijker dan ooit.
Het toenemende geweld is een rechtstreeks gevolg van de steeds bitsere strijd om land en grondstoffen. Achter de moorden schuilt een complex web van politieke en economische belangen. Bedrijven, zichzelf verrijkende politici, het leger, paramilitairen: allen spelen ze hun rol. In talloze gevallen komt de ware toedracht nooit aan het licht. Zelden worden de daders berecht.
De moorden zijn bovendien maar het topje van de ijsberg. Minder zichtbaar, maar enorm slopend en schadelijk voor het werk van activisten, zijn de voortdurende intimidatie, stigmatisering en vervolging.
Recht op raadpleging genegeerd
Het meest dramatisch is de situatie in Latijns-Amerika, waar vorig jaar 60 procent van alle door Global Witness geregistreerde slachtoffers vielen (hoofdzakelijk Brazilië, Colombia, Nicaragua en Honduras). Inheemsen en boeren verzetten zich al jaren op een vreedzame manier tegen de criminalisering, het brutale geweld en de straffeloosheid die gepaard gaat met de rush naar natuurlijke rijkdommen. Zij vragen inspraak in beslissingen over het ontwikkelingsmodel van hun landen.
De strijd van natuurbeschermers is er één voor de hele mensheid
Wies Willems, beleidsmedewerker natuurlijke rijkdommen bij Broederlijk Delen
Deze bevolkingsgroepen hebben het internationale mensenrechtenkader aan hun kant. Zo stelt Conventie 169 van de Internationale Arbeidsorganisatie dat inheemse gemeenschappen steeds het recht hebben op vrije, voorafgaande en geïnformeerde raadpleging over projecten die een impact hebben op hun landgebruik en hun leefwijze.
Maar de naleving van dergelijke afspraken laat systematisch te wensen over. Volgens de gegevens van Global Witness ging het in bijna 40 procent van alle moordgevallen om leiders van inheemse gemeenschappen.
Meer dan binnenlandse maffia’s
Wanneer we als ngo’s over concrete verhalen van geweld tegen natuurbeschermers in gesprek gaan met Belgische en Europese beleidsmakers, krijgen we weleens de reactie dat de verantwoordelijkheid toch vooral ligt bij ‘binnenlandse maffia’s’ en ‘corrupte staten’, waar vanuit Brussel weinig tegen te beginnen is.
Uiteraard moeten overheden in Latijns-Amerika, Afrika en Azië in eerste instantie hun eigen bevolking beter beschermen: door corruptie en straffeloosheid te bestrijden, landtitels te verzekeren, en de lokale bevolking op een ernstige manier te raadplegen. Ze hebben ook de plicht om effectieve beschermingsmechanismen te voorzien voor activisten.
Maar ook de internationale gemeenschap draagt een niet te ontkennen verantwoordelijkheid. Ten eerste gaat het hier uiteraard om land en grondstoffen (mineralen, soja, hout, palmolie) voor de globale markt – en dus voor onze consumptie. Het internationale handels- en investeringsbeleid, dat onze overheden mee vormgeven, maakt het bovendien mogelijk dat ook Europese bedrijven de aardbol kunnen afschuimen op zoek naar de goedkoopste grondstoffen. ‘Onze’ banken financieren trouwens enkele van de grootste en meest controversiële mijnbouwmultinationals, zoals een rapport van 11.11.11, Broederlijk Delen en FairFin dit jaar nog aantoonde.
Onmisbaar voor klimaat en vrede
Het is dan ook hoog tijd dat beleidsmakers, bedrijven en investeerders in België en Europa hun ogen openen voor deze vergeten oorlog. België en de EU kunnen zich bijvoorbeeld sterker uitspreken over geweld tegen activisten, beschermingsprogramma’s financieel steunen en werk maken van bindende wetgeving voor de privésector op het vlak van mensenrechten.
Op hun beurt hebben bedrijven en investeerders, zoals internationale richtlijnen voorschrijven, de verantwoordelijkheid om nauwgezet de hele keten van hun activiteiten te checken op mensenrechtenrisico’s. Financiering aan projecten die aantoonbaar de mensenrechten schenden, moet stoppen.
De uiteindelijke inzet van de strijd van natuurbeschermers is het voortbestaan van onze menselijke beschaving op deze ene planeet. Zonder de nodige bescherming voor landrechten- en milieuactivisten zullen we nooit de klimaatdoelstellingen halen, en zal vrede in post-conflictlanden zoals Colombia een verre droom blijven. Zij verdienen dan ook alle mogelijke internationale solidariteit en steun.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier