Hubert Van Humbeeck
‘De relatie tussen Turkije en het Westen heeft steeds meer weg van een ongelukkig huwelijk’
De Turkse president Erdogan knoopt de banden met de NAVO losser. Tegelijk kan hij ook niet zonder.
Het is eind dit jaar precies een eeuw geleden dat Mustafa Kemal Atatürk de grondslag legde van het moderne Turkije. Recep Tayyip Erdogan hoopt die verjaardag te vieren als president van het land, dat hij weer de allure van een grootmacht wil geven. Hij leidt Turkije sinds 2003, eerst als premier en vanaf 2014 als president. Hij deed dat eerst ook met succes, maar de voorbije jaren raakte Turkije economisch op de sukkel. Zeker na de mislukte staatsgreep in 2016 bouwde Erdogan aan een sterk autocratisch, presidentieel regime. Hij werd internationaal ook een lastige bondgenoot.
Om die verjaardag als president te kunnen vieren, moet hij in mei eerst de verkiezingen winnen. Zes oppositiepartijen sloten zich bij elkaar aan en peilingen leren dat ze Erdogan kunnen verslaan. Die voert daarom al enige tijd campagne. Er wordt veel overheidsgeld uitgetrokken om minimumlonen en ambtenarensalarissen te verhogen en om kleine ondernemingen te ondersteunen. Tegelijk moeten oppositiekandidaten zich voor het gerecht verweren tegen klachten, die hen uit de race dreigen te halen. Politiek gemotiveerde processen zijn in Turkije geen uitzondering.
Het Turkse verzet tegen de uitbreiding van de NAVO met Zweden en Finland past in dat verhaal. Volgens Erdogan beschermt Zweden Koerdische terroristen en toen een extreemrechtse populist tijdens een manifestatie een exemplaar van de Koran verbrandde, zag hij daarin een gebrek aan respect van Zweden voor Turkije en voor de islam. Het geeft de gewiekste Erdogan een wit voetje bij religieuze en nationalistische kiezers. Het past ook in zijn dubbele houding tegenover Rusland. Hij volgt de Europese sancties tegen Moskou niet en dat legt zijn land geen windeieren. Tegelijk bezorgt hij Oekraïne wel zijn beruchte drones, waarmee hij Rusland op het slagveld pijn doet.
Turkije gaat zo een eigen weg. In 2008 volgde het bijna altijd het Europese buitenlandse beleid. Vorig jaar was dat nog in minder dan 10 procent van de beslissingen het geval. Turkije kan rekenen op bescherming van de NAVO (en de Amerikaanse wapens), maar het weet ook dat die NAVO moeilijk zonder het sterke Turkse leger kan. Erdogan schurkt vandaag graag tegen Rusland, China en Iran aan, maar hij vergeet ook niet dat Turkije nog altijd vooral met Europa handel drijft. De relatie tussen Turkije en het Westen heeft zo steeds meer weg van een ongelukkig huwelijk. Bijzonder gelukkig is dat sowieso nooit geweest.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier