De Britse premier David Cameron heeft donderdagavond toegegeven dat hij en zijn echtgenote Samantha aandelen hebben gehad van Blairmore Investment Trust, het offshore investeringsfonds van zijn vader Ian. Het bestaan van dat fonds kwam aan het licht door de onthullingen in de Panama Papers. Cameron deed het nieuws eerst af als een “privézaak”.
Ian Cameron richtte Blairmore Holdings mee op in 1980 en was er directeur tot aan zijn dood in 2010. In het kader van de Panama Papers schreef de Britse krant The Guardian maandag dat het fonds er 30 jaar lang in slaagde geen cent aan belastingen op zijn winst te betalen in het Verenigd Koninkrijk. De oppositie vroeg om een onderzoek, maar premier Cameron gaf geen krimp. Tot nu. In een interview op ITV geeft hij donderdagavond toe dat hij en zijn vrouw Samantha tussen 1997 en 2010 in het bezit waren van 5.000 aandelen van Blairmore. Ze betaalden 12.500 Britse pond voor hun belang en verkochten het voor 31.500 pond (ongeveer 25.000 euro). De verkoop gebeurde in januari 2010, vier maanden voor Cameron aantrad als eerste minister. “Ik heb belastingen betaald op de dividenden die ik ontving”, zei Cameron tijdens het interview. “De winst was op de normale manier onderhevig aan alle Britse belastingen.” “Ik wil zo duidelijk mogelijk zijn over het verleden, het heden en de toekomst omdat ik eerlijk gezegd niets te verbergen heb”, aldus nog Cameron. In 2010 deed hij al zijn belangen van de hand. “Ik heb geen enkel belang in een bedrijf, een investeringsfonds of wat dan ook.” (Belga/NSK)
