Montasser AlDe'emeh
Dagboek bij de Belgische Syriëstrijders: ‘Belgen staan in Syrië recht tegenover elkaar’
‘De meeste Belgische strijders vechten bij de Islamitische Staat. Toch zijn er Belgen die hun banden met al-Qaeda willen behouden.’ De vierde aflevering van het dagboek van Montasser AlDe’emeh bij de Belgische Syriëstrijders.
Jihad-expert Montasser AlDe’emeh (KUL & UA) trok in de voetsporen van de Belgische Syriëstrijders naar het front. Hij spreekt er met jonge jihadi’s en hun leiders. Exclusief voor Knack.be houdt hij hierover een dagboek bij. Lees zijn vorige bijdragen.
Ik zit met een aantal Belgische strijders voor een hoofdkwartier van het an-Nusra Front in Aleppo. ‘Hoe kunnen we Assad aanpakken? Hoe kunnen we ons concentreren op de strijd? De Islamitische Staat (IS) valt ons aan in Deir az-Zor. Wat moeten we doen?’ vraagt een Belgische strijder met een mengeling van frustratie en woede zich af.
De strijder is zichtbaar teleurgesteld met de gang van zaken.
De strijders van het aan al-Qaeda gelieerde an-Nusra Front volgen grote jihad-ideologen als Ayman al-Zawahiri, Abu Muhammad al-Maqdisi en Abu Qatada Al-Filistini. Zij vinden dat de aanpak van de Islamitische Staat bloeddorstig is. In tegenstelling tot de Islamitische Staat werkt het an-Nusra Front wel samen met andere Syrische rebellengroepen.
De Islamitische Staat heeft zich uit de bevelstructuur van al-Qaeda losgerukt. Abu Muhammad al-‘Adnani, de woordvoerder van de Islamitische Staat riep het kalifaat uit. Abu Bakr al-Baghdadi, de leider van de organisatie werd de nieuwe kalief. Hij eist dat de andere rebellengroepen hem gehoorzamen. Wie de eed van trouw niet zweert, wordt bestreden.
Belgen
De Islamitische Staat heeft grote delen van Oost-Syrie en Irak veroverd. De meeste Belgische strijders vechten bij de Islamitische Staat. Toch zijn er Belgen die hun banden met al-Qaeda willen behouden. Ze blijven bij het an-Nusra Front vechten en weigeren het kalifaat van de Islamitische Staat te erkennen. ‘De IS-strijders behoren tot een deviante groep’, aldus een Vlaamse strijder.
Zolang de strijd tussen de Islamitische Staat en het an-Nusra Front voortduurt, staan Belgen in Syrië recht tegenover elkaar. ‘Het an-Nusra Front wil het kalifaat ook herstellen en de shariawetgeving implementeren, maar eerst moet Assad gestopt worden. De Islamitische Staat heeft andere prioriteiten, maar wij willen eerst het onrecht bestrijden’, aldus een Belgische strijder.
Belgische strijders bij de Islamitische Staat vinden dat het an-Nusra Front samenwerkt met ‘afvallige’ moslims. ‘Het an-Nusra Front werkt samen met rebellen die door het Westen gesteund worden. Hoe wil je dat wij hen serieus nemen?’ zei een Antwerpse IS-strijder in Raqqa onlangs.
De emir
Als een donderslag bij heldere hemel, komt een zwaar gepantserde voertuig de hoek om stuiven. De wagen stopt aan het trottoir. Twee gewapende mannen geven met een gebaar te kennen dat ik dichterbij moet komen. ‘Schiet op, stap in de auto’, zegt de chauffeur. ‘Waarom?’ vraag ik hem. ‘Je wou toch met onze emir spreken? Hij wacht op jou. Kom met ons mee naar zijn kantoor’, zegt de man heel rustig.
Ik maak haast en spring in de auto. De chauffeur rijdt met grote snelheid weg, alsof hij door iemand achtervolgd wordt. De gewapende strijder naast de chauffeur beveelt me om een blinddoek te dragen. De strijder begint me te blinddoeken. Ik blijf kalm en glimlach, omdat ik weet dat ik met één van de leiders van al-Qaeda in Syrië zal spreken. Ik kan het met hem over de Belgische strijders hebben.
Ongeveer een kwartier later komen we aan. Twee gewapende mannen pakken mijn armen vast. Ik moet snel stappen. We lopen de trappen op en plots moet ik blijven staan. Een man neemt mijn notitieboekjes af en fouilleert me. Buiten barst een enorm bombardement los. Met mijn linkerarm zoek ik de muur. Ik tracht me op die manier te beschermen. ‘Blijf hier! Niet bewegen’, roept de man. Ik blijf rustig staan.
Vrouwen
Ongeveer vijf minuten later komen twee mannen en nemen me mee. ‘Zet je hier neer’, zegt een man. Ik zet me neer en doe de blinddoek uit. Ik zit in een donkere kamer. Twee gemaskerde mannen met Kalashnikovs zitten voor de deur. Een van de mannen geeft me mijn notitieboekjes terug. ‘Niemand weet waar ik ben. Wat zal er nu gebeuren?’ vraag ik me af.
‘Wanneer komt de emir’, vraag ik een van de bewakers. ‘Maak je geen zorgen’, antwoordt hij rustig. Er zijn ondertussen enkele uren verstreken. De emir van het an-Nusra Front is nog altijd niet aangekomen. Ik word ongeduldig en besluit om de bewakers te interviewen.
‘Mag ik jullie een paar vragen stellen?’ vraag ik. ‘Natuurlijk, maar ben jij een strijder? Bij welke militie vecht jij?’ vraagt een van de mannen. ‘Ik kom de emir een paar vragen stellen’, antwoord ik.
‘Komen jullie uit Aleppo?’ vraag ik. ‘Neen, we komen uit Hama’, antwoorden ze. ‘Ik wou jullie vragen wat het verschil is tussen een vrouw uit Aleppo en een vrouw uit Hama’, vraag ik. ‘Een vrouw uit Hama kan beter koken en zal haar man sneller gehoorzamen. Ook de opvoeding thuis verschilt. In Hama zijn we traditioneler. Wil je met een Syrische trouwen misschien?’ vraagt een van de mannen.
‘Neen, maar ik ben het beu om altijd maar over oorlog te spreken,’ zeg ik. De twee mannen beginnen hard te lachen en tot mijn verbazing doen ze hun bivakmutsen uit.
Beter dan Syriërs
Ze stellen zich voor. De twee mannen zijn Syriërs en vechten bij het an-Nusra Front. ‘Vanwaar ben je uit Syrië?’ vraagt Abu Shayma’. ‘Ik ben een Belgisch-Palestijnse onderzoeker’, antwoord ik. ‘Wij houden van Palestijnen. Ik wil trouwen. Mijn toekomstige vrouw moet zwart haar hebben. Het liefst ook grote, zwarte ogen. Stel je voor man. Momenteel moet ik vechten en kan ik niet trouwen’, aldus Abu Shayma’.
Wat vindt u van de buitenlandse strijders in uw land?’ vraag ik. ‘Ze laten alles achter omwille van God. We houden van hen. Persoonlijk vind ik ze beter dan de Syriërs want ze vechten uit overtuiging. Ik hou alleen van de buitenlandse strijders die bij het an-Nusra Front vechten. De buitenlandse strijders die bij de Islamitische Staat strijden, zijn onrechtvaardig. Ze volgen hun leiders zonder zelf kritisch te zijn. Ze worden misleid en daarom bestrijden ze ons’, aldus Abu Shayma’.
Ik kijk even uit het raam. Ik zie een man in een zwarte mercedes de basis binnen rijden. ‘De leider is er! De leider is er!’ roept Abu Shayma’.
Het interview met de emir volgt binnenkort in Knack
Dagboek: bij de Belgische Syriëstrijders
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier