China jaagt op Oeigoerse vluchtelingen in België: ‘Ze zien ons als een bedreiging’

Een Oeigoers meisje gefotografeerd bij het straatrestaurant van haar moeder, Xinjiang, China, 6 april 2008. © Reuters
Thea Mathues
Thea Mathues Freelancejournalist

Oeigoeren die China ontvluchtten voelen zich niet veilig in België. De Chinese overheid beperkt hun vrijheid door achtergebleven familieleden onder druk te zetten. ‘Wil je dat je ouders hun paspoort terugkrijgen? Speel ons dan informatie door over Oeigoeren in België.’

‘Het gaat goed met ons, contacteer ons niet meer.’ Dat zijn de laatste woorden die Nur* van haar broer las, vooraleer hij haar zeven maanden geleden verwijderde van WeChat, de Chinese versie van WhatsApp.

Nu durft mijn eigen familie me niet meer contacteren, uit vrees dat ze naar een heropvoedingskamp gestuurd zouden worden.

Nur, Oeigoerse vluchtelinge in België

Nur is Oeigoerse. Ze maakt deel uit van de grootste moslimminderheid in China. In 2010 ontvluchtte ze de Volksrepubliek nadat het in 2009 opnieuw tot gewelddadige botsingen tussen Oeigoeren en Han-Chinezen kwam waarbij ongeveer 200 mensen stierven.

‘Vroeger chatte ik regelmatig met mijn familie. We spraken nooit over politiek, want de overheid kan altijd meelezen, maar ik kon tenminste foto’s delen van mijn kinderen. Nu durft mijn eigen familie me niet meer contacteren, uit vrees dat ze naar een heropvoedingskamp gestuurd zouden worden,’ vertelt Nur.

Heropvoedingskampen

De Chinese overheid claimt dat ze in haar heropvoedingskampen moslimextremisten omschoolt tot modelburgers, maar mensenrechtenorganisaties hebben het over willekeurige arrestaties. Sophie Richardson, hoofd van het onderzoeksteam voor China van Human Rights Watch: ‘Als het echt gaat om moslimextremisten, waarom worden er dan ook kinderen en hoogbejaarde mensen vastgehouden? Wat China doet, is een religie criminaliseren. Dat kan gewoon niet.’

Het is moeilijk in te schatten hoeveel mensen vastgehouden worden in deze kampen. De Chinese overheid geeft geen informatie vrij en journalisten kunnen amper hun werk doen in de zwaar gesurveilleerde regio met politiecheckpoints op elke hoek. Volgens Human Rights Watch gaat het om honderdduizenden mensen die geselecteerd werden op basis van zeer gedetailleerde lijsten.

‘Hoeveel keer per dag bid je? Heb je familie in het buitenland? Heb je je al kritisch uitgelaten over het regime? Kwam je ooit in contact met het gerecht? Die lijsten zijn zo ruim opgesteld dat bijna iedereen in aanmerking komt. Als ze hetzelfde systeem in de Verenigde Staten en België zouden toepassen, stonden jij en ik er waarschijnlijk ook op,’ vertelt Richardson.

Er leven ongeveer 10 miljoen Oeigoeren in Xinjiang op een totale bevolking van 21 miljoen mensen. De provincie is groter dan België, Nederland, Duitsland, Italië en Frankrijk bij elkaar.

Sinds de achttiende eeuw leven de Oeigoeren af en aan onder de controle van de Chinezen, met uitzondering van twee korte periodes van onafhankelijkheid. De eerste tussen 1933 en 1934. En de tweede periode van 1944 tot 1949, wanneer Mao en Stalin beslissen dat het toen nog onafhankelijke Oost-Turkestan, het land van de Oeigoeren, niet langer mag bestaan. China annexeert het en noemt de nu meest westelijke provincie Xinjiang, of ‘nieuwe grens’.

De Chinese overheid ijvert voor volledige assimilatie. Chinezen uit andere regio’s worden aangemoedigd om naar Xinjiang te verhuizen. Meestal gaat het om arme mensen die de verhuis naar Xinjiang aangrijpen als een kans om hoger op de sociale en economische ladder te klimmen. Ze krijgen er toegang tot grond en vinden er, in tegenstelling tot veel Oeigoeren, snel werk.

Dit jaar alleen al werden er 90.000 jobs uitgeschreven in Xinjiang voor militairen en politieagenten. Daarnaast worden er veel Chinese leerkrachten aangeworven, want het gebruik van de Oeigoerse taal is een doorn in het oog van de autoriteiten.

Paspoort als pasmunt

Ook Alim* verliet Xinjiang in de nasleep van de rellen in 2009. Hij probeerde video’s van de rellen buiten China te verspreiden, tot de politie hem op het spoor kwam en vluchten zijn enige optie bleek. Nadat zijn asielaanvraag goedgekeurd werd, kwamen zijn ouders op bezoek in België. ‘Ze vonden het hier geweldig, maar hun hart klopte nog steeds voor Oost-Turkestan, asiel aanvragen was voor hen geen optie.’

Toch planden ze een nieuwe reis naar België: ‘We spraken af om elkaar om de twee jaar te ontmoeten in het buitenland, maar plots nam de Chinese politie de paspoorten van mijn ouders af.’

De gedachte dat ik mijn ouders in België had moeten houden achtervolgt me, maar wat kan ik doen?

Alim, Oeigoerse vluchteling in België

Niet veel later kreeg Alim via WeChat een vriendschapsverzoek van een onbekende man: ‘Omdat ik in Brussel iemand kende met dezelfde naam voegde ik hem toe. Dat was een domme fout, want het ging om een politieman uit Xinjiang. Waarschijnlijk doorzocht hij de gsm van mijn broer of vader om mijn contactgegevens te vinden.’

Alim werd onder druk gezet: ‘Die man schreef me meer dan vijftien berichten. Hij vertelde dat hij met mijn ouders sprak en dat we vrienden konden zijn. Hij zei: “Als je mij op de hoogte houdt over andere Oeigoeren in België, dan zorg ik ervoor dat je ouders hun paspoort terugkrijgen”.’

Dit was een stresserende periode voor Alim. Uiteindelijk besliste hij de man te bellen: ‘Ik zei hem dat hij me met rust moest laten en dat ik beschermd werd door de Belgische wetgeving. Nadien heb ik zijn berichten gewist, ik wilde er niet constant aan herinnerd worden. Hij sprak me niet meer aan.’

Na het voorval chatte Alim nog een laatste keer met zijn ouders: ‘Ze vertelden me dat België nu mijn land was en dat ik vooral niet terug mocht komen, zelfs niet als ze sterven. De gedachte dat ik mijn ouders in België had moeten houden achtervolgt me, maar wat kan ik doen?’

Alims verhaal is niet uniek. In Frankrijk schreven de krant Le Monde en het tijdschrift Marianne al over de berichten die Oeigoeren in Frankrijk krijgen via sociale media van de Chinese politie – telkens met als doel informatie inwinnen over de diaspora. En in 2010 veroordeelde Zweden nog een Oeigoerse man wegens spionageactiviteiten voor de Chinese overheid.

Ook de argwaan van Oeigoerse vluchtelingen tegenover de Chinese gemeenschap in België blijft groot: ‘Ik zeg in België altijd tegen Chinezen dat ik student ben, nooit dat ik gevlucht ben. De kans is te groot dat iemand het aan de Chinese ambassade in België meldt,’ vertelt Nur.

De woordvoerder van Minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon laat weten dat het kabinet van de minister niet op de hoogte is van deze problematiek, maar voegt eraan toe: ‘Iedereen op Belgisch grondgebied moet zich veilig kunnen voelen. Wanneer mensen geïntimideerd worden, raden wij aan om naar de lokale politie te stappen zodat zij de zaak ten gronde kunnen onderzoeken.’

In België zouden in totaal zo’n 1500 Oeigoeren wonen, waarvan 150 tot 200 Oeigoeren uit Xinjiang. De anderen komen voornamelijk uit Kazachstan, Kirgizië en Oezbekistan.

Mensenrechten

Ondanks flagrante mensenrechtenschendingen werken verschillende Europese landen mee aan China’s jacht op haar diaspora. Sinds juli 2017 houdt Bulgarije vijf Oeigoerse asielzoekers vast in het gesloten asielcentrum van Lyumbimets omdat China hun uitlevering eist. Diverse Europese parlementsleden tekenden protest aan tegen deze gang van zaken. Op 9 januari 2018 stelde parlementslid voor de liberale fractie, Ramon Tremosa, er een vraag over aan de Europese commissie.

Een officieel antwoord kreeg hij pas op 13 juni. Federica Mogherini, Hoge vertegenwoordiger van de Unie voor Buitenlandse Zaken en Veiligheidsbeleid, én vicevoorzitter van de Europese Commissie, bevestigde dat de Commissie op de hoogte is van de zaak. Ze uitte haar bezorgdheid over het lot dat Oeigoerse vluchtelingen wacht bij uitlevering aan China en haalde aan dat lidstaten asielzoekers moeten behandelen in overeenstemming met het Verdrag van Genève en het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (EU). Maar op geen enkel moment in haar antwoord wijst Mogherini de Bulgaarse overheid expliciet terecht.

Daarnaast blokkeerde Griekenland vorig jaar een gezamenlijk EU-standpunt over de mensenrechtensituatie in China voor de mensenrechtenraad van de Verenigde Naties. Het was de eerste keer in tien jaar tijd dat de Europese Unie zich niet collectief uitsprak voor de commissie. The Washington Post meldde ondertussen dat China’s COSCO Shipping, eigenaar van ’s werelds op drie na grootste containervloot, in 2016 een belang van 51 procent in de grootste haven van Griekenland nam. Het lijkt geen toeval.

Wat ongetwijfeld ook een rol speelt in de houding van verschillende landen tegenover China zijn de positieve economische vooruitzichten die het ‘One belt, one road’ project van Xi Jinping met zich meebrengen voor andere landen. Via dat grootschalige project wil de Chinese overheid de oude zijderoute heropenen door te investeren in grote infrastructuurwerken. Het moet ervoor zorgen dat China een rechtstreekse verbinding heeft met Centraal-Azië en Oost-Europa. De zijderoute loopt recht door Xinjiang.

Assimileren

Nur ziet de toenemende druk op de Oeigoerse diaspora als een nieuwe culturele revolutie: ‘Het idee dat Oeigoeren in het buitenland kwaad kunnen spreken over de regering kan de Chinese leiding niet aanvaarden. Ze zien ons als een bedreiging die ze zo snel mogelijk de kop willen indrukken.’

China doet er ondertussen alles aan om familieleden van Oeigoeren in het buitenland onder druk te zetten. In de hoop dat niemand nog zal durven spreken. Volgens Alim heeft dat net een omgekeerd effect. ‘Zelfs als je alle regels volgt kan je opgepakt worden. Waarom zou je dan nog zwijgen?’

Toen Nur opgroeide, interesseerde ze zich amper voor politiek: ‘Ik heb nooit nagedacht over een onafhankelijk Oost-Turkestan. Ik studeerde, had voldoende te eten en was bij mijn familie, voor mij was dat genoeg. Het is enkel omdat China zo agressief reageert op alles wat ons Oeigoeren maakt dat ik erover ben beginnen nadenken.’

In een Belgisch asielcentrum leerde ik enkele Tibetaanse vluchtelingen kennen. Zij hadden elk contact met hun familie verloren. Toen kon ik mij dat niet voorstellen, maar ondertussen kan ik mij volledig in hun schoenen plaatsen.

Nur, Oeigoerse vluchtelinge in België

Tibet 2.0

Voor 2001 sprak de Chinese overheid consequent haar angst uit voor separatisten, maar sinds de aanslagen van 11 september op de WTC-torens in New York werd de communicatie bijgesteld. China heeft het nu over moslimextremisten. Volgens Chinese statistieken sloten driehonderd Oeigoeren zich aan bij IS in Syrië of Irak. Aan de andere kant lijkt de overheid alles wat aan de Islam gelinkt kan worden als terrorisme te definiëren. Zo deporteerde Egypte meer dan tweehonderd Oeigoerse uitwisselingsstudenten naar Xinjiang op verzoek van de Chinese overheid. Hun terroristisch vergrijp? Islam studeren.

‘Toen president Xi Jiping aantrad, beloofde hij de corruptie aan te pakken. Ik geloofde hem en dacht dat er een positieve verandering zou komen. Het tegenovergestelde blijkt nu waar,’ vertelt Nur ontgoocheld. Ze was niet de enige die zich vergiste in de recent tot president-voor-het-leven uitgroepen Xi. Verschillende China-experten voorspelden een kentering in het strenge beleid tegenover minderheden. Dit omdat Xi Jinpings vader bekend stond als een voorvechter voor minderhedenrechten. Maar politieke ideeën blijken minder ‘erfelijk’ dan gedacht.

Twee jaar geleden werd de controle op inwoners van de provincie nog verstrengd. Xinjiang kreeg toen een nieuwe gouverneur, Chen Quanguo, de ex-gouverneur van die andere opstandige Chinese regio, Tibet. De oppressie van de Tibetanen leverde hem een plaats op in het politbureau van de Chinese overheid. Nu past hij dezelfde recepten toe in Xinjiang, enkel met nog meer surveillancetechnologie ter beschikking.

‘In een Belgisch asielcentrum leerde ik enkele Tibetaanse vluchtelingen kennen. Zij hadden elk contact met hun familie verloren. Toen kon ik mij dat niet voorstellen, maar ondertussen kan ik mij volledig in hun schoenen plaatsen’, zegt Nur.

Van politieke discussies liggen de kinderen van Nur niet wakker. Wat zij willen is spelen met schoolvriendjes en op tijd naar huis kunnen, zoals alle andere kinderen. ‘Mijn kinderen moeten vaak lang in de naschoolse opvang blijven omdat mijn man en ik allebei werken. Onlangs vroeg mijn dochter: “Waarom kunnen oma en opa ons niet oppikken zoals bij andere kinderen?” Dan breekt mijn hart. Wat kan ik zeggen?’

*Geïnterviewde personen kozen ervoor te getuigen onder een schuilnaam, uit vrees voor represailles door de Chinese autoriteiten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content