Belén Olmos Giupponi & Homagni Choudhury
‘Bolivia wil toegang tot de oceaan, maar zou beter werken aan haar handelsrelaties in Zuid-Amerika’
Bolivia probeert al langer dan een eeuw toegang te krijgen tot de Pacifische Oceaan. Maar het verbeteren van handelsrelaties binnen Zuid-Amerika is misschien wel belangrijker om haar economie te verbeteren, zeggen Belén Olmos Giupponi en Homagni Choudhury van de Universiteit van Kingston in Groot-Brittannië.
Bolivia wil graag een of twee havens. Al langer dan een eeuw voert het een diplomatieke en juridische strijd met Chili over soevereine toegang tot de Pacifische Oceaan en grondgebied dat Bolivia verloor in een 19e-eeuwse oorlog met het buurland.
Bolivia had afgelopen oktober zijn hoop gevestigd op het Internationaal Gerechtshof. Dat concludeerde echter dat Chili niet wettelijk verplicht is om Bolivia soevereine toegang te geven tot de oceaan.
Bolivia wil toegang tot de oceaan, maar zou beter werken aan handelsrelaties in Zuid-Amerika.
Een uitspraak die slecht viel bij de Boliviaanse president Evo Morales, die hoge verwachtingen had van een herstelde toegang tot de zee. Soevereine toegang tot de Pacifische Oceaan zou voor Bolivia aanzienlijke economische voordelen met zich meebrengen. Bolivia heeft vooral belangstelling voor de havensteden Arica en Antofagasta. Beide steden tellen ongeveer een kwart miljoen inwoners en zijn cruciaal voor de export naar Azië.
De meeste internationale transporten vanuit Chili vinden plaats vanuit Antofagasta of Arica. Ook Bolivia kan van hieruit exporteren; veelal gaat dat om ruwe materialen (zoals tin) en basisproducten zoals sojabonen en zonnebloemzaden. Tachtig procent van de Boliviaanse export werd in 2017 verscheept vanuit Arica.
Het belangrijkste argument van Bolivia was dat de gebrekkige toegang tot de oceaan de vooruitgang als ontwikkelingsland ondermijnt. Bolivia hoopt dat soevereine toegang tot de Pacifische Oceaan zijn onderhandelingspositie in Latijns-Amerika en wereldwijd sterk verbetert. Als het Bolivia gelukt was toegang te krijgen tot de oceaan, zou het bruto binnenlands product (bbp) volgens schattingen met een vijfde zijn gestegen.
Momenteel is het bbp van Bolivia minder dan 15 procent van dat van Chili. Chili heeft aanzienlijk voordeel van zijn lange kustlijn. Internationale handel – waarvan het grootste deel met landen buiten Latijns-Amerika, is goed voor 56 procent van het bbp van Chili. Vooral de havens waar ook Bolivia graag toegang toe wil, sluiten voor Chili prima aan op de mijnbouwterreinen waar koper, molybdeen, zilver en goud gedolven worden. Die producten gaan onder meer naar China, Japan en Zuid-Korea.
Hogere kosten
Chili geeft Bolivia belastingvrije toegang tot de havens Arica en Antofagasta. Ook mag Bolivia er zijn eigen douanebeambten installeren. Ondanks dat zou soevereine toegang de handelspositie van Bolivia aanzienlijk verbeteren. Het gebrek aan soevereine toegang tot de Pacifische Oceaan leidt namelijk tot een extra kostenpost van 55,7 procent per verscheepte container vergeleken met de prijs die Chili betaalt.
Doordat Bolivia door land omsloten is, stijgen de transportkosten. Die zijn op land hoger dan op zee. Daarnaast is het zo dat tarieven voor landtransport in buurlanden vaak onderhevig zijn aan monopolies. De meeste landen die door land omsloten zijn, hebben daardoor een economisch nadeel. Gemiddeld is de groei in deze landen 3,5 procentpunten lager dan die in andere landen. Uit onderzoek blijkt bovendien dat, ondanks de substantiële handelsliberalisatie door ontwikkelingslanden in de jaren 1990, de exportprestaties van de door land omsloten landen tussen 1995 en 2015 zwakker waren dan die van ontwikkelingslanden die zeetoegang hadden. Extra handelskosten waren daar de belangrijkste oorzaak van.
Bolivia’s economische groei profiteert meer van allianties met buurlanden dan van een langdurige en onzekere juridische strijd.
In rijke, door land omsloten landen zoals Oostenrijk en Zwitserland, heeft de ligging minder impact op de economische prestaties. Van de 45 door land omsloten landen in de wereld, is bij de negen rijke landen in Europa geen significant statistisch groeiverschil te zien vergeleken met andere rijke landen. Dit komt doordat deze landen omringd worden door andere rijke landen die toegang hebben tot goede internationale handelsnetwerken. De uitdagingen voor deze landen verschillen dus sterk van die van ontwikkelingslanden.
Bolivia is nog lang niet zo ver en zal de uitspraak van het Gerechtshof niet zomaar accepteren. Politieke emoties spelen hier ook een rol – toegang tot de Pacific is een emotionele kwestie voor de Bolivianen. Maar het land is economisch gezien misschien beter af als het zich richt op diversifiëring van de handelsstrategie, in plaats van zich alleen te focussen op soevereine toegang tot Arica en Atofagasta.
In plaats van zich te focussen op zeeroutes, zou het betere handelsrelaties moeten opbouwen met Zuid-Amerikaanse handelsblokken. Zowel Mercosur (waartoe Brazilië, Argentinië, Paraguay en Uruguay behoren) als de Pacifische Alliantie (met Chili, Peru, Colombia en Mexico) zijn opties. Bolivia’s economische groei profiteert meer van allianties met buurlanden dan van een langdurige en onzekere juridische strijd.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier