Auteur Jonathan Littell: ‘Compromissen met Poetin zouden een catastrofe zijn’
De leidende politici in West-Europa lijken steeds in de verleiding om de dialoog met Poetin aan te gaan – maar echte gesprekken met Rusland zullen slechts een kans maken wanneer Poetins leger in Oekraïne volledig verslagen wordt. Dat schrijft auteur Jonathan Littell in een essay.
Sinds enige tijd klinkt uit alle richtingen een deprimerend liedje: de Oekraïners zijn onredelijk, de NAVO gaat te ver, we zouden over de inflatie moeten nadenken, en vooral zouden we Poetin voorzichtig moeten aanpakken. De vroegere Minister van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Staten, Henry Kissinger, formuleerde die visie het duidelijkst. Hij beweerde vorige maand in Davos dat Oekraïne grondgebied moest afstaan, anders zou het land ‘een nieuwe oorlog (van de NAVO) tegen Rusland’ riskeren.
In Duitsland, waar de regering van Olaf Scholz de levering van beloofde wapens aan Oekraïne afremt, denkt een deel van de politieke klasse blijkbaar dat de oplossing voor de Duitse energie-afhankelijkheid van Rusland er niet in bestaat er een enigszins pijnlijk einde aan te maken. Liever sluiten ze de ogen en keren ze terug naar hun ongemakkelijk comfort. Wat Emmanuel Macron betreft, hij is de aanvoerder van de groep ‘Rusland mag niet vernederd worden’.
Kolossale fouten zijn het! En wat voor een teken van zwakte en tekort aan strategische visie. Poetin zal niet aarzelen er op elke denkbare manier gebruik van te maken. Zoals een Russisch miljardair – hij staat dicht bij het Kremlin – onlangs tegen de Britse onderzoeksjournaliste Catherine Belton zei, gelooft Poetin reeds ‘dat het Westen uitgeput zal raken… en hij gelooft dat hij op lange termijn zal winnen.’
In werkelijkheid vernedert Poetin zichzelf. Omdat hij deel wil uitmaken van de groten van de wereld zonder hun fundamentele regels te accepteren.
Om onze capitulatie te versnellen zet hij alle middelen in die hem ter beschikking staan: maximale druk op olie- en gastoevoer door georkestreerde beperkingen, destabilisering op de Balkan, chantage door schaarste aan granen. Dat laatste leidt in Afrika snel tot een grote catastrofe en kan een nieuwe migratiegolf veroorzaken. Om nog maar te zwijgen over de nucleaire dreigingen die Poetin herhaaldelijk uitspreekt. Alsof hij werkelijk bereid is voor zijn ambities en persoonlijk overleven de wereld en daarmee Rusland naar de ondergang te drijven.
De leugen als kernstuk
Na zijn aanvankelijke verbazing over de snelle en gecoördineerde reactie van het Westen op zijn inval in Oekraïne, bekijkt hij de afloop weer op lange termijn: hij rekent op de verdeeldheid van Europa en meer bepaald op de zwakte en het kennelijke onvermogen van West-Europa om de imperiale fantasie van het Kremlin te begrijpen.
Voor Poetin en zijn minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov was de leugen het kernstuk van hun opleiding. De dialoog is voor de Russische president slechts nuttig wanneer ze hem voordelen oplevert en zijn pionnen vooruit helpt, vooraleer hij voor zijn ambities en persoonlijk overleven teruggrijpt naar geweld indien nodig. Onderhandelingen of een akkoord – zoals de Minsk-akkoorden I en II van 2014 en 2015 om het conflict in de Donbas te beëindigen – zijn slechts een moment om zich van een voordeel te verzekeren tot zich een gelegenheid biedt om weer winst te boeken.
Geloven, zoals Kissinger, dat we naar een status quo ante kunnen terugkeren, is een compleet foute inschatting. Geloven dat iemand Poetin ervan zou kunnen overtuigen onderhandelingen te beginnen waarmee hij (eindelijk) zijn belofte zou kunnen nakomen, is ronduit belachelijk. Mochten we niet zo machteloos, zo aarzelend, zo blind zijn geweest, dan waren we in 2015 ermee begonnen Oekraïne te bewapenen of NAVO-troepen op Oekraïense bodem te stationeren, al was het maar als instructeurs. Dan had Poetin deze oorlog nooit geriskeerd. Wanneer we hem ook maar één vinger toesteken, neemt hij de hele hand als basis voor de volgende stap.
We moeten de bekering van Macron en Scholz toejuichen. Ze hebben eindelijk begrepen dat ze een Oekraïense kandidatuur voor de EU niet langer kunnen blokkeren. Intussen lijken alleszins hun illusies ten overstaan van Poetin niet dood en begraven.
Sinds decennia heeft een deel van Europa, te beginnen met Duitsland, zijn behoefte aan energie overgelaten aan Rusland, terwijl ze waarschuwingen van de klimaatdeskundigen in de wind sloegen en weigerden afscheid te nemen van fossiele brandstoffen. Zoveel verloren tijd en zoveel geluk voor Moskou. Sinds begin van de oorlog heeft Rusland 93 miljard euro ontvangen voor fossiele brandstoffen, het grootste deel ervan kwam van de EU.
Vladimir Poetin is een man die in de 21ste eeuw een oorlog van de 20ste eeuw voert om de doelen van de 19de eeuw te bereiken.
Nu zitten we te jammeren omdat de benzineprijs boven de twee euro per liter ligt. Dat is beschamend. Ook in Oekraïne is de benzine duur en eindeloze rijen auto’s schuiven er aan om te tanken. Maar niemand klaagt. Wat de Oekraïners willen is géén goedkopere benzine, maar wapens en munitie om de indringers terug te slaan, hun steden te bevrijden en de verloren gebieden te heroveren. En dat is terecht.
Met de invasie van Oekraïne heeft Poetin de wereldorde van na 1945 doen wankelen. Hij en zijn volgelingen blaffen naar de wereld, dat is hun werkwijze om zaken te doen. Maar onder elkaar schatten ze de realiteit van de machtsverhoudingen zorgvuldig in en berekenen koel de gevolgen. Toen de Oekraïners met hun onverzettelijke weerstand het offensief tegen Kiev blokkeerden, trok Poetin zijn troepen terug en openbaarde daarmee de omvang van de gruwel die zijn ‘bevrijdings’-leger de bevolking van Butscha, Irpin, Motyschin en zoveel andere steden had aangedaan.
Niet 1919 maar 1939
Nu Poetin zich eindelijk realiseert hoe zwak zijn slecht opgeleide en corrupte strijdmacht is tegenover een zwaar gemotiveerd en westelijk bewapend Oekraïens leger, concentreert hij zich op de Donbasregio om de ene na de andere stad te vernietigen – de enige mogelijkheid die hem rest om zijn oorlog te voeren. Ook hier moet hij gestopt en teruggedreven worden. De Amerikanen en Britten hebben toegezegd raketsystemen te leveren met groter bereik om het machtsevenwicht te herstellen. Dat is een stap in de goede richting. Maar er moet nog meer gedaan worden.
Vladimir Poetin is een man, die in de 21ste eeuw een oorlog van de 20ste eeuw voert om de doelen van de 19de eeuw te bereiken. Voor hem, hij vergelijkt zich nu met Peter de Grote, is de totale annexatie van Oekraïne een existentiële vraag, die niks met zijn tirades tegen de NAVO te maken heeft. Oekraïne mag niet meer bestaan, daarom gaat het. En geen toegeving, geen diplomatieke welwillendheid, geen ‘verstandig’ compromis zal hem ervan hinderen zijn doel te bereiken. De Oekraïners oproepen om de strijd te staken en te onderhandelen over een ‘Minsk III’, ‘V’ of ‘V’ is een uitnodiging voor een verse invasie van Oekraïne binnen enkele jaren, zodra Poetin zijn leger weer heeft opgebouwd.
Toen Macron op 9 mei voor het EU-parlement in Straatsburg over hypothetische onderhandelingen met Rusland sprak, zinspeelde hij op het Verdrag van Versailles van 1919. Dat zou ‘de wegen naar de vrede’ geblokkeerd hebben door Duitsland te vernederen. Macron heeft duidelijk niet begrepen in welk historisch moment we leven. Wanneer er inderdaad één ogenblik voor Rusland was, dat aan Duitsland 1919 herinnerde, dan was dat moment 1991. Sindsdien houdt een revanchistisch, fascistisch en volledig corrupt regime Rusland in een ijzeren greep. Het heeft de civiele maatschappij vernietigd, de hele economie van het land voor eigen profijt overgenomen en de democratische wereld en de orde uitgedaagd. Precies zoals Duitsland na het uiteenvallen van de Weimar Republik in de jaren dertig. We schrijven vandaag niet 1919 maar 1939.
In West-Europa zitten onze leidende politici nog altijd vast in hun mythes, hun intellectuele inertie en morele zwakte die veroorzaakt werden door een al te lange vrede.
En precies zoals bij Hitlers ‘Derde Rijk’ zal de enige weg naar de vrede ooit de totale ineenstorting van Poetins regime eisen. Alleen een vrij en democratisch Rusland, dat door zijn burgers en niet door een maffieuze, van messianistische ideeën bezopen kliek geleid wordt, kan weer een volwaardig lid van de internationale gemeenschap worden, zoals Duitsland en Japan dat na 1945 tenslotte is gelukt. Voor de Polen, de Baltische staten en de andere landen van Midden-Europa is dat een voor de hand liggend feit; de Amerikanen lijken het uiteindelijk begrepen te hebben; zelfs de Finnen en de Zweden hebben vele decennia moeizaam bewaarde neutraliteit overboord geworpen om toevlucht te zoeken bij de NAVO.
Maar in West-Europa zitten onze leidende politici nog altijd vast in hun mythes, hun intellectuele inertie en morele zwakte die veroorzaakt werden door een al te lange vrede. Ze lijken constant in de verleiding om compromissen te sluiten. Die zijn dikwijls noodzakelijk, maar in de huidige situatie zouden ze slechts een catastrofe vormen voor de Europese droom en Poetins ambities alleen maar nieuwe impulsen geven.
Alleen een volledige militaire nederlaag van de Russische strijdkrachten in Oekraïne kan in ons continent veiligheid verzekeren. En slechts op basis van zo’n nederlaag zullen we in staat zijn echte gesprekken met Rusland te voeren en duurzame afspraken te maken. Zonder een duidelijke en evidente zege van Oekraïne zal de diplomatie niets anders dan geklets of capitulatie betekenen. ‘Rusland mag niet vernederd worden’, zeggen sommige mensen. Maar hoe meer we ons buigen om Rusland tegemoet te komen, des te meer schreeuwt Poetin dat zijn land vernederd wordt.
Verbazingwekkend toch, dat we zijn spel verder meespelen. In werkelijkheid vernedert Poetin zichzelf. Omdat hij deel wil uitmaken van de groten van de wereld zonder hun fundamentele regels te accepteren. Omdat hij de mensenrechten schendt wanneer het hem past, in Tsjetsjenië, in Georgië, in Syrië en nu in Oekraïne. En omdat hij een oorlog begint met een miserabel, archaïsch leger dat door zijn eigen generaals half leeggeplunderd en half uitgehongerd wordt. Wanneer hij ons dat echt kwalijk neemt, dan is het niet aan ons om hem onze excuses aan te bieden, wel om hem een harde les te leren.
Jonathan Littell is een Frans auteur van Amerikaanse afkomst. Zijn roman ‘De Welwillenden’ werd met de ‘Prix Goncourt’ onderscheiden, de meest gerenommeerde Franse literaire prijs.
Vertaling: Wim Vermeylen
Oorlog in Oekraïne: alles wat u moet weten
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier