Deportatie naar Rwanda: asielzoekers op enkele reis naar ‘nieuw leven in dynamisch land’
Rwanda heeft een overeenkomst gesloten met de regering van Boris Johnson om asielzoekers op te vangen die in het Verenigd Koninkrijk een nieuw leven willen opbouwen. De eerste vlucht moet op 14 juni vertrekken. Wat kunnen vluchtelingen in Rwanda verwachten en welke belangen spelen voor het gastland?
Kigali/Sneek – Vluchtelingenopvang in Rwanda? Daarover wil ervaringsdeskundige Samuel Mabrahtom best vertellen, maar hij waarschuwt dat het geen lang verhaal wordt. De geboren Eritreeër verliet in 2010 zijn moederland in de Hoorn van Afrika om te ontsnappen aan een driejarige dienstplicht en economische uitzichtloosheid. Na een reis vol omzwervingen – Soedan, Libië, Egypte – bereikte hij Israël, waar de autoriteiten hem meteen duidelijk maakten dat er voor hem en zijn landgenoten geen toekomst was in dat land.
Toch kon hij er enkele jaren lang redelijk ongestoord verblijven en geld verdienen bij een fruitbedrijf, tot hij in 2014 voor de keuze werd gesteld: naar de gevangenis of een enkele reis Rwanda met een eenmalige ‘oprotpremie’ van 3500 dollar. Mabrahtom koos voor ‘vrijwillig’ vertrek.
‘We kregen het geld in contanten en we hoefden geen enkel document te ondertekenen’, zegt hij. ‘Met een groepje van tien stapten we op een reguliere vlucht. Bij aankomst bleek er helemaal niets geregeld: geen opvangkamp, niets. Op de luchthaven werden we onthaald door een tussenpersoon, aan wie we 200 dollar betaalden voor transport naar Oeganda. Onderweg waren we ook nog eens meer dan 1000 dollar kwijt aan steekpenningen voor grenswachters en politieagenten. Ik ben niet langer dan een dag in Rwanda geweest.’
Met een groepje van tien stapten we op een reguliere vlucht. Bij aankomst bleek er helemaal niets geregeld: geen opvangkamp, niets.
Samuel Mabrahtom
Officiële documentatie over deze route en de bijbehorende financiële regeling hebben beide partijen nooit openbaar gemaakt, maar vaststaat inmiddels dat Israël tussen 2013 en 2018 duizenden vluchtelingen naar Rwanda heeft gestuurd, van wie het leeuwendeel het Oost-Afrikaanse land binnen korte tijd weer verliet. De regering van president Paul Kagame zou 5000 dollar per immigrant hebben opgestreken, in totaal tientallen miljoenen. Ook stuurde Israël ongewenste migranten naar Oeganda, een route die volgens kenners nog steeds wordt gebruikt.
Mabrahtom slaagde er uiteindelijk in Libië opnieuw te bereiken en vandaar de Middellandse Zee over te steken, op een vaart van zestien uur aan boord van een gammel bootje van een mensensmokkelaar. Hij vertelt zijn verhaal vanuit een rijtjeshuis in Sneek in de Noord-Nederlandse provincie Friesland, waar hij in 2015 een verblijfsvergunning kreeg en later ook de Nederlandse nationaliteit.
Brexit-belofte
Het is 14 april 2022. Op een vliegbasis van de Britse kustwacht in het graafschap Kent, nabij het Nauw van Calais, presenteert premier Boris Johnson de contouren van een nieuw migratiebeleid waarmee hij naar eigen zeggen een van de belangrijkste Brexit-beloftes zal inlossen. De eilandnatie, die nooit bij de Schengenzone hoorde en ook al vóór Brexit strenge grenscontroles uitvoerde (bijvoorbeeld voor treinreizigers naar Londen in het station Brussel-Zuid), gaat ‘de zeggenschap terugpakken’ over de eigen grenzen en over de vraag wie er al dan niet welkom is in het Verenigd Koninkrijk. Een essentiële rol is daarbij weggelegd voor Rwanda.
Johnson: ‘Ons nieuwe Partnerschap voor Migratie en Economische Ontwikkeling houdt in dat iedereen die vanaf vandaag illegaal het VK binnenkomt – evenals zij die na 1 januari zijn gearriveerd – naar Rwanda kan worden overgeplaatst.’ Hij prijst Rwanda als een dynamisch land, waar uitgezette migranten de mogelijkheid krijgen met Britse steun een nieuw leven op te bouwen. Een maximumaantal is er volgens Johnson niet: ‘Rwanda heeft de capaciteit de komende jaren tienduizenden mensen onderdak te bieden.’
Johnson heeft het wiel niet uitgevonden. Australië stuurde eerder migranten naar kampen en detentiecentra in Papoea-Nieuw-Guinea en Nauru, en een jaar geleden maakte Denemarken ook al bekend dat het een memorandum van overeenkomst had ondertekend met Rwanda met het oog op een gedeeltelijke uitbesteding van het asielbeleid.
Rwanda heeft de capaciteit de komende jaren tienduizenden mensen onderdak te bieden.
Brits premier Boris Johnson
In Denemarken was dit overigens geen initiatief van conservatief-rechts maar van de sociaaldemocratische minderheidsregering, die met steun van twee andere linkse partijen nieuwe wetgeving door het parlement loodste die overzeese opvang mogelijk maakt. Net als nu in het VK leidde dat tot veel kritiek en vooralsnog zijn er geen asielzoekers vanuit Denemarken naar Rwanda gestuurd. Ook in het VK is de verwachting dat er enige tijd overheen zal gaan voor de eerste migranten daadwerkelijk zullen afreizen. Het is onzeker of het beleid voldoet aan internationale afspraken en verdragen.
Uitzichtloosheid
Israël, Denemarken, het VK: waarom komen deze landen die immigratie willen indammen alledrie uit bij het onwaarschijnlijke Rwanda? Het land is kleiner dan België en kent een bevolkingsdichtheid die tot de hoogste ter wereld hoort: op het bergachtige stuk land wonen ruim dertien miljoen mensen, van wie het merendeel op kleine akkers alles in het werk stelt om voldoende te produceren om te voorzien in hun eigen levensonderhoud. Het land boekte de afgelopen decennia weliswaar flink wat economische en maatschappelijke vooruitgang, maar is nog altijd een van de armste landen en blijft financieel in hoge mate afhankelijk van ontwikkelingshulp.
Banen in de formele economie zijn er schaars en de mogelijkheden voor buitenstaanders om zich in dit ‘dynamische land’ te ontplooien, zeer beperkt. Bovendien biedt Rwanda ook al onderdak aan zo’n 150.000 vluchtelingen uit de instabiele buurlanden Burundi en de Democratische Republiek Congo.
Daarbij ontvangt Rwanda sinds 2017 Afrikaanse vluchtelingen die stranden in de ‘hel in Libië’. Door de strenge controle op zee, gefinancierd door Europa, werd het steeds moeilijker om naar de overkant te komen en zaten veel immigranten onder slechte omstandigheden lange tijd opgesloten in Libische gevangenissen. Rwanda was bereid grote aantallen vluchtelingen op te halen, tot wel 30.000, maar het gaat, mede als gevolg van corona, vooralsnog om een fractie daarvan.
Het was een verademing om in Rwanda aan te komen. De leefomstandigheden waren correct.
Michael, vluchteling uit Eritrea
Eenmaal in Rwanda worden de vluchtelingen niet langer zo snel mogelijk het land uitgestuurd, zoals Mabrahtom overkwam toen hij uit Israël kwam. Ze worden opgevangen in het Gashora Transit Centre, een kamp gerund door de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR.
Dat kamp wilde Knack tijdens een bezoek aan Rwanda vorig jaar bezoeken om zelf een indruk te krijgen van de omstandigheden, maar we kregen geen toestemming van de Rwandese autoriteiten. De aanvraag voor een persaccreditatie werd zonder opgaaf van reden afgewezen. (Op de World Free Press Index van Reporters sans Frontières staat Rwanda op de 156e plaats van in totaal 180 landen. Kritische media zijn er niet toegestaan en buitenlandse journalisten krijgen vaak geen toestemming om te berichten vanuit Rwanda.)
Volgens meerdere bronnen in Rwanda en journalisten die het kamp wel konden bezoeken, is de opvang in Gashora goed geregeld. Dat bevestigt de Eritreeër Michael, die inmiddels in Frankrijk woont en zijn achternaam liever niet afgedrukt ziet staan. Hij verbleef in 2020 acht maanden in het kamp. ‘In Libië heb ik in de gevangenis gezeten zonder daglicht en werd ik gemarteld’, zegt hij. ‘Het was een verademing om in Rwanda aan te komen. De leefomstandigheden waren correct.’
Tegelijkertijd herinnert hij zich de uitzichtloosheid. ‘Er was geld beschikbaar voor trainingen en andere programma’s voor vluchtelingen, maar in de praktijk kwam dat zelden bij ons terecht. We mochten het kamp niet uit om te werken en het was moeilijk om inzage te krijgen in ons eigen dossier. Het was stressvol en niemand wilde daar blijven, omdat je je tijd verdeed. De barretjes rondom het kamp zaten altijd vol vluchtelingen.’
Barmhartigheid
Rwanda heeft Afrikaanse migranten ogenschijnlijk weinig te bieden. Wat motiveert de regering dan om hen toch op te vangen?
President Paul Kagame, die het land sinds 2000 met ijzeren hand bestuurt en dankzij een hervorming van de grondwet mag aanblijven tot 2034, gaf zelf antwoord. ‘Wij geloven in Afrikaanse oplossingen voor Afrikaanse problemen’, zei hij in 2017 bij de aankondiging dat vluchtelingen die waren gestrand in Libië welkom waren in Rwanda. De regering in de hoofdstad Kigali noemde ‘onze politieke filosofie en onze eigen geschiedenis’ als argument om in actie te komen ‘wanneer mensen mishandeld worden en bij opbod als vee te koop worden aangeboden.’
De opvang van vluchtelingen in Rwanda past perfect in het discours van de regering omdat veel RPF-kopstukken afkomstig zijn uit de vluchtelingendiaspora.
Filip Reyntjens (Universiteit van Antwerpen)
De ‘geschiedenis’ verwijst naar de genocide van 1994, een bloedbad met naar schatting zo’n 800.000 slachtoffers. De daders, veelal gewone Hutu’s (de etnische meerderheid in Rwanda), waren opgehitst door propaganda en gewelddadige milities, en zagen de Tutsi-minderheid niet langer als mensen maar als ongedierte dat uitgeroeid moest worden. Het Rwandan Patriotic Front (RPF), opgericht en gedomineerd door Tutsi’s die vóór de genocide naar het buitenland gevlucht waren, veroverde de macht na de massaslachting. President Kagame groeide zelf op in Oeganda.
‘De opvang van vluchtelingen past perfect in het discours van de regering omdat veel RPF-kopstukken afkomstig zijn uit de vluchtelingendiaspora’, zegt Filip Reyntjens, emeritus hoogleraar Afrikaans Recht en Politiek aan de Universiteit van Antwerpen. Reyntjes, verklaard tegenstander van de regering van Kagame, waarschuwt dat het beleid niets van doen heeft met altruïsme. ‘Op barmhartigheid heb ik het Rwandese regime nog nooit kunnen betrappen’, zegt hij.
Een Europese diplomaat in de hoofdstad Kigali, wiens naam bekend is op de redactie, noemt het ‘deels een pr-stunt om vluchtelingen uit Libië te ontvangen en overeenkomsten te sluiten met Denemarken en het Verenigd Koninkrijk.’ Hij spreekt van ‘een doelbewust beleid waarmee de regering zichzelf op de kaart zet en die ook goed geld oplevert.’
Waarbij hij opmerkt dat hij dat op zich geen probleem vindt. ‘In het geval van de vluchtelingen uit Libië toonde Rwanda, om welke reden dan ook, solidariteit. Niet alles is moraal. En Europa is de jongste tijd nu ook bepaald geen toonbeeld van barmhartigheid te noemen ten opzichte van Afrikaanse vluchtelingen.’
Geld en een beter imago: de diplomaat is niet de enige die ervan overtuigd is dat dat de voornaamste drijfveren zijn voor de Rwandese gastvrijheid. ‘De regering van Rwanda stelt zich op als een commerciële onderneming’, zegt publicist Claude Gatebuke, directeur van de ngo African Great Lakes Action Network, een organisatie die vanuit de Verenigde Staten wil bijdragen aan vrede en stabiliteit in de regio. Kom bij hem niet aanzetten met ‘Afrikaanse oplossingen voor Afrikaanse problemen’. Gatebuke: ‘Rwanda laat zich betalen om de problemen van anderen op te lossen.’
De regering van Rwanda stelt zich op als een commerciële onderneming.
Claude Gatebuke (African Great Lakes Action Network)
Is het eigenlijk lucratief om vluchtelingen en asielzoekers op te vangen? ‘Een exacte berekening is moeilijk, omdat de deals worden omgeven met geheimzinnigheid’, zegt politicoloog en migratie-expert Gerasimos Tsourapas van de School of Oriental and African Studies van de University of London. Het Britse partnerschap zou het land in elk geval 120 miljoen pond (bijna 150 miljoen euro) opleveren, verspreid over vijf jaar. Dat geld is bestemd voor faciliteiten voor toekomstige asielzoekers en voor de economische ontwikkeling van Rwanda. Voor een land met een bruto binnenlands product van nog geen 10 miljard euro is dat een groot bedrag.
Rwanda profiteert ook van de opvang van de vluchtelingen die zijn overgekomen uit Libië. De Europese Unie en enkele individuele lidstaten nemen het grootste deel van de kosten voor hun rekening en Rwanda heeft baat bij een programma van de Wereldbank, dat niet alleen de leefomstandigheden in vluchtelingenkampen beoogt te verbeteren, maar ook die van inwoners in de omgeving.
Handelswaar
Politicoloog Tsourapas denkt dat het prestige en de macht die de opvang van vluchtelingen oplevert nóg belangrijker zijn voor Rwanda. Dat geldt voor Kagame, maar ook bijvoorbeeld voor Recep Tayyip Erdoğan in Turkije. ‘Het legitimeert hen en geeft hen een prominente plaats op het internationale podium. Daardoor wordt het moeilijker om ze te bekritiseren’, zegt hij.
De Rwandese aanpak past volgens de politicoloog in een trend die hij omschrijft als the commodification of refugees: vluchtelingen als handelswaar. Dat wil niet zozeer zeggen dat migranten zelf als moderne slaven worden verhandeld (wat in Libië overigens wel is gebeurd), maar dat hun aanwezigheid wordt gebruikt voor economische en strategische doeleinden.
Opvang van vluchtelingen levert niet alleen geld op, maar is ook een drukmiddel om macht uit te oefenen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de actie van de Wit-Russische dictator Aleksandr Loekasjenko, die vorig jaar duizenden Irakezen de grens met EU-land Litouwen overzette, uit protest tegen Europese sancties tegen zijn land.
‘Decennialang was de afspraak dat internationale organisaties – de UNHCR voorop – de internationale vluchtelingenproblematiek voor hun rekening namen’, zegt Tsourapas. ‘De verantwoordelijkheden van de UNHCR zijn door de toename van het aantal vluchtelingen sterk gegroeid, maar de financiering bleef achter. Steeds vaker duiken staten nu in het gat. Onderling maken ze afspraken, waarbij het belang van de regeringen leidend is, niet dat van de vluchteling.’
De vluchtelingendeal tussen Turkije en de EU heeft Erdoğan veel macht gegeven.
Politicoloog Gerasimos Tsourapas
In het Global Compact on Refugees van de Verenigde Naties (2018), een serie richtlijnen voor de opvang van vluchtelingen, is deze trend volgens Tsourapas duidelijk terug te zien. ‘De tekst is doordrenkt met economische termen, zoals de baten en lasten voor gastlanden, en het doel om zelfredzaamheid van vluchtelingen te verhogen, wat moet leiden tot win-winsituaties. Mensenrechten, waardigheid en de bescherming van levens, die in de Vluchtelingenconventie uit 1951 centraal stonden, zijn naar de achtergrond verdwenen.’
De vluchtelingendeal tussen de Europese Unie en Turkije in 2016 is het bekendste voorbeeld van zo’n onderlinge afspraak. De EU kwam met Turkije overeen zes miljard euro te betalen in ruil voor het tegenhouden van hoofdzakelijk Syrische vluchtelingen die naar Europa wilden komen. ‘Die deal heeft Erdoğan veel macht gegeven’, zegt de politicoloog. ‘Als hij zijn zin niet krijgt of vindt dat critici te veel over mensenrechten zeuren, kan hij simpelweg dreigen vluchtelingen alsnog door te laten. Zo’n positie ambieert Kagame waarschijnlijk ook.’
Voor Europa geldt intussen: uit het oog, uit het hart. Tsourapas: ‘We zien vluchtelingen in Turkije of Rwanda niet langer als ons probleem. Wat er precies met hen gebeurt in minder democratische gebieden, is vaak lastig te monitoren.’
Visit Rwanda is de reclameslogan die sinds enkele jaren op shirts prijkt van sterspelers van de Europese voetbalclubs Arsenal en Paris Saint-Germain. Met veelbesproken sponsordeals hoopt Rwanda meer toeristen aan te trekken, die tot extra inkomsten moeten leiden.
De parallellen met het vluchtelingenbeleid zijn opmerkelijk. Ook hier is sprake van veelbesproken deals, met als inzet extra inkomsten en prestige voor het gastland. Visit Rwanda: een enkele reis naar een dynamisch land voor asielzoekers die dromen van een nieuw bestaan – maar dan duizenden kilometers verderop.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier