Met afgelopen jaar 686 doden en vermisten is de Amerikaans-Mexicaanse grens de dodelijkste migratieroute over land wereldwijd. Dat blijkt dinsdag uit cijfers van de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) van de Verenigde Naties.
Bijna de helft van de sterfgevallen aan de grens tussen de Verenigde Staten en Mexico hield verband met de gevaarlijke oversteek van de Sonorawoestijn en de Chihuahuawoestijn, waar veel meer doden vielen dan in andere woestijngebieden, zoals de Sahara, waar irreguliere migratie ook veel voorkomt.
Daarnaast halen elk jaar veel migranten de oversteek op de Darién Gap niet. Het onherbergzame junglegebied verbindt Panama en Colombia en is moeilijk toegankelijk.
Ook verschillende gewelddadige bendes zijn thuis in de regio.
In totaal kwamen in 2022 bijna 1.500 mensen om het leven in Noord- en Zuid-Amerika, ongeveer acht procent minder dan in 2021. Toch ligt het werkelijke aantal waarschijnlijk hoger omdat veel officiële gegevens ontbreken, waaronder informatie van de lijkschouwers van de counties aan de Texaanse grens en informatie van de Mexicaanse opsporings- en reddingsdienst.
“Deze alarmerende cijfers herinneren ons er duidelijk aan dat staten doortastend moeten optreden”, zegt Michele Klein Solomon, regionaal directeur van de IOM voor Midden- en Noord-Amerika en het Caribisch gebied. Zo pleit Solomon onder andere voor een transparante gegevensverwerking.
Sinds het begin van de meting in 2014 heeft het VN-agentschap 58.447 dode en vermiste personen geteld. Ondanks de vele doden in het Amerikaans-Mexicaanse grensgebied, blijft de route over de Middellandse Zee de grootste boosdoener met iets meer dan 28.000 doden sinds het begin van de dataverzameling. Afgelopen jaar waren er meer dan 2.400 mensen die tijdens de oversteek naar Europa het leven lieten. Dit jaar zijn al 2.325 doden geteld.
