‘Aanslagen zijn genormaliseerd in Turkije, ze beïnvloeden verkiezingen niet meer’

Turkse premier Ahmet Davutoglu (AKP) tijdens verkiezingscampagne © Reuters
Annelies Van Erp
Annelies Van Erp Medewerker van ngo Memisa

‘Geen enkele peiling of waarnemer verwacht een grote verrassing bij de parlementsverkiezingen in Turkije’, stelt politicoloog Burak Nalli. Zo dreigt de coalitievorming opnieuw een straatje zonder einde te worden.

Nadat de vorige regeringsonderhandelingen mislukt zijn, trekken de Turken vijf maanden na de vorige verkiezingen, zondag (1 november) opnieuw naar de stembus. De pro-Koerdische partij HDP haalde toen met 13 procent ruimschoots de kiesdrempel (10 procent) en stak zo een stokje voor de aanpassing van de grondwet die president Recep Tayyip Erdogan (AKP) graag wil doorvoeren. ‘Ook bij deze parlementsverkiezingen is het de vraag of de AKP al dan niet een absolute meerderheid haalt. Het zal in ieder geval nipt worden’, vertelt politicoloog Burak Nalli aan Knack.be.

‘Geen enkele peiling of waarnemer verwacht een grote verrassing. De resultaten zullen in de lijn liggen van de laatste verkiezingen. Het ziet ernaar uit dat de HDP van Selahattin Demirtas opnieuw ongeveer 12 procent van de kiezers zal kunnen overtuigen.’

Derde keer verkiezingen?

Recep Tayyip Erdogan in België
Recep Tayyip Erdogan in België© Reuters

Als de AKP geen absolute meerderheid behaalt, lijkt Turkije in een straatje zonder eind terecht te komen. Want ook deze keer zal de vorming van een coalitie ontzettend moeilijk zijn. ‘Enkele vooraanstaande AKP-kopstukken zinspeelden al op derde verkiezingen’, aldus Nalli. Volgens hem moeten zulke uitspraken gezien worden als een vorm van bedreiging. ‘De AKP wil zo de bevolking aansporen om op de partij van Erdogan te stemmen om een politieke impasse te vermijden.’

Want net als in juni zal Erdogan, die als president in theorie boven de politiek staat, de AKP-leider Davutoglu aanduiden om de formatiegesprekken te starten. Hij krijgt dan 45 dagen om een nieuwe regering te vormen. ‘Opmerkelijk was dat Erdogan deze functie, nadat de AKP er niet in slaagde een regering op de been te brengen, niet doorgaf aan Kemal Kilicdaroglu, de leider van de tweede grootste partij (de sociaaldemocratische CHP). Kilicdaroglu had er nochtans op aangedrongen en meermaals verklaard bereid te zijn coalitiegesprekken te voeren. Maar binnen de AKP bestond de vrees dat er zo een regering zou gevormd worden zonder Erdogan. En laat dàt net de inzet zijn van deze verkiezingen: Erdogan (en zijn familie) is erg bang om de macht verliezen en aangeklaagd te worden door de oppositie.’

Aanslag Ankara

Alle huidige problemen zijn het gevolg van de gebrekkige Turkse grondwet

Burak Nalli

Opmerkelijk toch dat de peilingen bijna exact dezelfde resultaten voorspellen? Want de afgelopen maanden zorgden enkele gebeurtenissen voor heel wat opschudding binnen de Turkse politiek. Zo werd de hoofdstad Ankara op 10 oktober opgeschrikt door een bloedige aanslag die – net zoals de aanslag in Turkse stadje Suruç – niet werd opgeëist. Volgens de Turkse premier zat de terreurgroep Islamitische Staat (IS) achter de aanslag, maar ook de rebellen van de Koerdische Arbeiderspartij PKK en van het extreem-linkse DHKP-C behoren tot ‘potentiële verdachten’. De pro-Koerdische partij HDP beschuldigt de president ervan doelbewust de veiligheid van de vredesmars in Ankara niet te hebben verzekerd. ‘Erdogan pookt het Koerdische conflict bewust op in aanloop naar de parlementsverkiezingen, zo hoopt hij het nationalistische electoraat aan hem te binden, aldus Demirtas.

‘Hoewel de daders in Ankara ongetwijfeld de bedoeling hadden om de stembusgang te beïnvloeden, werkt dit niet’, meent Nalli. ‘Aanslagen zijn bijna genormaliseerd in de Turkse samenleving. De bevolking laat zich niet langer beïnvloeden, ze blijft bij haar partij.’

Veiligheid geen thema tijdens kiescampagne

Voorts kreunt het Turkse grensgebied onder de toenemende stroom vluchtelingen uit Syrië en neemt de spanning toe sinds het land zijn strijd tegen de terreurgroep IS intensifieerde. Toch was veiligheid geen prominent thema tijdens de kiescampagne. ‘Integendeel, veiligheid werd opzettelijk achterwege gelaten omdat de partijen bang zijn met dit thema kiezers weg te jagen’, stelt Nalli vast.

‘Tijdens de vorige campagne draaide drie vierde van de AKP-campagne rond het presidentieel systeem en de uitbreiding ervan. De drie oppositiepartijen (Republikeinse CHP, Nationalistische MHP en Koerdische HDP) daarentegen zetten in op sociaaleconomische thema’s.’

Geen overbodige luxe, aangezien het economisch niet goed gaat met Turkije. ‘Op dit moment telt het land 6 miljoen werklozen en moeten 5 miljoen Turken rondkomen met een minimumloon’, vertelt Nalli. ‘De oppositiepartijen lanceerden daarom voorstellen om de pensioenen en de minimumlonen te verhogen. En de verkiezingsuitslag in juni toonde dat die ideeën aansloegen bij het kiespubliek. Als reactie daarop integreerde de AKP in haar huidige programma gelijkaardige sociaaleconomische voorstellen.’

Corruptie

Door de politieke instabiliteit in Turkije daalt intussen de waarde van de lira, stijgt de economische groei niet volgens de verwachtingen en blijft de inkomensongelijkheid relatief hoog. ‘Voor het deel van de bevolking dat amper rondkomt, is het erg frustrerend om te zien wat voor een luxueus leventje de politici wel niet leiden. Een deel van die rijkdom vergaarden zij door middel van corruptie’, klinkt het bij Nalli.

'Aanslagen zijn genormaliseerd in Turkije, ze beïnvloeden verkiezingen niet meer'
© Reuters

Daarom was het ontslag van Bülent Arinç, de tweede persoon binnen de AKP, voor hem een erg belangrijke gebeurtenis. ‘Arinç trok zich terug omdat er naar eigen zeggen ontoelaatbare praktijken plaatsvinden binnen de AKP. Hij gaf letterlijk toe dat de partij van Erdogan zich schuldig maakt aan corruptie en onder die omstandigheden wilde hij niet langer werken.’ Het was de eerste maal dat iemand binnen de eigen AKP-rangen openlijk bekende dat corruptie een wijdverspreid fenomeen is. Voorheen deed de partij de corruptie-aantijgingen steeds af als ‘zwartmakerij door de oppositie.’

‘Het water tussen de verschillende partijen is dan ook erg diep’, aldus professor Internationale Politiek Dirk Rochtus. Volgens hem is de AKP dan ook niet als enige verantwoordelijk voor het afspringen van de vorige coalitiegesprekken. ‘Ook de andere partijen hebben niet veel moeite gedaan. Elke partij heeft zijn eigen agenda.’

Minderheden in grondwet

Wat ook meespeelt is dat de AKP geen ervaring heeft met zulke gesprekken, de partij heeft nog nooit moeten onderhandelen. Toch is dat volgens Nalli niet het grootste probleem. ‘Alle huidige problemen zijn het gevolg van de gebrekkige Turkse grondwet. De laatste staatsgreep door militairen, die plaatsvond in 1980, heeft de meeste invloed op de huidige versie van de constitutie. Niet de rechten van de mens staan daarin centraal, wel de nationalistische visie van Ataturk. Er is dus weinig ruimte voor minderheden. Daarom dat het Koerdische probleem zo moeilijk opgelost kan worden’, concludeert Nalli.

‘De wrevel die vandaag ontstaat, is eigenlijk een links versus rechts tegenstelling die haar wortels heeft in de manke grondwet. Die grondwet geeft ontzettend veel macht aan de regerende partij. De verschillende partijen beloven één voor één dit aan te passen eens ze aan de macht komen, jawel ook de AKP deed destijds die belofte. Maar zoals we intussen weten kwam daar niets van in huis. Integendeel enkel aanpassingen die de AKP en haar leiders nog meer machten geven, zagen het licht.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content