Aanhoudingsbevel Puigdemont: hoe moet het nu verder?
Hendrik Vos, politicoloog van UGent, denkt dat de advocaat van Puigdemont de uitlevering zo lang mogelijk zal proberen uit te stellen. Bovendien zijn er twee punten waarin ons land een speciale positie in Europa inneemt.
‘Nu het Spaanse gerecht een Europees aanhoudingsbevel uitgevaardigd heeft tegen de afgezette minister-president Carles Puigdemont, komt de vraag bij het Belgische gerecht terecht’, zegt Hendrik Vos, politicoloog van UGent en directeur van het Centrum voor Europese studies. ‘Maar een en ander hoeft niet meteen te betekenen dat de dissidente Catalanen meteen aan het Spaanse gerecht worden uitgeleverd’, voegt professor internationaal en Europees strafrecht Gert Vermeulen (UGent) daar aan toe.
‘Na de aflevering van het EU-aanhoudingsbevel zal in ons land nagegaan worden, of de feiten die Puigdemont en co ten laste worden gelegd ook bij ons strafbaar zijn’, zegt Vos. ‘Maar het Spaanse gerecht zal zeker zorgen dat aan die voorwaarde wordt voldaan, onder meer door corruptie in de aanklacht te vermelden.’
Asiel aanvragen
Daardoor komt de bal in het Belgische gerechtelijke kamp te liggen. ‘Normaal gebeurt het oppakken en uitleveren van iemand waartegen een Europese arrestatiebevel is uitgeschreven bijna automatisch’, zegt Vos. ‘Een mogelijkheid die Puigdemont en co dan hebben is alsnog de aanvraagprocedure voor asiel te starten, al zal dat een spoedprocedure zijn die niet meer dan een vijftal dagen uitstel biedt.’
‘Ofwel lever je ‘een vriend van Bart De Wever uit’, ofwel zit je als Belgische overheid op ramkoers met de Spaanse regering.’
Hendrik Vos, politicoloog
‘Anderzijds mag je ook niet de kwaliteiten van de Belgische advocaat van Puigdemont onderschatten’, zegt Vos. ‘Deze advocaat heeft vroeger al bewezen dat hij manieren kent om een procedure erg lang te rekken, zodat het niet tot een uitlevering moet komen.’
‘Bovendien zijn er twee punten waarin ons land een speciale positie in Europa inneemt met betrekking tot het Europees aanhoudingsbevel en uitleveringen enerzijds, en het asielbeleid anderzijds’, Vermeulen. ‘Zo houdt ons land vast aan de mensenrechtenexceptie, wat betekent dat een persoon niet wordt uitgeleverd als er een gegronde vrees bestaat dat zijn mensenrechten geschonden kunnen worden in het land waarnaar hij of zij wordt uitgeleverd. En ook in het asielrecht heeft ons land een zogeheten tegenverkaring afgelegd bij het Asielprotocol bij het Verdrag van Amsterdam van 1997, waarbij ons land zich het recht voorbehoudt om een asielaanvraag op zijn eigen merites te beoordelen en waarbij België niet automatisch een uitlevering doet aan een andere EU-lidstaat vanuit de aanname dat daar geen mensenrechten geschonden kunnen worden.’
Op politiek vlak brengt het in Spanje gevraagde Europees aanhoudingsbevel ons land hoe dan ook in een moeilijke positie, geeft Vos toe. ‘Ofwel lever je ‘een vriend van Bart De Wever uit’, ofwel zit je als Belgische overheid op ramkoers met de Spaanse regering.’