‘We zijn weer de laatste van de klas’: vraag naar sneltests zet druk op regering
Langs alle kanten klinkt de roep naar sneltests steeds luider. Experts temperen al te hoge verwachtingen.
Van Groen tot het Vlaams Belang. Van de reissector tot werkgeversorganisatie Voka. Stuk voor stuk dringen ze bij de overheid aan om sneltests in te voeren. Snel testmateriaal wordt steeds meer als cruciaal gezien in de volgende fase van de epidemie. De overbelasting van de laboratoria en de langere wachttijden doen uitkijken naar alternatieven voor de klassieke PCR-tests.
Donderdag kondigde premier Alexander De Croo (Open VLD) in de Kamer aan dat zijn regering 4 miljoen snelle antigeentests heeft besteld. Een half miljoen komt normaalgezien volgende week aan. De tests worden zo snel mogelijk meegenomen in de strategie.
Maar de implementatie kan nog even op zich laten wachten. Meteen na de uitspraak van De Croo kwam minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (SP.A) met enkele nuances op de proppen. De nieuwe tests moeten nog gevalideerd worden. Daarnaast moet ook de registratie naar de Sciensano-databank goed verlopen. ‘Geeft u mij een beetje tijd’, aldus Vandenbroucke, die spreekt van ‘hoogstens enkele weken’.
De regering mag er gif op innemen dat de druk gedurende die weken alleen maar zal stijgen. Zowel op federaal als regionaal niveau. Ook de regering-Jambon bestelde 4 miljoen antigeentests. ‘De testen zullen prioritair ingezet worden in drie sectoren: zorg, onderwijs en bedrijven’, klinkt het op het kabinet van welzijnsminister Wouter Beke (CD&V).
De voornaamste critici zijn uiteraard te vinden bij de oppositie. Vlaams Belang vraagt al langer naar sneltests. Maar ook de federale oppositiepartij N-VA staat op de voorste rij. Zij klaagt aan dat de vorige regering te lang heeft getalmd met de implementatie van de tests en een kader voor terugbetaling. De partij ziet een voorbeeld in Nederland, waar sneltests al worden ingezet. ‘Wij zijn weer de laatste van de klas’, zegt Kamerlid Kathleen Depoorter.
De vraag naar sneltests wordt in één adem genoemd met kritiek op de gewijzigde teststrategie. De oppositiepartijen laken dat de regering asymptomatische risicocontacten voor minstens twee weken niet langer test. ‘Deze week hebben we een pijler van ons beleid losgelaten en dat is een fout’, aldus Depoorter.
Wij zijn weer de laatste van de klas.
Kathleen Depoorter (N-VA)
Herman Goossens
Maar de steeds luider klinkende roep naar snelle testing blijft niet beperkt tot de oppositie. Zo vragen zowel Open VLD als Groen op Vlaams niveau dat sneltests zo snel mogelijk worden ingezet in de scholen – zowel voor leraars als voor leerlingen. CD&V-Kamerlid Nawal Farih suggereerde dan weer om na te denken over sneltests in kwetsbare wijken, waar mensen de tijd niet hebben om lang in quarantaine te gaan.
Ook buiten de Wetstraat groeit de vraag. Werkgeversorganisatie Voka vraagt dat ze beschikbaar worden gesteld voor bedrijven, zodat die werknemers niet te lang moeten missen. Dito voor technologiefederatie Agoria. Verschillende luchtvaartbedrijven en reisorganisaties denken dat er veiliger gereisd kan worden met sneltests op luchthavens.
Met andere woorden: een heleboel eisen die de kant van Vandenbroucke en co. opkomen. Op dit moment staat microbioloog Herman Goossens (UA) de regering bij. Hij zit aan het hoofd van het comité dat de testingstrategie moet herzien. Goossens, die ook in de Vlaamse projectgroep Testing zit, moet in samenspraak met coronacommissaris Pedro Facon een lijn proberen te trekken in de aanpak. Woonzorgcentra, ziekenhuizen, scholen, gevangenissen, veiligheidspersoneel: waar zijn sneltests handig en waar niet? ‘Hij werkt ook aan het vraagstuk waar in de keten sneltests kunnen renderen als alternatief voor PCR-testen’, aldus het kabinet-Vandenbroucke. Facon moet er dan weer voor zorgen dat de sneltesten worden ingebed in het hele systeem van contactopvolging.
Sneltests kunnen dienen om de superspreaders eruit te halen.
Dokter Dieter De Smet, AZ Delta
Superspreaders
Maar zijn de hooggespannen verwachtingen wel terecht? Dokter Dieter De Smet, diensthoofd van het labo in het AZ Delta in Roeselare, nuanceert: ‘In het algemeen blijven de PCR-tests de gouden standaard.’
Zijn labo is in de weer met het uittesten van antigeentests. Die lijken qua vorm op een zwangerschapstest. Net als bij de PCR-tests moet er met behulp van wissers lichamelijk materiaal worden afgenomen. Dat kan voorlopig enkel door gekwalificeerd personeel. Een variant daarop werkt met speeksel, waardoor de soms ongemakkelijke of zelfs pijnlijke wisser wordt vermeden.
De test mag dan wel snel werken, het aflezen en doorgeven van de informatie vereist werk en mankracht. ‘What’s in a name: op grote schaal is een sneltest helemaal niet snel. Er is een leger aan laboranten nodig die het resultaat correct en tijdig aflezen’, zegt De Smet.
Dieter De Smet benadrukt evenwel dat we het kind niet met het badwater mogen weggooien. ‘Sneltests merken de sterk positieve gevallen op. Ze kunnen dus dienen om de superspreaders eruit te halen.’ En laat die superverspreiders nu net de grote motoren zijn van de epidemie.
Hij merkt op dat de snelle antigeentest op verschillende manieren foute resultaten kan geven. ‘Vandaag hebben we heel wat patiënten die je er nooit zou uitpikken met een sneltest, maar die wél een zwak positief resultaat zouden hebben bij een PCR-test.’ Omgekeerd zag hij gevallen van positief geteste patiënten die na een PCR-test negatief bleken te zijn. Zijn conclusie: sneltests zouden we nog altijd moeten laten volgen door de klassieke tests.
De Risk Assessment Group (RAG) van Sciensano formuleert dezelfde bedenking in een advies dat dateert van 12 oktober. Snelle antigeentesten zouden van pas kunnen komen in scholen of bedrijven. Dat ligt anders voor instellingen met risicopersonen, zoals woonzorgcentra. ‘Het voordeel van een snel resultaat moet afgewogen worden tegen het risico om een besmettelijke persoon te missen’, klinkt het. Het advies werd overigens mede opgesteld door Herman Goossens.
Dat sneltests deel zullen uitmaken van de nieuwe teststrategie staat vast, denkt Dieter De Smet. ‘Maar ze zijn niet de heilige graal.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier