‘Op een moment dat de politiek mensen vraagt om zichzelf te overstijgen, dan moet de politiek dat in de eerste plaats ook zelf doen’, schrijft SP.A-voorzitter Conner Rousseau op 1 mei.
De wereld van morgen zal er anders uitzien dan die van gisteren. Als we binnenkort eindelijk weer uit ons kot mogen, gaan we allemaal samen de handen uit de mouwen moeten steken. Om onze welvaart en ons welzijn veilig te stellen en de samenleving van de toekomst te bouwen. Eén ding is nu al zeker, nog tijdens de uitloop van deze crisis: het zal geen business as usual zijn.
Maar geen business as usual, wat betekent dat? Zowat iedereen heeft het erover. Van economen, gezondheidsspecialisten en begrotingsexperten tot klimaatwetenschappers. Van invloedrijke CEO’s, werkgeversorganisaties en vakbonden tot welzijnswerkers en armoedeorganisaties. En politici, uiteraard, van links tot rechts. En – alweer uiteraard – ieder met zijn eigen ideologische insteek. De ene met nadruk op de heropstart van de economie en de bescherming van onze bedrijven, de andere focust op een unieke kans om de klimaatuitdaging tot een goed einde te brengen en nog een derde wil vooral werk maken van deftige lonen voor wie zich elke dag uit de naad werkt.
Spoiler alert. Ze hebben allemaal gelijk. Wat we met deze corona-crisis meemaken, is beyond everything. Een crisis zonder weerga, de grootste sinds WO II. En dan kun je twee dingen doen: roepen dat het anders moet en de crisis zien als ultieme bewijs van je eigen grote gelijk. Of je kunt je verantwoordelijkheid nemen en al die ogenschijnlijke tegenstellingen met elkaar verbinden om samen de toekomst te maken. Ik kies voor het tweede.
Want ook in de politiek mag het geen business as usual zijn. Al heel mijn leven vecht ik tegen oude vormen van politiek. Op een moment dat de politiek mensen vraagt om zichzelf te overstijgen, dan moet de politiek dat in de eerste plaats ook zelf doen. Daarom moet deze uitzonderlijke 1 mei de start zijn van een nieuwe politiek. Om (1) ogenschijnlijk traditionele (en vaak verouderde) tegenstellingen en belangen te overbruggen, (2) samen uit deze crisis te geraken en (3) straks iedereen erop vooruit te doen gaan.
We gaan de komende jaren samen een nieuw huis moeten bouwen. En over de kleur van de badkamer en de tegels van het terras kunnen we later nog spreken, maar de komende maanden zijn cruciaal om de fundering stevig te leggen. Zodat iedereen weet waar hij of zij aan toe is. Daarom stel ik vandaag een New Social Deal voor, gebouwd rond drie grote afspraken.
Eerste afspraak: we kiezen voor een sterke en efficiënte overheid die nu investeert om samen vooruit te gaan. Investeren in onze bedrijven, om de jobs en dus de koopkracht van iedereen te verzekeren én investeren in stipt, betrouwbaar en efficiënt openbaar vervoer, om eindelijk eens iets doen aan die ellendige files.
Tweede afspraak: het rendement van die investeringen gaat naar iedereen die mee bouwt. Rendement in de vorm van een hoger inkomen en lagere belastingen, in de vorm van betaalbare geneesmiddelen en een toegankelijke gezondheidszorg, in de vorm van een nieuwe en sterke sociale bescherming voor iedereen die werkt. Ook voor nieuwe manieren van werken, zoals freelancers of de koeriers van deze wereld.
Derde afspraak: een eerlijk belastingsysteem dat er eindelijk eens voor zorgt dat iedereen krijgt wat hij of zij verdient. Want nog te veel mensen betalen te veel belastingen omdat een kleine groep er te weinig betaalt.
De verbindende kracht, de kern van deze New Social Deal is solidariteit. Want solidariteit is wat ons door deze crisis loodst. Iedereen ziet en voelt dat nu. En dat is niet onlogisch, want solidariteit is eigenlijk een hogere vorm van eigenbelang. Solidariteit zal ook het fundament moeten zijn waarop we de toekomst bouwen. Het is dé sleutel om ieder van ons opnieuw vooruit te doen gaan. Ook na deze crisis.
Let’s do this. Allemaal samen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier