Bert Bultinck

‘We doen het niet, tenzij we het wel doen. Dat is de strategie van de N-VA’

Bert Bultinck Hoofdredacteur van Knack

‘Ondubbelzinnige, eenduidige boodschappen zijn dan van het grootste belang om een weloverwogen keuze te maken. In deze campagne zijn die soms ver te zoeken.’ Aldus Knack-hoofdredacteur Bert Bultinck in aanloop naar de verkiezingen van 26 mei.

Het gaf aanleiding tot enige hilariteit op het Knack-debat vorige week dinsdag. Voormalig minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) had net benadrukt dat zijn partij ‘geen stappen achteruit’ zou zetten in de hervorming van België. ‘Wij noemen dat principe de Maddens-doctrine’, zei Jambon, met verwijzing naar de Leuvense professor Maddens, die in de zaal zat. Waarop CD&V-voorzitter Wouter Beke snel zijn politieke concurrent verbeterde: ‘Nu moet ik u nog uw eigen doctrines uitleggen. Dat is niet de Maddens-doctrine, maar de Baert-doctrine.’

Beke heeft gelijk. In Vlaams-nationalistische kringen verwijst de Maddens-doctrine naar de strategie om de Franstaligen vragende partij te maken voor een nieuwe stap in de hervorming van België, door hen ‘uit te roken’. Dat wil zeggen: ervoor te zorgen dat ze in financiële ademnood komen zodat ze zelf om een staatshervorming vragen. De Baert-doctrine, vernoemd naar de Volksunie-politicus Frans Baert, is iets wezenlijk anders: ze legt voorwaarden op aan wat een aanvaardbare staatshervorming moet zijn. Een belangrijke bevoegdheid van het Vlaamse niveau weer naar het federale niveau overhevelen, hoort daar voor de N-VA vanzelfsprekend niet bij.

De vergissing van Jambon kan iedereen overkomen. Maar politieke concurrenten, zeker bij zogenaamde ‘V-partijen’, zien er een illustratie in van hoezeer de N-VA haar belangrijkste programmapunt – de onafhankelijkheid van Vlaanderen – naar de achtergrond heeft geduwd.

In de verkiezingscampagne in de aanloop naar 26 mei steken de communautaire tegenstellingen de laatste dagen wel vaker de kop op. Alle partijen beseffen dat ze straks over de taalgrens zullen moeten kijken, bijvoorbeeld om een federale regering te vormen – toch geen detail. Het was PS-voorzitter Elio Di Rupo die weken terug al om een hervorming van de financieringswet vroeg. Dat is een notoir technisch maar belangrijk onderdeel van de zesde staatshervorming, waardoor Wallonië volgens de voormalige Belgische premier vanaf 2025 minder geld krijgt. Geheel volgens de theorie van professor Maddens, of zo leek het toch, stelde Di Rupo meteen een aanpassing voor. Zijn vraag om geld lijkt tegelijk nederig en assertief. Maar met zijn voorzet hield hij vooral alle wegen naar een regeringsdeelname van de socialisten open.

We doen het niet, tenzij we het wel doen. Dat is de strategie van de N-VA.

Bij de CDH, de Franstalige tegenhanger van CD&V, ligt dat anders. Dit weekend reageerde CDH-boegbeeld Maxime Prévot in De Standaard geprikkeld op de suggestie van Di Rupo: ‘Hij is verdorie zelf de architect van de vorige aanpassing van de financieringswet.’ De CDH-voorzitter vindt dat Wallonië zijn verantwoordelijkheid moet opnemen: ‘Met zijn uitspraken versterkt hij opnieuw het cliché van een Wallonië dat geld vraagt.’

Afgelopen vrijdag sloot Bart De Wever een discussie over de financieringswet ondubbelzinnig uit: ‘Natuurlijk is dat niet bespreekbaar.’ Om er meteen aan toe te voegen dat alles kan zodra het confederalisme op tafel komt. ‘Ik weet niet hoe lang we dat gaan moeten volhouden, maar zolang wij die grote Waalse linkerzijde ter zijde kunnen houden, komt vroeg of laat het moment dat zij zelf om een staatshervorming zullen vragen’, zei hij aan de VRT.

Het is niet bespreekbaar. Tenzij het wel bespreekbaar wordt. We doen het niet. Tenzij we het wel doen. Meer dan de Maddens- of de Baert-doctrine is het de laatste jaren de strategie van de N-VA: een communicatie op twee sporen, waarbij tegelijk een scherp standpunt naar voren wordt geschoven én het tegengestelde van die positie. Ranzige tweets over migranten gaan samen met een beleid dat niet veel verschilt van dat van de voorgangers. De partij stapt uit de regering vanwege het Marrakeshpact, maar wil het geen breekpunt noemen voor de komende onderhandelingen. De N-VA stemt voor het nieuwe inschrijvingsrecht in het onderwijs, om er nog geen twee weken later campagne tegen te voeren.

De machtsverhoudingen aan de onderhandelingstafel zullen pas zondagavond 26 mei bekend raken. Maar de inrichting van de Belgische staat zou wel eens een grotere rol kunnen spelen dan bij de regeringsvorming in 2014. Dat is niet noodzakelijk een slechte zaak: de versnippering van bevoegdheden maakt een efficiënt beleid moeilijker. Maar voor veruit de meeste Vlamingen maakt het daarbij niets uit of er meer macht naar Vlaanderen gaat of naar het federale België. Als het maar werkt, dat is de teneur. Ondubbelzinnige, eenduidige boodschappen zijn dan van het grootste belang om een weloverwogen keuze te maken. In deze campagne zijn die soms ver te zoeken.

Partner Content