Jeroen Meuleman
‘Waarom xenofobie en feminisme nooit bondgenoten kunnen zijn’
‘De splinter in de ogen van een ander kan men haarscherp definiëren, maar de balk in de eigen raszuivere ogen zien is te confronterend’, schrijft Jeroen Meuleman van Niet In Mijn Pretpark naar aanleiding van de recente gebeurtenissen in Keulen.
De schokgolven die de massale aanrandingen op Nieuwsjaarsnacht in Keulen teweeg gebracht hebben in Europa, zijn nog niet helemaal gaan liggen. Terecht, want dit was zonder meer een verbijsterende gebeurtenis. Maar we kunnen niet toestaan dat groepen met een xenofobe agenda deze tragedie kapen om hun ideeën verder salonfähig te maken.
Eerst de feiten: het ziet er steeds meer naar uit dat het niet asielzoekers waren die achter deze gecoördineerde aanvallen zaten, maar Noord-Afrikaanse criminele bendes die zich via mazen in de Duitse wetgeving uitgaven voor asielzoekers.
‘Waarom xenofobie en feminisme nooit bondgenoten kunnen zijn’
Op zich doet het er zelfs niet toe wie de daders waren. Sommige reacties op deze wansmakelijke gebeurtenis waren minstens even zuur in hun poging tot politieke recuperatie. Het is al een tijdlang deel van het rechtse retorische arsenaal om “de islam” als een monolitisch en vrouwenhatend blok voor te stellen terwijl veel stemmen aan de rechterzijde – op de meest positieve manier bekeken – een heel koele minnaar zijn van het idee van gendergelijkheid.
Het is historisch – ondanks oppositie van rechtse, conservatieve krachten – dat abortus legaal werd, vrouwen stemrecht kregen en verkrachting binnen het huwelijk strafbaar werd. Het zijn eveneens rechtse partijen die overal in Europa het mes zetten in subsidies voor vluchthuizen voor mishandelde vrouwen en een besparingsbeleid voeren dat proportioneel kwetsbaardere groepen als alleenstaande moeders harder treft.
In België hebben we momenteel een centrum-rechtse regering, de meest mannelijke in jaren. De grootste Vlaamse partij is nog steeds de werkgever van Pol Van Den Driessche, ook beschuldigd van grensoverschrijdend seksueel gedrag. Enkele maanden geleden, in Nederland, stonden racisten “daar moet een piemel in!” te joelen toen een vrouw het woord nam op een publieke bespreking rond de mogelijke komst van een centrum voor asielzoekers.
De situatie voor vrouwen in veel landen buiten Europa is inderdaad benard en het lijkt me verstandig om mensen die alsvluchtelingen uit die regio’s neerstrijken, duidelijk te maken dat de zaken er hier (idealiter) anders aan toe gaan. Maar politieke krachten die weinig tot geen verdienste hebben in het streven naar meer gelijkheid tussen man en vrouw, kunnen geen morele aanspraak maken de behoeders van die gelijkheid te zijn. Laat staan als hun enige doel is om andere groepen verder te stigmatiseren en te criminaliseren.
‘Wie weinig tot geen verdienste heeft in meer gelijkheid tussen man en vrouw, kan er geen morele aanspraak op maken de behoeders van die gelijkheid te zijn’
Terzijde, ironisch genoeg tappen islamistische haatpredikers al jaren met succes uit een gelijkaardig vaatje: ze rechtvaardigen de vreselijke behandeling van vrouwen door in te spelen op legitieme grieven over racisme en imperialisme van het Westen.
Ook de media spelen een rol in dit verhaal. Het ene na het andere sensationele bericht verschijnt over grijpgrage moslimhanden en hitsige groepsverkrachters. Ondertussen kan de gemiddelde Vlaming zich goed blijven voelen over zijn verlichte normen en waarden. In een land waar bijna 80% van alle seksueel misbruik gebeurt door iemand die het slachtoffer persoonlijk kent.
De splinter in de ogen van een ander kan men haarscherp definiëren, maar de balk in de eigen raszuivere ogen zien is te confronterend.
Jeroen Meuleman is moderator van de feministische Facebook-groep Niet in Mijn Pretpark.
Vrouwendag
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier