Vrije Tribune
‘Waarom wordt mijn onderzoek in twijfel getrokken door mijn origine?’
Onderzoekster Dounia Bourabain en haar promotor Pieter-Paul Verhaeghe die praktijktests uitvoerden in Vlaamse en Brusselse kledingzaken laken het feit dat wetenschappers met een vreemde naam in de ogen van het publiek het tegengestelde van objectiviteit zijn.
Heel even werd het zwart voor onze ogen. Hadden we het wel goed gehoord? Is dit geen slechte grap? Neen, de directeur van het Neutraal Syndicaat van Zelfstandigen had weldegelijk gezegd dat ‘ze betreurt dat de studie is uitgevoerd door een onderzoekster van vreemde origine. Ze vindt het onderzoek daardoor gekleurd.’
Ons onderzoek in kwestie toonde het bestaan van alledaagse discriminatie aan in 301 kledingwinkels in Vlaanderen en Brussel. Door middel van 602 praktijktests analyseerden we haarfijn hoe klanten van Maghrebijnse origine slechter behandeld werden in kledingwinkels dan klanten van Belgische origine. De reacties op het onderzoek bewijzen dat alledaagse discriminatie verder gaat dan enkel de winkelomgeving.
Waarom wordt mijn onderzoek in twijfel getrokken door mijn origine?
Laten we een simpel voorbeeld nemen en naar onze eigen situatie kijken. Pieter-Paul Verhaeghe voert al jaren onderzoek naar discriminatie op de arbeids- en woningmarkt. Hij maakt hiervoor gebruik van praktijktests. Wanneer hij met de resultaten naar buiten komt, krijgt hij meestal wel wat bagger en kritiek over zich omwille van het gevoelige onderwerp. Bij deze negatieve reacties houdt het echter op.
Wanneer Dounia Bourabain onderzoek voert naar discriminatie tijdens het winkelen, maakt ze gebruik van dezelfde methodiek als haar promotor. Wanneer ze met haar resultaten naar buiten komt, krijgt ook zij negatieve reacties. Maar daar houdt het echter niet op. Haar onderzoek wordt openlijk in twijfel getrokken omwille van haar origine. Journalisten beginnen lastige vragen te stellen waarom uitgerekend zij dit onderzoek wilt doen. Ze wordt overladen met vragen over de methodiek. Is ze wel objectief? Is de studie wel wetenschappelijk? De Marokkaans-Belgische onderzoekster wordt gereduceerd tot een ervaringsdeskundige. De onderzoeksresultaten worden geminimaliseerd tot louter individuele anekdotes. Er is geen interesse in haar wetenschappelijke inzichten, noch in de harde bewijzen die uit het onderzoek voortkomen.
Wat zegt dit over de maatschappij?
Er wordt duidelijk met twee maten en gewichten gewogen. Wat zegt dit over de maatschappij waarin we leven? De heersende ideologie doet alsof wit geen kleur is. Witte onderzoekers moeten niet in vraag gesteld worden. Het witte perspectief wordt gezien als het toonbeeld van wetenschappelijke afstand en objectiviteit. Het is dé universele waarheid. En hoe onderzoekers met een vreemde naam het ook willen draaien of keren, ze zijn in de ogen van het publiek het tegengestelde van wit, dus ook van objectiviteit.
De reacties komen ook niet enkel uit de onderbuik van Vlaanderen, maar van mensen met macht, zoals de directeur van het Neutraal Syndicaat van Zelfstandigen. En dit creëert een discours waar wit als de norm wordt gejustifieerd. Wat zij met deze uitspraak doet, is een perfect voorbeeld van institutioneel racisme. Het racisme dat zodanig in de structuren van onze samenleving is geslopen, waardoor racisme gerechtvaardigd wordt.
We willen dat het probleem van discriminatie tijdens het winkelen bespreekbaar wordt.
Wat kunnen we doen aan deze hardnekkige muur van institutioneel racisme? In het interview in Knack over het onderzoek pleitten we voor bewustmaking. We willen dat het probleem van discriminatie tijdens het winkelen bespreekbaar wordt. Daarom vinden we praktijktests zo’n goed idee. Ze tonen zwart op wit aan dat er een probleem is. Dat is het startpunt om na te denken over hoe winkelbediendes álle klanten nog beter konden helpen. Daar wordt iedereen beter van: de klanten én de sector.
En ondanks de negatieve reacties van de leidinggevende van de kledingsector blijven we pleiten voor bewustmaking. Laten we het debat over alledaagse discriminatie voeren. Discriminatie op basis van etniciteit, gender, leeftijd en dit op straat, in het openbaar vervoer, in het onderwijs. Want enkel het bewust worden van onze vooroordelen, is een eerste stap in de goede richting.
Dounia Bourabain start binnenkort met een doctoraat in de sociologie aan de Vrije Universiteit Brussel en Pieter-Paul Verhaeghe is professor sociologie aan de Vrije Universiteit Brussel.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier