Vrije Tribune

Waarom moet je banger zijn van je eigen gsm dan van een gsm-mast?

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

Voor zijn college voor de universiteit van Vlaanderen staat professor Guy Vandenbosch bij de elektromagnetische straling waar we dagelijks mee geconfronteerd worden.

Het beantwoorden van deze vraag heeft alles te maken met het mogelijke gezondheidseffect van de elektromagnetische straling die zowel een gsm als een gsm-mast op het menselijk lichaam veroorzaken. Om dit te kunnen doen moeten we eerst nagaan wat elektromagnetische straling, verder EM straling genoemd, precies is. EM straling is een golf, net zoals een watergolf op het wateroppervlak als men een steentje in een vijver werpt, of een geluidsgolf die zich doorheen de lucht voortplant wanneer men spreekt. Het verschil is dat een EM golf geen ‘drager’ nodig heeft. EM golven planten zich overal voort, zelfs in vacuum. Het is van het grootste belang om in te zien dat deze golven veroorzaakt worden door elektrische stromen. Volgens de wetten van de fysica is het zo dat elke stroom een dergelijke golf veroorzaakt, zelfs de zenuwimpulsen in ons lichaam. In deze zin heeft een mens dus inderdaad een zeer beperkte elektromagnetische ‘aura’ rond zich.

Waarom moet je banger zijn van je eigen gsm dan van een gsm-mast?

EM golven in een stad planten zich op een complexe manier voort. Ze worden gereflecteerd / geabsorbeerd / gediffracteerd door gebouwen en andere objecten. Dit zorgt er voor dat de blootstelling in een gsm-cel rond een stralende mast sterk afhankelijk is van de precieze locatie binnen die cel. Elke draadloze toepassing heeft zijn eigen straling nodig, die zich principieel voortplant vanuit zijn eigen bron (radio-zenders, TV-zenders, WiFi-routers, gsm-masten en gsm-toestellen, etc.), met als gevolg dat naast de natuurlijke straling die er altijd geweest is (bvb. het licht van de zon), ook zogenaamde ‘man-made’ straling in onze maatschappij altijd en overal aanwezig is.

Meer nog, de ‘man-made’ straling is in de laatste 100 jaar op een spectaculaire wijze toegenomen. Er zijn drie aspecten aan EM straling die moeten bestudeerd worden in het licht van een mogelijk gezondheidseffect. Ten eerste is er de frequentie van de straling, oftewel het aantal trillingen per seconde. Daar is het allerbelangrijkste de zogenaamde ionisatiegrens. Als de frequentie van de straling onder deze grens blijft is het onmogelijk dat de straling bvb. het menselijk DNA rechtstreeks aantast. Daarvoor is deze straling niet krachtig genoeg. De frequenties waarbij telecomtoepassingen werken zitten in de grootte-orde van een miljoen maal te laag om te kunnen ioniseren. Het rechtstreeks veroorzaken van bvb. kanker is dus fysisch gewoonweg onmogelijk.

Ten tweede is er het vermogen dat door de zender in de straling gepompt wordt. Dit vermogen gaat van enkele mW (1 mW is 1/1000 Watt) voor Bluetooth, over enkele W voor de gsm en enkele honderden W voor een gsm mast, tot meerdere kW (1 kW is 1000 Watt) voor radio- en TV-zenders. Hoewel de absolute hoeveelheid energie die een gsm-mast uitzendt dus helemaal niet zo hoog is, in de orde van de 100 W van een traditioneel gloeilampje, is het toch een 50 tot 100 maal hoger dan wat bvb. een smart phone of gsm uitstraalt. Echter, de allerbelangrijkste factor in het hele debat is de afstand tot de straler. Het is zo dat een EM golf afzwakt volgens een 1/R2 wet met R de afstand tot de stralende bron.

Het absoluut cruciale verschil tussen de blootstelling vanwege een mast en de blootstelling aan je eigen telefoon is de afstand. Als je telefoneert is de afstand tot het hoofd hooguit enkele cm, terwijl de typische afstand tot een mast in de grootte-orde van tientallen tot honderden meters is. Dit zorgt ervoor dat de intensiteit van de straling van je eigen telefoon ter hoogte van je eigen hoofd tot enkele tienduizenden maal hoger is dan de stralingsintensiteit veroorzaakt door de dichtstbijzijnde mast. Weinigen in onze maatschappij zijn zich ten volle bewust van dit enorme verschil. Je eigen telefoon is dus veruit de grootste bron van straling voor je eigen lichaam.

Wat zijn nu de mogelijke effecten van deze straling op het lichaam? Ionisatie is uitgesloten en de vermogens zijn ook te klein om een relevante opwarming van het lichaam te veroorzaken. Het ‘microgolfoven-effect’ is dus niet aan de orde. De grootste onbekende in dit gezondheidsdebat is het mogelijke biologische effect: concentratiestoornissen, hoofdpijn, slapeloosheid, misschien zelfs het onrechtstreeks veroorzaken van kanker. Het is inderdaad niet onmogelijk dat een voldoende hoog niveau aan straling de werking van onze cellen lichtjes kan verstoren, hetgeen op langere termijn zou kunnen aanleiding geven tot bepaalde klachten, en misschien zelfs ziektebeelden. Er zijn letterlijk reeds duizenden onderzoeken verricht op dit vlak, met tot hiertoe maar weinig resultaten die tot een echte consensus hebben geleid in de wetenschappelijke gemeenschap die hiermee bezig is. Dit wil echter niet zeggen dat dit effect er niet is. Het zou zich wel eens enkel kunnen uiten op lange termijn, zijnde 50 – 60 jaar. Zolang bestaat de gsm-technologie nog niet.

Stralingshygiëne

Wat kunnen we nu doen om ons te wapenen. Ten eerste is er wat ik noem stralingshygiene: het verantwoord omgaan met het mogelijke risico dat de straling van je eigen telefoon met zich meebrengt. Ieder van ons heeft dit zelf in de hand. Ikzelf heb een gsm en gebruik hem ook wanneer nodig, maar als ik langere tijd moet bellen, gebruik ik altijd een vaste lijn. Ten tweede pleit ik voor het toepassen van het ALATA principe, zijnde ‘As Low As Technically Achievable’. Dit principe gaat ervanuit dat de draadloze toepassingen die in onze maatschappij uitgerold zijn, algemeen aanvaard zijn en dus zullen blijven. Echter, ALATA zorgt ervoor dat de straling nooit hoger is dan echt nodig om de toepassing goed te laten werken, zodat we geen onnodig risico lopen.

De aanbevelingen van de WHO bvb. (WereldGezondheidsOrganisatie) liggen mijns inziens een pak hoger dan wat echt nodig is. De normering in Vlaanderen en Brussel komt veel dichter in de buurt van het ALATA principe. Het is ontegensprekelijk zo dat draadloze communicatie al ontelbare mensenlevens gered heeft. De maatschappij als geheel kiest duidelijk voor deze toepassingen. De voordelen die de burger ervaart zijn voornamelijk positief. Op korte en middellange termijn zijn er geen acute negatieve verschijnselen waar te nemen, wat duidelijk wijst op een kleine tot zeer kleine invloed.

De grote onbekende is het mogelijke effect op lange termijn. Niemand weet wat de invloed is van de huidige niveaus van straling bij een bestralingsduur van 50 – 60 jaar. Vanuit deze optiek verdient het dan ook aanbeveling om het ALATA principe te huldigen: net genoeg straling om een maatschappelijk aanvaarde draadloze toepassing toe te laten.

Prof. Dr. Guy Vandenbosch is verbonden aan het Departement Elektrotechniek, ESAT-TELEMIC van de KU Leuven.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content