Diederik Cops
Waar wil Vlaanderen naartoe met zijn wapenexportbeleid?
‘De Vlaamse overheid staat voor de uitdaging haar eigen buitenlands beleid, met eigen accenten en principes, expliciet te maken. Alleen zo kan ze een duidelijke lijn aanhouden in haar eigen wapenexportbeleid,’ schrijft Diederik Cops van het Vlaams Vredesinstituut.
In België is niet de federale overheid, maar de Gewesten bevoegd voor de controle op de export van militair materieel. Dat is een unieke situatie. Traditioneel is wapenexportbeleid immers een onderdeel van het buitenlands beleid, in de meeste landen een bevoegdheid van de nationale overheid.
Vlaanderen is weliswaar niet volledig vrij in de ontwikkeling van zijn eigen wapenexportcontrolesysteem. Al 25 jaar maken de lidstaten van de Europese Unie afspraken met elkaar om het wapenexportbeleid te harmoniseren. De EU wil op die manier tot een gemeenschappelijke Europese markt voor militair materieel komen. Bovendien streeft ze ernaar dat alle lidstaten dezelfde criteria hanteren op vlak van mensenrechten, conflictpreventie en nationale veiligheid, wanneer ze de uitvoer van militair materieel naar landen buiten de EU beoordelen.
Waar wil Vlaanderen naartoe met zijn wapenexportbeleid?
In de praktijk blijken de regelgeving en het beleid inzake buitenlandse wapenhandel, ondanks dat Europees kader, verre van geharmoniseerd. Er bestaan nog steeds grote verschillen tussen de lidstaten. Het eigen buitenlands beleid van de lidstaten beïnvloedt nog steeds sterk hun wapenexportbeleid. De verschillen zitten in de wetgeving, maar ook in de dagelijkse praktijk bij de beoordeling van uitvoer van militaire goederen. Lidstaten bouwen zelf beperkingen in op de handel in militair materieel, ook voor handel met andere lidstaten. Waar er al gezamenlijke Europese criteria bestaan, interpreteert elke lidstaat die bovendien verschillend .
Naar een geharmoniseerd buitenlands beleid in de EU
Zowel voor de interne wapenmarkt als voor de wapenexport buiten de EU is er dus een gebrek aan harmonisering. Beide kunnen niet los van elkaar worden gezien. Het streven van Europa naar een vrijgemaakte en eengemaakte Europese defensiemarkt kan maar resultaat opleveren als eerst meer werk wordt gemaakt van een verdere harmonisering van het gemeenschappelijk buitenlands beleid van de EU. Pas als lidstaten er genoeg vertrouwen in hebben dat alle andere Europese lidstaten exportdossiers op dezelfde manier gaan beoordelen, zullen ze meer geneigd zijn hun restricties aanzienlijk af te bouwen.
Het (recente) verleden toont veelvuldig aan dat dat niet vanzelfsprekend is; het afstaan van nationale soevereiniteit in buitenlands beleid is voor veel lidstaten een brug te ver. Hoe complex die materie is, bleek bijvoorbeeld in mei 2013 toen de EU haar eigen wapenembargo tegen Syrië niet kon verlengen omdat sommige lidstaten wapens wilden leveren aan de Syrische oppositie.
Wat betekent dat voor Vlaanderen?
Een eenduidige Europese praktijk waar het Vlaamse wapenexportbeleid zich op kan afstemmen, bestaat dus niet. De Europese richtlijnen vormen slechts een raamwerk, dat lidstaten verder vorm kunnen (en moeten) geven. In Vlaanderen ontbreekt op dit moment echter een expliciet en uitgebouwd buitenlands beleid, met duidelijk gearticuleerde principes en standpunten. Hoewel we sinds begin dit jaar over een echt ministerie van Buitenlandse Zaken beschikken, blijven de inhoudelijke uitgangspunten van het Vlaamse buitenlandse beleid relatief beperkt en vaag. Het blijft dus ook onduidelijk wat de Vlaamse overheid wil bereiken met haar wapenexportbeleid. Een grondige reflectie over de eigen principes en uitgangspunten voor dat Vlaamse wapenexportbeleid is dus nodig. Uiteraard is Vlaanderen daarbij gebonden aan het Europese raamwerk. De realiteit in de andere lidstaten leert ons dat dit geen belemmering is om eigen, nationale, accenten in dit beleid te leggen.
Een verdere harmonisering van het Europees wapenexportbeleid kan ook een speerpunt van het Vlaamse beleid worden. Een visie op de richting die die harmonisering moet uitgaan is dan wel nodig. Ons lijkt het wenselijk dat Vlaanderen zich hier daarin ambitieus opstelt. Het kan een pleitbezorger worden voor een ‘opwaartse’ harmonisering in de richting van een meer (ethisch) verantwoord Europees wapenexportbeleid.
De Vlaamse overheid staat in de eerste plaats voor de uitdaging haar eigen buitenlands beleid, met eigen accenten en principes, expliciet te maken. Alleen zo kan ze een duidelijke lijn aanhouden in haar eigen wapenexportbeleid, en tegelijk op een geloofwaardige manier pleiten voor meer Europese afstemming.
Het Vlaams Vredesinstituut is een onafhankelijk instituut voor vredesonderzoek bij het Vlaams Parlement. Op 10 januari 2017 maakt het Vredesinstituut een nieuw onderzoeksrapport publiek over Vlaamse wapenexportcontrole in Europa. Het onderzoek is gevoerd in opdracht van de Commissie Buitenlands beleid, Europese aangelegenheden, Internationale samenwerking, Toerisme en Onroerend erfgoed van het Vlaams Parlement. www.vlaamsvredesinstituut.eu
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier